Vragen van het lid Koekkoek (Volt) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over de gelekte migratiebrief (ingezonden 4 september 2023).

Antwoord van Staatssecretaris Van der Burg (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 28 september 2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 47.

Vraag 1

Welke van de plannen in de migratiebrief bent u van plan door te zetten of uit te voeren?1

Vraag 2

Welke plannen uit de migratiebrief zijn al volledig, dan wel gedeeltelijk staand beleid?

Vraag 3

Op welke van deze plannen bent u van plan in Brussel stappen te zetten?

Vraag 4

Indien u van plan bent hierop in Brussel stappen te zetten, wat is hierin het beoogde tijdspad?

Vraag 5

Blijven de voorstellen op de Europa-dossiers deel uitmaken van de agenda van het demissionaire kabinet in Brussel?

Vraag 6

Waarom zette het kabinet in de voorstellen met name in op kennismigratie van hooggeschoolden, de zogenaamde «hoogwaardige sectoren»?

Vraag 7

Op basis van welke criteria zou moeten worden vastgesteld van welke arbeidsmigratie «het twijfelachtig is of we daar als land echter beter van worden»?

Vraag 8

Kunt u uitweiden waarom er met name werd ingezet op het binnenhalen van arbeidsmigranten met hoge salarissen, zoals het aanscherpen van het salariscriterium met name voor kennismigranten onder de 30 jaar?

Vraag 9

In de migratiebrief staan een aantal – volgens het kabinet – negatieve effecten genoemd van migratie: woningtekorten, vollere steden, verpauperde wijken, druk op onderwijs en zorg en verrommeling op het platteland en in de natuur; kunt u ingaan op basis van welke grond deze volgens het kabinet negatieve effecten kennelijk minder zwaar wegen voor de zogenaamde kennismigranten of specialisten dan voor (arbeids)migranten, zoals vakarbeiders en studenten?

Vraag 10

Heeft u bijvoorbeeld de verschillen in effecten van specialisten, vakmigranten en studenten op deze negatieve effecten gemeten, alvorens u deze maatregel voorstelde? En zo ja, kunt u deze bevindingen met de Kamer delen?

Vraag 11

Gezien het feit dat u in de brief verwijst naar de negatieve effecten van andere EU-lidstaten als het gevolg van het wegtrekken van de bevolking, hoe rijmt u dit met de voorstellen om juist hoogopgeleide kennismigranten uit derde landen aan te werven en te stimuleren voor lange tijd in Nederland te blijven?

Vraag 12

Kunt u uiteenzetten hoe de asielinstroom in Nederland zich relatief verhoudt met zowel omliggende landen als landen in de regio?

Vraag 13

Klopt het dat Nederland in vergelijking met andere EU-lidstaten, zoals Duitsland, Frankrijk en Italië relatief gezien minder asielzoekers opvangt?

Vraag 14

Hoe verhoudt de Nederlandse inzet op afspraken over verplichte asielgrensprocedures voor personen met een kansarm asielverzoek zich tot artikel 8, lid 2 van de Procedurerichtlijn, alsook de bepalingen over bewaring in de Opvangrichtlijn?

Vraag 15

Aan welke maatregelen werd gedacht in het kader van het wegnemen van prikkels in systeem om kinderen alleen vooruit te sturen?

Vraag 16

Bent u van plan de mogelijkheid voor binnengrenscontroles alsnog via de Schengengrenscode mogelijk te maken?

Vraag 17

Indien u van plan bent om in de wijzigingen van de Schengengrenscode te pleiten voor het herintroduceren van binnengrenscontroles, welke criteria moeten er dan voor zorgen dat dit echt als een allerlaatste redmiddel ingezet zal worden?

Vraag 18

Kunt u uiteenzetten wat de concrete effecten zijn op het vrij verkeer van mensen en goederen in Europa bij het instellen van binnengrenscontroles, alsook de daarmee gepaard gaande kosten voor het instellen van binnengrenscontroles, zowel voor de in te zetten capaciteit als de effecten op de economie ten gevolgen van dergelijke controles, zoals we ook gezien hebben bij Brexit?

Vraag 19

Bent u nog steeds van plan inzet te plegen op het ontwikkelen van migratiepartnerschappen, waaronder met Algerije, Egypte, Marokko, Tunesië, Niger, Nigeria, Irak en Turkije?

