Vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) aan de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport over een mogelijk verband tussen de start van de najaars-vaccinatiecampagne
en de oplopende sterfte (ingezonden 11 oktober 2022).
Mededeling van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 2 november
2022).
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de berichtgeving aangaande vermeende oplopende meersterfte
en de start van de vaccinatiecampagne in het najaar?1
Vraag 2
Klopt het dat de wekelijkse sterfte direct na de start van de najaarscampagne hoger
werd dan verwacht? Zo ja, hoe reflecteert u op deze cijfers?
Vraag 3
Houdt u er rekening mee dat de stijging van sterfte verband zou kunnen houden met
de start van de vaccinatiecampagne in het najaar? Zo ja, gaat u hier onderzoek naar
doen en op welke manier? Zo nee, waarom acht u dit verband niet mogelijk?
Vraag 4
Houdt u er rekening mee dat de afweer van de in eerste instantie voor een herhaalprik
opgeroepen ouderen en mensen met een kwetsbare gezondheid door de vaccinatie mogelijk
(tijdelijk) verder is verzwakt, waardoor hun risico op overlijden (als gevolg van
andere aandoeningen) (tijdelijk) is verhoogd?
Vraag 5
Gaat u in het licht van de huidige stijgende meersterfte, in het oversterfte-onderzoek
van het RIVM en CBS zijn circa 135.000 immuungecompromitteerden uitgezonderd bij de
bepaling van sterfte vlak na vaccinatie in een periode dat circa 3.000 doden niet
konden worden verklaard, actief onderzoek doen naar het mogelijke verband tussen deze
groep mensen en sterfte direct na vaccinatie, aangezien kwetsbare mensen in de samenleving
als eerste zijn opgeroepen voor de vaccinatieronde in het najaar?
Vraag 6
Wordt de groep ouderen en kwetsbare mensen die onlangs is opgeroepen voor de vaccinatieronde
actief gevolgd, aangezien de Gezondheidsraad heeft geadviseerd de groep immuungecompromitteerden
na vaccinatie goed in de gaten te houden in verband met mogelijk verhoogde risico’s
direct na vaccinatie? Zo ja, kunt u delen wat de bevindingen van deze monitoring tot
nu toe zijn?
Vraag 7
Heeft u zicht op wat er ten grondslag ligt aan de oplopende sterfte, aangezien uit
de cijfers van het RIVM en het CBS af te lezen valt dat de oplopende sterfte (vooralsnog)
waarschijnlijk niet veroorzaakt wordt door Covid-19? Zijn de doodsoorzaken bekend
en/of wordt hier onderzoek naar gedaan? Wordt er actief gekeken naar bijvoorbeeld
hartaandoeningen, aangezien deze eerder al in mogelijk verband werden gebracht met
de coronavaccins?
Vraag 8
Houdt u rekening met het potentieel cumulatieve risicoverhogende effect van verschillende
variabelen tijdens een vaccinatiecampagne, dat mogelijk kan leiden tot oplopende sterfte
als gevolg van deze vaccinatiecampagne? Wordt hiernaar gekeken en onderzocht of er
een mogelijk verband is tussen deze factoren en de mensen die vlak na vaccinatie komen
te overlijden, denk bijvoorbeeld aan een op dat moment toenemende infectiedruk (in
combinatie met andere rondgaande virussen), het vaccineren met een vaccin dat gericht
is op een eerdere variant, een extra kwetsbare groep die aan de beurt is, psychologische
factoren zoals stress? Zo nee, waarom wordt hier niet naar gekeken?
Vraag 9
Bent u het eens dat de gestegen sterftecijfers vlak na de start van de vaccinatiecampagne
in het najaar de noodzaak van het zo snel mogelijk toegankelijk maken en koppelen
van de oversterftedata voor vervolgonderzoek naar de aanhoudende oversterfte grote
prioriteit heeft? Heeft u al zicht op wanneer deze data voor onafhankelijke wetenschappers
beschikbaar gesteld wordt?
Vraag 10
Houdt u er rekening mee dat het «stapelen» van meerdere coronavaccinaties in relatief
korte tijd bij sommige mensen wellicht kan leiden tot problemen met/voor het immuunsysteem,
waardoor zij een verhoogd risico lopen op overlijden (eventueel door andere/chronische
aandoeningen)? Zo nee, kunt u uitleggen waarom dit niet mogelijk is?
Mededeling
De vragen van het lid Van Haga (Groep Van Haga) over een mogelijk verband tussen de
start van de najaars-vaccinatiecampagne en de oplopende sterfte (2022Z19123, ingezonden 11 oktober 2022), kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke
termijn worden beantwoord.
De reden van het uitstel is dat afstemming ten behoeve van de beantwoording meer tijd
vergt.
Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de Kamervragen doen toekomen.