Vragen van het lid Heerma (CDA) aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het toepassen van opjaagbonussen bij Albert Heijn (ingezonden 28 januari 2013).

Antwoord van minister Asscher (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 15 maart 2013).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van een rapport van FNV-bondgenoten, waarin wordt gesteld dat Albert Heijn in zijn distributiecentra ongelukken in de hand werkt door het personeel zogenaamde «opjaagbonussen» voor te spiegelen?1

Antwoord vraag 1

Ja.

Vraag 2

Is het waar dat er bij Albert Heijn gebruik gemaakt wordt van constructies, waardoor werknemers zich opgejaagd voelen om geen fouten te maken, omdat zij anders geen bonus krijgen? Wat is uw oordeel daarover?

Antwoord vraag 2

Navraag bij Albert Heijn leert dat de uitzendkrachten van Albert Heijn een bonus van ongeveer 10 procent kunnen verdienen boven op het basissalaris wanneer zij voldoen aan een aantal normen. Deze bonus wordt op weekbasis vastgesteld. Het beloningsbeleid is een interne aangelegenheid van een bedrijf. De overheid hanteert normen met betrekking tot het wettelijke minimumloon en handhaaft hierop.

Vraag 3

Is het bekend of ook andere bedrijven in de supermarktbranche dit soort praktijken toepassen en of het alleen oproepkrachten betreft?

Antwoord vraag 3

Het is mij niet bekend of werknemers in distributiecentra van andere supermarkten de mogelijkheid hebben om een bonus te verdienen bovenop het basissalaris. De bonus bij de distributiecentra van Albert Heijn is alleen van toepassing op uitzendkrachten.

Vraag 4

Vallen onder deze oproepkrachten ook jongeren die als hulpkracht werken, zoals vakkenvullers?

Antwoord vraag 4

In de distributiecentra zijn voor zover mij bekend geen oproepkrachten werkzaam.

Vraag 5

Hoe staat het met de rechtspositie van deze oproepkrachten in de supermarktbranche, worden extra gewerkte uren uitbetaald?

Antwoord vraag 5

Zie vraag 4.

Vraag 6

Wilt u in het door u toegezegde rapport over de arbeidsomstandigheden in supermarkten ook de opjaagbonussen en de rechtspositie van oproepkrachten en hulpkrachten betrekken?

Antwoord vraag 6

Nee, omdat het beloningsbeleid en de contractvorming een interne aangelegenheid van bedrijven is.

Vraag 7

Kunt u aangeven binnen welke termijn u dit rapport naar de Kamer stuurt?

Antwoord vraag 7

Zoals ik eerder heb aangegeven tijdens het Algemeen Overleg Arbeidsomstandigheden op 28 november en de begrotingsbehandeling van SZW op 13 december jl., kunt u het onderzoek over de verzamelde klachten van de vakbond CNV over een discountsupermarkt in de loop van 2013 verwachten.


X Noot
1

Volkskrant, 22 januari 2013

Naar boven