Vragen van het lid Daniëlle Jansen (Nieuw Sociaal Contract) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht «Onderzoek: Hoe Nederland zijn vaccinkennis grotendeels ontmantelde. «Je gaat toch ook de brandweer niet verkopen?»» (ingezonden 12 september 2024).

Antwoord van Minister Agema (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 23 september 2024).

Vraag 1

Klopt het dat er 20 miljoen pokkenvaccins zijn? Zo nee, hoeveel zijn het er?1

Antwoord 1

Ja, er zijn ongeveer 20 miljoen eerste generatie pokkenvaccins. Nederland heeft daarmee voldoende pokkenvaccins op voorraad om de Nederlandse bevolking te vaccineren. Dit zijn grotendeels vaccins die begin deze eeuw zijn geproduceerd. Het eerste generatie pokkenvaccin is een «klassiek pokkenvaccin» dat tot 1974 in het Rijksvaccinatieprogramma is gebruikt tegen pokken. Het vaccin moet worden toegediend via de complexe methode van herhaald prikken met een gevorkte naald. Het eerste generatie pokkenvaccin is een levend verzwakt virusvaccin. Het bevat dus een virus, het vaccinia-virus, dat nog infecties kan veroorzaken: het simuleert pokkenziekte. Daardoor treden veel, soms zeer ernstige, bijwerkingen op. Bovendien kan dit vaccin niet worden toegediend aan, onder meer, personen met afweerstoornissen, chronische huidaandoeningen, die zwanger zijn en kinderen onder 1 jaar.

Vraag 2

Wat is de uiterste houdbaarheidsdatum? Kunt u de bijsluiter aan de Kamer toezenden?

Antwoord 2

De uiterste houdbaarheidsdatum van deze vaccins, die in poedervorm bij minstens min 30 graden Celsius worden bewaard, wordt op basis van periodiek hertesten van de werkzaamheid verlengd zolang de vaccins aan de eisen voldoen. Bijgaand vindt u de bijsluiter.

Vraag 3

Is het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) op de hoogte van de eigen voorraden?

Antwoord 3

Ja.

Vraag 4

Kunt u deze vragen binnen 8 dagen beantwoorden?

Antwoord 4

Ja.

Naar boven