Vragen van de leden Hirsch (GroenLinks-Pvda), Bamenga (D66), Dobbe (SP), Teunissen (PvdD), Koekkoek (Volt) en Van Baarle (DENK) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp over de appreciatie van de Minister van het amendement Stoffer/Eerdmans (ingezonden 4 december 2024).

Antwoord van Minister Klever (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp) (ontvangen 13 december 2024).

Vraag 1

Bent u bekend met het amendement Stoffer/Eerdmans1 dat een verlaging voorstelt van de Nederlandse bijdrage aan UNRWA van 19 miljoen naar 0 euro, en de gewijzigde versie van dit amendement dat een verlaging naar 9 miljoen euro voorstelt?

Antwoord 1

Ja. Dit amendement is inmiddels aangepast en stelt nu een verlaging voor naar 15 miljoen euro in 2025.

Vraag 2

Herinnert u zich dat u op 20 november het amendement heeft ontraden omdat «het kabinet de juridische verplichtingen aan UNRWA respecteert en voor 2025 is dat 19 miljoen»?2

Antwoord 2

Ja.

Vraag 3

Herinnert u zich uw uitspraken tijdens het commissiedebat humanitaire hulp op 9 oktober en uw brief van 8 oktober, waarin u ook aangaf de aangegane financiële verplichting na te willen komen? Herinnert u zich de redenen die u hiervoor aandroeg, namelijk vanwege de humanitaire noden in de regio, omdat het doorbreken van verplichtingen aan UNRWA negatief gepercipieerd wordt door internationale partners, en omdat wij UNRWA volgens u «nodig» hebben «om in ieder geval de noodhulp bij de mensen zelf te krijgen»?

Antwoord 3

Ja.

Vraag 4 en 5

Kunt u bevestigen dat uw appreciatie van het amendement daarom niet wijzigt, aangezien elke vorm van verlaging van de juridisch verplichte 19 miljoen – zowel naar 0 miljoen als naar 9 miljoen – nog altijd betekent dat het kabinet een aangegane financiële verplichting van 19 miljoen niet respecteert, en u heeft aangegeven juridische verplichtingen te willen respecteren?

Indien uw appreciatie van het amendement wel wijzigt, kunt u onderbouwen waarom?

Antwoord 4 en 5

Hierover is uw Kamer geïnformeerd middels de Kamerbrief van 6 december jl.3

Vraag 6

Aangezien het een juridische verplichting betreft, kunt u de ambtelijke adviezen die onder uw appreciatie van het amendement liggen met de Kamer delen vóór woensdagavond 4 december, zodat de Tweede Kamerfracties genoeg tijd hebben zich te beraden over de stemming over het amendement op donderdag 5 december?

Antwoord 6

Dit is niet meer van toepassing.

Vraag 7

Kunt u deze vragen met spoed beantwoorden vóór woensdagavond 4 december, zodat de Tweede Kamerfracties genoeg tijd hebben zich te beraden over de stemming over het amendement op donderdag 5 december?

Antwoord 7

Dit is niet meer van toepassing.

Naar boven