Aanhangsel van de Handelingen

Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

1887

Vragen van het lid Sterk (CDA) aan de staatssecretaris van Onderwijs Cultuur en Wetenschap, mevrouw Dijksma, en de staatssecretaris van Financiën over het gebruik van de kinderopvangtoeslag voor het financieren van oppasuren voor vrijetijdsactiviteiten. (Ingezonden 11 maart 2008)

1

Bent u bekend met de website www.omavanroodkapje.nl

2

Onderschrijft u dat de Wet Kinderopvang uitsluitend is bedoeld om de combinatie van arbeid en zorg te vergemakkelijken en het uitdrukkelijk niet de bedoeling is dat de toeslag wordt gebruikt voor het financieren van oppasuren voor vrijetijdsactiviteiten?

3

Bent u van mening dat gastouderbureaus die ermee adverteren dat ook oppasuren voor vakantie, ziekte, sport of boodschappen in aanmerking komen voor de kinderopvangtoeslag onrechtmatig gebruik maken van de voorzieningen van de Wet Kinderopvang? Zo neen, waarom niet? Kunt u aangeven welke maatregelen door u getroffen kunnen worden om onrechtmatig gebruik van de kinderopvangtoeslag te ontmoedigen en voorkomen?

4

Herinnert u zich uw antwoorden op eerdere vragen van de CDA-fractie over oneigenlijk gebruik van de Wet Kinderopvang, waarin u1 heeft gesteld dat de VNG u van de oneigenlijke activiteiten op de hoogte heeft gesteld? Kunt u de Kamer informeren of, en zo ja welke actie is ondernomen door de desbetreffende gemeente tegen de kinderopvangorganisatie Speelwerk?

5

Heeft u gezien dat op de website www.omavanroodkapje.nl ook een rekenvoorbeeld staat hoe een gezin een zo groot mogelijk familie-voordeel overhoudt aan de oppasuren? Geeft dit voorbeeld een correcte weergave van de mogelijkheden op dit gebied of is ook hier sprake van oneigenlijk gebruik? Zo neen, kunt u aangeven waarom niet?

Antwoord

Antwoord van staatssecretaris Dijksma (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap). (Ontvangen 2 april 2008)

1

Ja.

2

De Memorie van Toelichting bij de Wet kinderopvang beschrijft het uitgangspunt dat de Wet kinderopvang ten doel heeft de combinatie van arbeid en zorg te vergemakkelijken en de toegankelijkheid van de kinderopvang te vergroten, waardoor de arbeidsdeelname wordt bevorderd. De Wet kinderopvang definieert niet exact de relatie tussen het aantal gewerkte uren en het recht op opvanguren.

3

De Wet kinderopvang is niet bedoeld voor het financieren van oppasuren anders dan het vergemakkelijken van het combineren van arbeid en zorg. Ik onderzoek of er sprake is van onbedoeld gebruik. Daarbij heeft de gastouderopvang specifieke aandacht. Hier zijn de mogelijkheden voor onbedoeld gebruik groter, omdat hier belangen van afnemer (ouder) en aanbieder (bekende danwel familie van de ouder) parallel kunnen lopen. Ik heb daarom opdracht gegeven om een risico-analyse te maken van de gastouderopvang.

4

Ja. Het voornemen van kinderopvangorganisatie Speelwerk om in 2008 tijdens vakantiereizen, buitenschoolse opvang zoals bedoeld in de Wet kinderopvang, aan te gaan bieden, heeft geen doorgang gevonden. Verdere actie van de desbetreffende gemeente is daarmee niet nodig gebleken.

5

Ik ken het rekenvoorbeeld van deze site. De tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang is afhankelijk van het aantal afgenomen uren, de prijs die door de gastouder en het gastouderbureau aan de ouder worden doorberekend, de maximum uurprijs en het inkomen van de ouder. Daarnaast staat het ouders vrij om – conform het schenkingsrecht – kinderen fiscaal vrijgesteld een gift te doen. Op basis van het rekenvoorbeeld kan ik geen uitspraak doen of er sprake is van oneigenlijk gebruik dan wel dat de opvang noodzakelijk was om het combineren van arbeid en zorg te vergemakkelijken.


XNoot
1

 Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2007–2008, nr. 434.

Naar boven