Aanhangsel van de Handelingen
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | 47 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2022-2023 | 47 |
Bent u bekend met het artikel «Rusland op charmeoffensief met tour langs Afrikaanse landen»1?
Hoe beoordeelt u het bezoek van Minister Lavrov aan verschillende Afrikaanse landen, zoals Egypte, Ethiopië, Uganda en Congo, afgelopen zomer?
Welke afspraken zijn er door Rusland met de bezochte Afrikaanse landen gemaakt?
Tussen 24 en 27 juli 2022 bezocht Russische Minister van Buitenlandse Zaken Lavrov Egypte, Congo-Brazzaville, Oeganda en Ethiopië. Tijdens de bezoeken aan Egypte en Ethiopië sprak hij respectievelijk ook met de Arabische Liga en de Afrikaanse Unie. Minister Lavrov leek met deze bezoeken primair de bilaterale banden met deze landen te willen aanhalen, en het Russische narratief te verspreiden over de oorlog in Oekraïne en de gevolgen hiervan.
In hoeverre Lavrov hierin succesvol was zal op termijn moeten blijken. Toch lijkt de impact van dit bezoek beperkt. Lavrov werd niet overal ontvangen op het gewenste hoogste niveau, zoals in Ethiopië en bij de Afrikaanse Unie. Het viel op dat de ontvangende landen tijdens de afsluitende persconferenties geen expliciete steun betuigden voor het Russische narratief. Ondanks sterke bilaterale banden met Rusland, bewaarden landen als Oeganda en Egypte juist expliciet hun neutrale positie. Voor zover bekend zijn er ook geen nieuwe afspraken gemaakt met de bezochte landen. Buiten Egypte was er relatief weinig lokale media-aandacht voor de bezoeken.
Het feit dat Minister Lavrov ondanks de Russische invasie van Oekraïne in ieder land werd ontvangen, laat evenwel zien dat deze landen waarde hechten aan hun relatie met Rusland. Verschillende redenen kunnen hieraan ten grondslag liggen, zoals zorgen over voedselzekerheid, of het bestaan van lange economische en diplomatieke relaties. Het is van belang een goed begrip te krijgen van de posities van Afrikaanse landen, en deze mee te nemen in de dialogen die Nederland en de EU met deze landen voeren.
Hoe gaat u om met Afrikaanse landen die onlangs de banden met Rusland hebben aangehaald en in bezit zijn van kritieke grondstoffen?
Nederland spant zich, samen met de EU en EU-lidstaten, in om het Europese narratief over de Russische invasie van Oekraïne en de impact hiervan op het Afrikaanse continent onder de aandacht te brengen bij Afrikaanse landen. De relatie op basis van gelijkwaardigheid die wij met deze landen hebben vormt hierbij het uitgangspunt.
Strategische en binnen de EU afgestemde communicatie is één van de manieren om het Russische narratief te bestrijden. Ook is het belangrijk dat de EU, samen met de lidstaten, goed onder de aandacht brengt dat zij gezamenlijk de grootste handelspartner, de grootste investeerder en de grootste donor voor wat betreft ODA zijn in de meeste Afrikaanse landen. Daarbij moeten ook de resultaten die hiermee behaald worden benadrukt. Hiermee laten we zien dat een hechte relatie met de EU loont en dat het steunen van de internationale rechtsorde en het multilaterale stelsel ook in het directe eigenbelang is van deze landen. Het EU partnerschap met Afrika, dat werd herbevestigd tijdens de EU-AU Top in februari 2022, biedt veel mogelijkheden om deze boodschappen over te brengen en nieuwe samenwerkingen aan te gaan die hier op hun beurt aan bijdragen.
Hoe gaat u om met de (Afrikaanse) landen die de VN-Resolutie «Agressie tegen Oekraïne» niet gesteund hebben?
