Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport over lobby-activiteiten van de farmaceutische industrie in het Europees
en Nederlands parlement (ingezonden 5 december 2023).
Mededeling van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 22 december
2023).
Vraag 1
Kunt u verklaren of vanuit de Nederlandse overheid contact is geweest met vaccinproducenten
Astra Zeneca en/of Janssen, teneinde (een) wetswijziging(en) door te voeren die de
toegang van de producten van deze producenten op de Europese en Nederlandse markt
zouden vergemakkelijken? Zo ja, kunt u al deze communicatie tussen de rijksoverheid
en vaccinproducenten hieromtrent openbaar maken? Zo nee, waarom niet?
Vraag 2
Zou nee, kunt u dan verklaren waarom het lid Veldman in de periode 2019–2020 meerdere
moties en voorstellen indiende die de voorwaarden voor DNA-technieken en de toelating
van mRNA en vectorcoronavaccins tot de Europese markt zouden versoepelen? Op basis
van welke kennis en expertise kon dit lid dit doen en weet u of er voor deze moties
en voorstellen contact is geweest met / input is gevraagd aan / gegeven door derden,
zoals farmaceutische partijen? Kan de communicatie hieromtrent openbaar gemaakt worden?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Klopt het dat er op 13 juni 2020 door een kopgroep landen, te weten Nederland, Frankrijk,
Italië en Duitsland, een deal werd afgesloten met AstraZeneca, dat een vaccin tegen
Covid-19 ontwikkelde gebaseerd op een Adeno-vector, dat zowel genetisch gemodificeerd,
als gentherapie is?
Vraag 4
Klopt het dat er op 17 juni 2020 een verordening werd voorgesteld waarmee op Europees
niveau de veiligheidseisen werden versoepeld, waarmee genetisch gemodificeerde organismen
mochten worden gebruikt voor klinisch onderzoek en het gebruik van deze middelen na
het onderzoek?
Vraag 5
Klopt het dat op 17 juni 2020 een communiqué werd uitgevaardigd met de titel «EU strategy
for COVID-19 vaccines», waarbij de deal van 13 juni 2020 van de eerder genoemde vier
landen werd overgenomen?
Vraag 6
Kunt u bevestigen dat door nationaal (Janssen) en Europees (Janssen, Astra, Pfizer,
Moderna) de wet aan te passen, de investeringen die werden gedaan in de vaccindeal
van 13 juni 2020 «veilig» werden gesteld, door de kans van het verkrijgen van een
vergunning aanmerkelijk te verhogen en te versnellen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 7
Klopt het dat de heer Canfin (Liste Renaissance) een leidende rol had in het veranderen
van de voorwaarden voor de COVID-19-vaccinaties na de voorwaardelijke markt-autorisatie
voor de vector en mRNA-injecties en dat deze veranderingen lijken te zijn ingegeven
door een rechtszaak in Nederland? Is er contact geweest met Canfin over de betreffende
injecties vanuit de rijksoverheid, of via vertegenwoordigers van de overheid, zoals
bijvoorbeeld de Landsadvocaat of consultancy bureau’s? Zo ja, wat heeft dat contact
behelsd en tussen wie heeft dat contact plaatsgevonden?
Vraag 8
Is vanuit de Nederlandse overheid contact geweest met de heer Canfin, in de periode
2019–2021? Zo ja, kan al deze communicatie worden geopenbaard? Zo nee, waarom niet?
Vraag 9
Is er contact geweest vanuit een van de eerder genoemde farmaceuten, of hun vertegenwoordigers,
het lid Veldman, in de periode 2019–2021? Zo ja, kan al deze communicatie worden geopenbaard?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 10
Is er contact geweest vanuit de overheid met de genoemde farmaceutische bedrijven
over wetgeving en voorwaarden voor markt-autorisatie? Is er gesproken over risico’s
van de klinische proeven? Is gesproken over gentherapie? Is er gesproken over genetisch
gemodificeerde organismen (GGO’s)? Kunt u al deze communicatie openbaar maken? Zo
nee, waarom niet?
Vraag 11
Hoe reflecteert u op de (schijn van) invloed op democratische (nationale) (wetgevings)
processen door farmaceutische bedrijven? Indien u van mening bent dat deze invloed
er niet was, kunt u dan uitleggen waarom dat volgens u niet het geval was?
Mededeling
De vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) over lobby-activiteiten van de farmaceutische
industrie in het Europees en Nederlands parlement (2023Z19697, ingezonden 5 december 2023) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn
worden beantwoord.
De reden van het uitstel is dat afstemming ten behoeve van de beantwoording meer tijd
vergt.
Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de Kamervragen doen toekomen.