Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden
1592
Vragen van het lid Van Velzen (SP) aan de minister van
Buitenlandse Zaken en de staatssecretaris van Economische Zaken over leverantie door Philips van onderdelen Apache- helikopters en F-16-straaljagers. (Ingezonden 5 april 2004)
1
Kent u het bericht dat Philips en Stork Special Products, Thales Nederland
en SP Aerospace & Vehicle Systems in het kader van compensatiebeleid onderdelen
voor Apache-helikopters levert aan Israël?1
2
Herinnert u zich de uitspraken van de minister van Buitenlandse Zaken
d.d. 20 november 2003 dat toetsing van aanvragen voor wapenexportvergunningen
met eindbestemming Israël automatisch leidt tot een negatief advies aan
Economische Zaken?2
3
Op welke wijze heeft de regering sindsdien aanvragen behandeld voor wapenexportvergunning
van bedrijven met betrekking tot leveranties van onderdelen van wapensystemen
aan Israël?
4
Op welke wijze verhoudt een eventueel positief advies van de minister
van Buitenlandse Zaken zich met de woorden van de voormalige minister van
Buitenlandse Zaken van 20 november 2003? Is er sprake van een beleidswijziging?
5
Indien de minister van Buitenlandse Zaken de staatssecretaris van Economische
Zaken negatief geadviseerd heeft, wat heeft de staatssecretaris van Economische
Zaken met dat advies gedaan? Indien de staatssecretaris dat advies naast zich
neer heeft gelegd, wat waren daarvan de redenen?
6
Deelt u de mening dat de afgifte van betreffende vergunningen in strijd
is met de Europese gedragscode voor wapenexport? Zo ja, welke maatregelen
gaat u treffen om overtreding van de gedragscode in de toekomst te voorkomen?
7
Bent u bereid bij levering van onderdelen voor wapensystemen naar de Verenigde
Staten een eindbestemmingverklaring te eisen, om op dergelijke wijze het Europese
en Nederlandse wapenexportbeleid effectiever te kunnen controleren? Zo ja,
op welke wijze? Indien neen, waarom niet?
Antwoord
Antwoord van minister Bot (Buitenlandse Zaken), mede
namens de staatssecretaris van Economische Zaken. (Ontvangen 24 mei
2004)
1 t/m 6
Het betreft hier leveranties aan de Verenigde Staten. Het bedrijf levert
onderdelen en componenten aan de Amerikaanse producent van de Apache-helikopter
in het kader van compensatie-afspraken die gemaakt werden bij de Nederlandse
aanschaf van deze helikopter. Er is in het onderhavige geval geen sprake van
Nederlandse uitvoer van militair materieel naar Israël.
7
Het komt bij toelevering van onderdelen aan buitenlandse systeembouwers
veelvuldig voor dat van tevoren niet bekend is voor welke eindgebruiker(s)
de systemen bestemd zijn. Soms weet de systeembouwer zelf nog niet welk eindproduct
aan welke klant geleverd gaat worden of wil hij uit commerciële overwegingen
zijn klantgegevens niet delen met buitenlandse toeleveranciers. In beide gevallen
zou de eis van een exacte eindgebruikersverklaring toelevering van onderdelen
door buitenlandse partijen onmogelijk maken.
Bij de beoordeling van de aanvraag wordt daarom tevens een oordeel geveld
over de kwaliteit van de exportcontrole in het land waar de systeembouwer
gevestigd is. Wordt die kwaliteit, zoals in het geval van de Verenigde Staten,
adequaat geacht, dan zal de Nederlandse exporteur gevraagd worden een internationaal
import certificaat (IIC) te overleggen, afgegeven in het land waarnaar de
uitvoer plaats zal vinden. Middels dit certificaat verplicht de importeur
zich vóór eventuele re-export van de op het certificaat vermelde
goederen een uitvoervergunning aan te vragen bij zijn exportcontrole-autoriteiten.
De regering hecht er aan deze procedure te kunnen blijven toepassen, mede
uit oogpunt van internationale samenwerking bij de ontwikkeling en productie
van defensiematerieel.
XNoot
1 Persbericht Campagne tegen de Wapenhandel, 31 maart jl., «Wapenleveranties
aan Israël in strijd met overheidsbeleid» www.antenna.nl/amokmar.,
www.philips.com/InformationCenter/Global/FArticleSummary.asp?1NodeId=772
XNoot
2 Kamerstuk 22 054, nr. 79, Algemeen Overleg, 20 november 2003, blz.
9. («Ook bij de export van componenten ten behoeve van defensiematerieel
geldt dat vergunningverzoeken altijd worden getoetst op eindbestemming; in
de vergunningaanvrage dient de eindbestemming te worden vermeld. Indien het
een leverantie via een derde land betreft met bijvoorbeeld als eindbestemming
Israël, dan wordt op Israël getoetst en zal conform het huidige
beleid een negatief advies aan Economische Zaken worden gegeven.»)