Tijdens de stemming in de Algemene Vergadering van de VN op 2 maart 2022 over deze resolutie, stemden 29 Afrikaanse landen voor, een tegen, onthielden zestien landen zich van stemming en waren acht landen afwezig. Dit toonde aan dat de verwachte ondersteuning van de Afrikaanse staten van het Westerse standpunt geen gegeven is. Actief tegen een resolutie te stemmen is echter een andere keuze dan een onthouding van stemmen, of afwezigheid tijdens een stemming. Redenen hiervoor kunnen uiteenlopen en verschillen per land. Het is daarom zaak om in gesprek te blijven over de Russische invasie van Oekraïne en de negatieve gevolgen hiervan, Russische desinformatie tegen te gaan, en de politieke dialoog met deze landen te versterken. Nederland heeft hiertoe o.a. opgeroepen tijdens de Raad Buitenlandse Zaken (OS) van 6-7 maart. Daarnaast heeft Nederland, zowel voor als na de stemming over de VN-resolutie, met diverse landen contact gezocht om deze kwestie aan de orde te stellen. Nederland blijft dit onderwerp opbrengen in bilaterale gesprekken en zich hiervoor inspannen, in EU-verband en met andere partners, om de internationale coalitie die de Russische agressie veroordeelt zo breed mogelijk te maken en te houden. Ook tijdens de AVVN is hier door de Nederlandse delegatie veel aandacht aan besteed. De afweging voor vervolgstemmen blijft echter de verantwoordelijkheid van ieder individueel land.
Hoe gaat u om met de landen die de VN-Resolutie «Agressie tegen Oekraïne» niet hebben gesteund of onlangs de banden met Rusland hebben aangehaald (Mali, Ethiopië, Zuid Soedan, Soedan, Burundi, Mozambique, Bangladesh, Egypte, Irak, Senegal, Zuid Afrika, India en Vietnam) en tevens volgens de beleidsnotitie 2022 «Doen waar Nederland goed in is» prioritaire-/focuslanden zijn op het gebied van ontwikkelingssamenwerking? Kunt u per land aangeven of en hoeveel Nederlands belastinggeld de afgelopen jaren naar de overheden van deze landen is gegaan en de komende jaren zal gaan? Welke programma’s lopen er met de overheden van de genoemde landen?
In aanvulling op de beantwoording van vraag 4 en 5, geldt voor alle landen dat er op proactieve wijze en met een overtuigend narratief gecommuniceerd wordt over de gedeelde belangen, onder andere om gezamenlijke ontwikkelingsdoelstellingen te behalen en economische samenwerking te bevorderen, en over de Russische oorlog in Oekraïne en de impact hiervan op andere landen. Hierbij moet ook oog worden gehouden voor de sterk uiteenlopende motivaties van landen die vragen om een gedifferentieerde benadering. Het kabinet hecht daarbij aan een gelijkwaardig partnerschap dat tegemoet komt aan ieders belangen en waarin wederkerigheid centraal staat.
Nederland financiert normaliter geen andere overheden in de uitvoering van ontwikkelingssamenwerking. De Nederlandse steun verloopt vooral via internationale en maatschappelijke organisaties. Binnen de groep genoemde landen zijn er enkele uitzonderingen van projectfinanciering waarvoor het contract werd getekend met een overheidsinstantie. Dit betroffen Bangladesh (twee contracten), Ethiopië (zes contracten), Mali (vier contracten), Mozambique (drie contracten) en Senegal (een contract). De totale uitgaven voor deze projecten in genoemde landen betrof in 2.020 EUR 42,325,771, in 2.021 EUR 9,211,406 en in 2.022 EUR 2,320,773. Met Soedan werd in 2020 een contract afgesloten voor een project met een totaalbudget van USD 198,000, dit project werd echter afgebroken en is om die reden niet meegerekend in het bovenstaande overzicht. In dit overzicht zijn projecten die binnen programma’s voor private sectorontwikkeling vallen, zoals van de RVO, of programma’s waarin met overheden kan worden samengewerkt, zoals via Invest International, niet inbegrepen.
De programma’s in de hierboven genoemde landen lopen uiteen over verschillende thema’s. In Ethiopië werkt Nederland bijvoorbeeld mee aan het overheidsprogramma op het gebied van water, gezondheidszorg, en sanitatie (oneWASH). In dit programma werken ministeries, donoren, het maatschappelijk middenveld en universiteiten samen. Het programma begon in 2013, en in de eerste fase hebben 18,7 miljoen mensen toegang tot schoon water gekregen. Nederland is halverwege de tweede fase ingestapt. Verder droeg Nederland samen met andere donoren bij aan het SDG pooled fund in Ethiopië, waarmee de implementatie van het strategisch plan van het Ministerie van Gezondheid werd gefinancierd. Het SDG pooled fund sluit aan bij de Nederlandse ontwikkelingsdoelstellingen, bijvoorbeeld op bestrijding van gender-based violence en meisjesbesnijdenissen. Voor beide programma’s geldt dat de Nederlandse financiering sinds eind 2021 niet meer via de overheid loopt.
