Vragen van de leden Six Dijkstra en Daniëlle Jansen (beiden Nieuw Sociaal Contract) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de vacaturetekst «PhD-kandidaat: Vroegtijdig des- en misinformatie identificeren op sociale media» bij het RIVM (ingezonden 8 januari 2024).

Antwoord van Minister Helder (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 2 april 2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 891.

Vraag 1

Bent u bekend met de vacaturetekst «PhD-kandidaat: Vroegtijdig des- en misinformatie identificeren op sociale media» bij het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)?1

Antwoord 1

Ja. Daarbij wijs ik erop dat het RIVM een onafhankelijke adviseur is. Dit komt onder meer tot uitdrukking in de Wet op het RIVM, waarin in artikel 5 is bepaald dat de Minister van VWS geen aanwijzingen geeft aan het RIVM met betrekking tot de methoden volgens welke de onderzoeken worden uitgevoerd en de resultaten daarvan worden gerapporteerd.

Vraag 2

Is het RIVM voornemens om de in het promotieonderzoek te ontwikkelen methoden «met behulp van Artificial Intelligence (AI) en andere big data technieken (sic) om des- en misinformatie op sociale media (over vaccinaties en andere volksgezondheidsthema’s) met mogelijk grote invloed op percepties en gedrag vroegtijdig te identificeren», te operationaliseren?

Antwoord 2

Een eventuele implementatie van de te ontwikkelen methode is geen onderdeel van dit promotieonderzoek.

Vraag 3

Zo ja, welke wettelijke grondslag is het RIVM voornemens hiervoor te hanteren?

Antwoord 3

Indien er binnen of naar aanleiding van het promotieonderzoek persoonsgegevens worden verwerkt, geeft het RIVM zich vanzelfsprekend rekenschap van benodigde wettelijke grondslagen, de bestaande wettelijke kaders, zoals de Wet op het RIVM en de AVG, het algemeen aanvaard wetenschappelijk normenkader en processen die doorlopen moeten worden. Bijvoorbeeld het uitvoeren van een DPIA.

Vraag 4

Hoe gaat u voorkomen dat in of ten gevolge van dit onderzoek, de gedragingen van burgers op sociale media op wederrechtelijke wijze door het RIVM worden gevolgd?

Antwoord 4

Zie antwoord op vraag 3.

Vraag 5

Hoe gaat u voorkomen dat in of ten gevolge van dit onderzoek, persoonsgegevens van burgers wederrechtelijk door het RIVM worden verwerkt of opgeslagen?

Antwoord 5

Zie antwoord op vraag 3.

Vraag 6

Op welke manier en op welke termijn is het RIVM voornemens de kaders die in of ten gevolge van dit onderzoek gehanteerd worden voor het aanmerken van des- en misinformatie over vaccinaties en andere volksgezondheidsthema’s, openbaar te maken?

Antwoord 6

Dit RIVM-onderzoek hanteert voor de definities van des- en misinformatie de terminologie, zoals gedefinieerd door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)2. Onderzoeksresultaten zullen na uitvoerige peer-review, gepubliceerd worden in wetenschappelijke tijdschriften gedurende de looptijd van het promotietraject. De eerste resultaten van een promotietraject worden doorgaans na 1,5–2 jaar na start verwacht.

Vraag 7

Op welke manier en op welke termijn is het RIVM voornemens om de in of ten gevolge van dit onderzoek gebruikte algoritmen openbaar te maken?

Antwoord 7

De resultaten van dit onderzoek en de gebruikte methodiek, inclusief de algoritmen, zullen beschreven worden middels wetenschappelijke artikelen, die Open Access zullen worden gepubliceerd. Ook zal er te zijner tijd, en indien zou worden besloten tot implementatie, getoetst worden of de algoritmes tevens opgenomen dienen te worden in het algoritmeregister.

Naar boven