Vraag 20

Hoe verhoudt zich dit tot de misstanden tegen de mensheid zoals we die nu waarnemen in Tunesië, als gevolg van de deal?

Vraag 21

Hoe zal Nederland te allen tijde voorkomen dat migratiedeals bijdragen aan het verslechteren van de positie van mensen op de vlucht?

Vraag 22

Welke criteria wil Nederland verruimen om de Europese lijst van derde landen te vergroten en welke redenering zit hierachter?

Vraag 23

Kunt u uiteenzetten welke criteria Nederland wil gebruiken om het bandencriterium te verruimen?

Vraag 24

Kunt u uiteenzetten hoe het versoberen van de opvang zich verhoudt tot de minimumvereisten in de Opvangrichtlijn en daarbij de relevante artikelen in uw antwoord opnemen?

Vraag 25

In hoeveel procent van de gevallen wordt een verzoek van een zogenaamde kansarme aanvraag in hoger beroep alsnog toegekend?

Vraag 26

Op basis van welke criteria is het juridisch mogelijk om ongedocumenteerden vast te houden en hoelang?

Vraag 27

Kunt u van deze maatregelen aangeven hoe het de instroom zou verminderen en op basis van welk onderzoek u dit kan constateren?

Vraag 28

Kunt u alle vragen die niet onder uw portefeuille vallen doorgeleiden naar de verantwoordelijke collega en door hem/haar laten beantwoorden?

Vraag 29

Kunt u alle vragen één voor één en los van elkaar beantwoorden?

Antwoord 1 t/m 29

Deze uitgebreide set met vragen ziet op de, in de woorden van de vraagstelster, gelekte migratiebrief2.

Begin juli heeft het kabinet na intensieve besprekingen inzake beleidsmaatregelen over de volle breedte van het migratieterrein helaas moeten constateren dat het niet mogelijk is gebleken overeenstemming te bereiken over de beleidsmaatregelen. Bij brief van 10 juli jl. van de Minister van JenV is uw Kamer gemeld dat er in dat kader geen sprake is geweest van een gezamenlijk gedragen stuk dat tot besluitvorming heeft geleid, omdat voor alles gold dat er geen overeenstemming was totdat over het geheel overeenstemming zou worden bereikt. De ambtelijk ingebrachte stukken ten behoeve van de bewindspersonenoverleggen over migratie heeft uw Kamer als bijlagen bij de genoemde brief van 10 juli ontvangen. Daarbij is tevens gemeld en toegelicht dat conform de vaste lijn in het verkeer tussen Kamer en kabinet en het wettelijk kader het niet aangewezen is om vanuit het kabinet de politieke inbreng en stukken inzake politieke overleggen te verstrekken. De in de vraagstelling genoemde brief betreft een document in die laatste categorie. Dat geldt eveneens voor de informatie die, in het kader van dit document, in deze vragenset wordt opgevraagd.

Zoals aangegeven in de beantwoording van de vragen van het Omtzigt die uw Kamer 9 augustus jl. heeft ontvangen, is met de indiening van het ontslag het kabinet demissionair geworden en houdt dit in dat het kabinet terughoudendheid past. Welke stappen en besluiten noodzakelijk zijn, zal per geval worden beoordeeld en daarover zal uw Kamer op gebruikelijke wijze worden geïnformeerd. Dat geldt ook voor stappen op internationaal terrein, zowel in bilateraal, multilateraal en EU-verband. De staande inzet van het kabinet zal worden bestendigd en u wordt daarover via de gebruikelijke wegen geïnformeerd, bijvoorbeeld via de geannoteerde agenda’s van de relevante Raden. Daar waar tijdens de demissionaire periode van het kabinet besprekingen en onderhandelingen over wetgevende trajecten in de EU voortgaan, zal het kabinet daaraan blijven bijdragen op basis van de aan uw Kamer toegezonden BNC-fiches.


X Noot
1

NOS, 31 augustus 2023, Uitgelekte migratiebrief: coalitiepartijen waren bereid tot grote concessies (nos.nl/nieuwsuur/artikel/2488714-uitgelekte-migratiebrief-coalitiepartijen-waren-bereid-tot-grote-concessies).

X Noot
2

NOS, 31 augustus 2023, Uitgelekte migratiebrief: coalitiepartijen waren bereid tot grote concessies (nos.nl/nieuwsuur/artikel/2488714-uitgelekte-migratiebrief-coalitiepartijen-waren-bereid-tot-grote-concessies).

Naar boven