In Mali steunt Nederland bijvoorbeeld projecten op het gebied van water en anti-corruptie. Met het GIRE-programma wordt ingezet op verbetering van waterbeheer ten behoeve van de bevolking, met name die van de rivier Niger in Mali en Guinee. Het LUCCEI-programma ondersteunt het Ministerie van Justitie en het Nationale Bureau tegen Illegale Verrijking (OCLEI) in de preventie en vervolging van corruptie en illegale verrijking in Mali. Dit programma wordt thans vanwege de politieke situatie aangepast, waarbij financiering via het Ministerie van justitie wordt stopgezet (zie ook de beantwoording van vraag 7).
Een voorbeeld van de Nederlandse samenwerking met Mozambique betreft de steun aan het Zambezi Valley Development Agency (ZVDA), dat onder het Mozambikaanse Ministerie van Economie en Financiën valt. In dit project wordt ingezet op verschillende methoden om productiviteit van onder meer de agribusiness en commerciële boerenbedrijven te verhogen, om zodoende bij te dragen aan hogere inkomens en betere werkgelegenheid.
In Bangladesh steunde NL via het Blue Gold Programma de Bangladesh Water Development Board en het Department of Agricultural Extension op het gebied van watermanagement, tuinbouw en visteelt in de kustgebieden. Ook werd met het Bangladesh Deltaplan 2021 met de overheid samenwerkt om een meerjarig plan voor een veilig en duurzaam beheer van de delta op te stellen.
Wat gaat u doen om de door Nederlands belastinggeld gefinancierde programma’s met betrekking tot ontwikkelingssamenwerking met de overheden uit de in vraag 6 genoemde landen, die ook de banden met Rusland onlangs hebben aangehaald, aan te passen?
Gevallen waarin de betrekkingen met een land ingrijpend veranderen, zoals door een staatsgreep of burgeroorlog, geven aanleiding voor een herbeoordeling van de diplomatieke relatie met dat land. Besluiten over de continuering van ontwikkelingssamenwerking maken hier deel vanuit. Om deze reden wordt er thans een herziening uitgevoerd van de Nederlandse ontwikkelingssamenwerkingsprojecten op het gebied van veiligheid en rechtsorde, opdat financiering niet via de centrale overheden van Ethiopië, Mali, en Burkina Faso loopt. Projecten op het gebied van water, landbouw en gezondheidszorg kunnen in deze landen hun doorgang blijven vinden.
Het aanhalen van de banden met Rusland hoeft op zichzelf nog geen reden te zijn om ontwikkelingssamenwerking met een land aan te passen. Het staat ieder land vrij om bilaterale relaties te ontplooien. Bovendien kunnen redenen om banden met Rusland aan te halen uiteen lopen. Nederland blijft, in samenwerking met de EU en andere internationale partners, daarom met landen in gesprek over deze kwestie zodat de Russische invasie internationaal zo breed mogelijk wordt veroordeeld.
OS-samenwerking draagt op de lange termijn bij aan het versterken van de stabiliteit in een land door het werken aan grondoorzaken van armoede, voorkomen van terreur, irreguliere migratie en klimaatverandering, en het bereiken van de duurzame ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties. Juist in landen waar Nederland een OS-relatie mee heeft, geeft dit extra mogelijkheden om de uitbreiding van Russische invloed en narratief over de invasie van Oekraïne tegen te gaan. In de dialoog met deze landen wordt het Europese narratief over de rol van Rusland in Oekraïne en de gevolgen hiervan onder de aandacht gebracht. In landen die direct worden geraakt door consequenties van de oorlog, draagt ontwikkelingssamenwerking bij aan het opvangen van deze negatieve gevolgen (zoals problemen met voedselzekerheid).
Kunt u deze vragen beantwoorden voor de behandeling van de beleidsnotitie 2022 «Doen waar Nederland goed in is»?
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20222023-47.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.