Vragen van de leden Bruins Slot en Oskam (beiden CDA) aan de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Veiligheid en Justitie over de rol van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en het Openbaar Ministerie (OM) bij een psychiater die veroordeeld is voor het bezit van kinderporno en nog steeds werkzaam is (ingezonden 15 januari 2015).

Mededeling van Minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 5 februari 2015)

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van de tv-uitzending van 11 januari 2015 over een psychiater die ondanks een veroordeling voor het bezit van kinderporno nog steeds werkzaam is als psychiater?1

Vraag 2

Deelt u de mening van de IGZ dat het verwerven, in bezit hebben, verspreiden of bekijken van kinderporno door zorgprofessionals een risico voor de zorg is, en dermate overschrijdend dat dit in strijd is met de professionaliteit en integriteit die van een zorgverlener mag worden verlangd? Zo ja, welke algemene conclusies trekt u hieruit?

Vraag 3

Bent u van mening dat het OM destijds na de veroordeling voor het bezit van kinderporno de IGZ en/of de werkgever van de psychiater had moeten informeren over de veroordeling? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Bent u van mening dat de veroordeelde psychiater zijn werkgever had moeten informeren over de veroordeling? Zo nee, waarom niet?2

Vraag 5

Klopt het dat een strafrechter vaak niet kijkt of de straf ook gevolgen moet hebben voor het beroep, zoals bij een arts? Zo ja, wat is uw oordeel hierover?

Vraag 6

Wordt, en zo ja, op welke wijze, in strafzaken rekening gehouden met de consequenties die de bewezen verklaring van strafbare feiten heeft of zou moeten hebben ten aanzien van de uitoefening van het beroep van de veroordeelde?

Vraag 7

Klopt het dat er sinds 2013 een «nieuwe koers» door de IGZ gevaren wordt? Wat houdt deze nieuwe koers in? Op welke wijze is deze «nieuwe koers» in beleidsregels vastgelegd en/of gecommuniceerd?

Vraag 8

Klopt het dat de OM momenteel alleen op incidentele basis informatie over veroordelingen deelt met de IGZ? Zo ja, wat belet het OM en de IGZ om tot structurele afspraken te komen?

Vraag 9

Heeft het OM de IGZ geïnformeerd over de veroordeling van de desbetreffende psychiater? Zo ja, wanneer heeft dit plaatsgevonden? Zo nee, waarom niet?

Vraag 10

Op welk moment was de IGZ op de hoogte van de veroordeling van de betreffende psychiater?

Vraag 11

Welke acties heeft de IGZ ondernomen op het moment dat zij op de hoogte werd gesteld van de veroordeling?

Vraag 12

Heeft de IGZ direct een tuchtzaak tegen de psychiater aangespannen? Zo nee, waarom niet? Is de IGZ bereid alsnog een tuchtzaak aan te spannen? Zo ja, hoe lang nadat de IGZ op de hoogte is gesteld is deze tuchtzaak gestart?

Vraag 13

Wanneer heeft de IGZ eisen aan de beroepsuitoefening gesteld aan de betreffende psychiater? Zo ja, welke eisen waren dit?

Vraag 14

Welke consequenties kan de IGZ trekken als dergelijke vereisten met betrekking tot de beroepsuitoefening niet opgevolgd worden? Heeft de psychiater zich aan de eisen van de IGZ gehouden?

Vraag 15

Zijn er nog andere BIG-geregistreerden (Beroepen Individuele Gezondheidszorg) die veroordeeld zijn vanwege zedenmisdrijven waar dergelijke eisen met betrekking tot de beroepsuitoefening zijn opgelegd? Zo ja, om hoeveel BIG-geregistreerden gaat dit, welke eisen zijn opgelegd en hoe houdt de IGZ toezicht op de naleving van de eisen?

Vraag 16

Is het mogelijk oude veroordelingen alsnog aan de tuchtrechter voor te leggen, zodat in het verleden veroordeelde zorgverleners alsnog tuchtrechtelijk veroordeeld kunnen worden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze gaat u, c.q. de IGZ, zorgdragen dat dit gebeurt?

Vraag 17

Wat is de status van het Samenwerkingsprotocol OM-IGZ?3

Vraag 18

oe rijmt u de woorden van de Inspecteur-Generaal dat er geen duidelijke en standaard afspraken zijn over het informeren over een strafzaak, terwijl hiervoor wel afspraken zijn vastgelegd in artikel 4 van het Samenwerkingsprotocol OM-IGZ?

Vraag 19

Hoe vaak vinden de bestuurlijke overleggen IG-PG (art. 4.1.a Samenwerkingsprotocol), de Coördinerend annex selectie overleggen (4.1.b) en de Operationele overleggen (4.1.c) plaats? In welk van deze overleggen zou de uitwisseling van informatie over strafzaken die het werk van zorgverleners kan beïnvloeden moeten plaatsvinden?

Vraag 20

Wanneer, en hoe vaak, is het Samenwerkingsprotocol OM-IGZ geëvalueerd (art. 8)? Is de uitwisseling van zaken, zoals veroordeling voor bezit van kinderporno, onderdeel geweest van een evaluatie? Zo ja, wat is hier- uit gekomen?

Vraag 21

Indien het antwoord op vraag 16 ontkennend is, waarom heeft de IGZ dit punt tijdens de jaarlijkse evaluaties nooit ingebracht, terwijl zij naar eigen zeggen deze gegevensuitwisseling al sinds 2013 geregeld wil zien?

Vraag 22

Klopt het dat de psychiater na zijn veroordeling bij de Nieuwe Lente gewerkt heeft, en daar patiënten is blijven behandelen die zelf in hun jeugd misbruikt zijn? Was de IGZ hiervan op de hoogte? In hoeverre was dit in strijd met de opgelegde voorwaarden van het arrest, dan wel de eisen die de IGZ had opgelegd? Zo ja, welke maatregelen heeft de IGZ genomen toen bleek dat de psychiater de eisen overtreden had?4

Vraag 23

Indien uw antwoord op vraag 22 bevestigend is, kan dan naar uw mening het blijven uitvoeren van behandelingen van slachtoffers van pedoseksuelen in een dergelijk geval op zich ook strafbaar zijn volgens artikel 96, tweede lid, van de Wet BIG? Zo nee, waarom niet?

Mededeling

De vragen van het Kamerlid Bruins Slot (CDA) over de rol van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en het Openbaar Ministerie (OM) bij een psychiater die veroordeeld is voor het bezit van kinderporno en nog steeds werkzaam is (2015Z00529) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord.

De reden van het uitstel is dat interdepartementale afstemming nodig is.

Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de kamervragen doen toekomen.

Naar boven