Vragen van het lid Van der Plas (BBB) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
over impregneermiddelen die gebruikt worden in moestuinbakken en plantenbakken (ingezonden
21 juni 2023).
Antwoord van Staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 26 september
2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 3193.
Vraag 1
Bent u bekend met het feit dat impregneermiddel giftig is en niet mag worden geconsumeerd
door dier en mens?
Antwoord 1
Het klopt dat impregneermiddel giftige eigenschappen kan hebben. Ze zijn dan ook niet
bedoeld om te worden geconsumeerd door mens en dier. Omdat een impregneermiddel giftige
eigenschappen kan hebben, hebben we in de EU een systeem opgezet om biociden (waar
sommige impregneermiddelen onder vallen) en de daarin aanwezige actieve stoffen te
beoordelen. Dit systeem wordt hieronder verder uitgelegd.
Er zijn verschillende soorten impregneermiddelen op de markt, afhankelijk van de reden
om het hout te impregneren. Hout kan bijvoorbeeld worden geïmpregneerd ten behoeve
van brandvertraging, om het waterdicht te maken, of om de levensduur te verlengen.
Alleen in het laatste geval gaat het om het gebruik van een biocide of om «voorwerpen
die zijn behandeld met een biocide» (behandeld voorwerp) in dit geval de planten-
en moestuinbakken.
Voor biociden die in de EU op de markt worden gebracht om de levensduur van hout te
verlengen, geldt dat de betreffende EU verordening twee stappen vereist voor gebruik
is toegestaan. Allereerst moet(en) de werkzame stof(fen) op Europees niveau worden
beoordeeld. Vervolgens worden de biocide middelen (actieve stof(fen) met hulpstoffen)
beoordeeld voor de toepassingen waar de toelating voor wordt aangevraagd. In Nederland
wordt deze toetsing uitgevoerd door het College toelating gewasbeschermingsmiddelen
en biociden (Ctgb). Indien de toelating is aangevraagd en verleend voor bijvoorbeeld
het impregneren van schuttinghout, dan mag dit hout niet worden gebruikt om kweekbakken
van te maken.
Behandelde voorwerpen (kant en klare moestuin- en plantenbakken) mogen alleen op de
markt worden gebracht als deze zijn geïmpregneerd met in Europa goedgekeurde werkzame
stoffen.
Veel van de door het Ctgb toegelaten houtconserveringsmiddelen bevatten een specifieke
waarschuwing op het etiket, bijvoorbeeld dat een middel niet geschikt is om te worden
gebruikt op hout dat rechtstreeks in contact kan komen met voedsel (bijvoorbeeld fruitkisten
of houten snijplanken), diervoeder en dieren.
Vraag 2
Bent u ermee bekend dat er in Nederland een ruim aanbod is van planten- en moestuinbakken
die geïmpregneerd hout bevatten?
Antwoord 2
Nee dat is mij niet bekend.
Vraag 3
Wist u dat wanneer planten en voedsel contact hebben met geïmpregneerd hout, zij deze
giftige middelen opnemen?
Antwoord 3
De chemische stoffen uit geïmpregneerd hout kunnen in bepaalde mate vanuit het hout
aan de grond worden afgegeven. Voor impregneermiddelen die worden gebruikt voor schuttinghout
wordt bijvoorbeeld gekeken naar uitloging naar de grond en naar het effect op het
bodemleven en de waterkwaliteit. De middelen worden toegelaten als deze onder andere
op deze aspecten als veilig zijn beoordeeld. Of en in welke mate de stoffen uit de
grond vervolgens in voedselgewassen worden opgenomen, is mij niet bekend.
Vraag 4
Is er ooit in kaart gebracht of onderzocht wat geïmpregneerd hout doet met voedselgewassen?
Zo ja, wat waren hiervan de uitkomsten?
Antwoord 4
Noch het RIVM, noch de NVWA kent onderzoek waarin de mate van overdracht van stoffen
uit geïmpregneerd hout naar gewassen in kaart is gebracht.
Vraag 5
Is er ooit onderzocht in welke mate geïmpregneerde moestuinbakken zorgen voor gezondheidsproblemen
of het risico daarop? Zo ja, wat waren hiervan de uitkomsten?
Antwoord 5
Bij mij is geen onderzoek bekend waarin is gekeken naar (het risico) op gezondheidsproblemen
als gevolg van geïmpregneerde moestuinbakken.
Vraag 6
Bent u bereid informatie in te winnen en/of een onderzoek uit te voeren als er bij
het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) te weinig duidelijk
is over deze kwestie? Zo nee, waarom niet en zo ja, wanneer?
Antwoord 6
Ja, ik ben bereid om het RIVM te vragen een verkennend onderzoek uit te voeren naar
wat er in de internationale literatuur bekend is over de overdracht van stoffen uit
geïmpregneerde moestuinbakken via de grond naar planten en naar (het risico op) gezondheidseffecten.
Vraag 7
Bent u bereid maatregelen te treffen die de verkoop van geïmpregneerde voedselbakken
aan consumenten verbieden, mocht blijken dat geïmpregneerd hout nadelige effecten
heeft voor voedsel en dus mens en dier?
Antwoord 7
Mocht het onderzoek van het RIVM wijzen op onaanvaardbare risico’s voor mens of dier
dan moeten uiteraard maatregelen worden genomen.