Vragen van het lid Sneller (D66) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht dat de politie experimenteert met gezichtsherkenning, maar wetgeving ontbreekt (ingezonden 17 januari 2024).

Mededeling van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 8 februari 2024).

Vraag 1

Kunt u het door de politie opgestelde protocol over het gebruik van gezichtsherkenningstechnologie met de Kamer delen en toelichten?1

Vraag 2

Welke externe partijen zijn betrokken geweest bij het opstellen van het protocol voor het toepassen van deze privacygevoelige methode?

Vraag 3

Wat is uw reactie op het standpunt van de Autoriteit Persoonsgegevens dat een wettelijke grondslag voor gezichtsherkenningstechnologie door de politie ontbreekt?

Vraag 4

In hoeverre deelt u de opvatting dat deze methodes moeten worden gestaakt totdat er uitsluitsel is gegeven over de wettelijke grondslag daarvan?

Vraag 5

Bent u bereid om de Autoriteit Persoonsgegevens het protocol alsnog te laten toetsen?

Vraag 6

In hoeverre vindt u het wenselijk om te experimenteren met een gevoelige technologie als deze die inbreuk maakt op de privacy van mensen, terwijl er discussie is over het al dan niet bestaan van een wettelijke grondslag?

Vraag 7

Kunt u aangeven wat volgens u de wettelijke grondslag is van dit politiehandelen? Op basis van welke adviezen en overwegingen bent u tot de conclusie gekomen dat hiermee voldoende recht wordt gedaan aan het legaliteitsbeginsel?

Vraag 8

Op welke wijze heeft u de Tweede Kamer hier (vooraf) over geïnformeerd? Waarom acht u dit adequaat met het oog op artikel 68 Grondwet en de gevoeligheid van het onderwerp?

Vraag 9

Waarom acht u het wenselijk dat een Commissie van politiemedewerkers beoordeelt of een verzoek vanuit de politie om gezichtsherkenning te gebruiken is toegestaan? Waarom worden hier geen onafhankelijke experts of toezichthouders voor gebruikt?

Vraag 10

Waarom wordt de software om gezichten uit databanken te herkennen (FaceF1nder) wel al toegepast in een goedgekeurde casus, terwijl de software in algemene zin nog niet is goedgekeurd?

Vraag 11

Deelt u de mening dat het wenselijk is om met het oog op inwerkingtreding van een nieuw Wetboek van Strafvordering tevens een wet tot stand te brengen die het gebruik van onder het nieuwe Wetboek van strafvordering verzamelde gegevens beter regelt?2 Zo nee, waarom niet?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Sneller (D66), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht dat de politie experimenteert met gezichtsherkenning, maar wetgeving ontbreekt (ingezonden 17 januari 2024) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


X Noot
1

NOS, 5 januari 2024, Politie experimenteert met gezichtsherkenning, maar wetgeving ontbreekt (nos.nl/nieuwsuur/artikel/2503831-politie-experimenteert-met-gezichtsherkenning-maar-wetgeving-ontbreekt).

X Noot
2

VU, augustus 2022, Biedt de Wet politiegegevens een stelsel van «end-to-end» privacywaarborgen? (research.vu.nl/en/publications/biedt-de-wet-politiegegevens-een-stelsel-van-end-to-end-privacywa).

Naar boven