Vragen van het lid Van der Lee (GroenLinks) aan de Minister van Buitenlandse Zaken
over het bericht «Israël maakt bouw van illegale nederzettingen een stuk gemakkelijker»
(ingezonden 23 juni 2023).
Antwoord van Minister Hoekstra (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 5 juli 2023).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het bericht «Israël maakt bouw illegale nederzettingen een
stuk gemakkelijker»1 in de Volkskrant?
Vraag 2
Wat is uw appreciatie van het feit dat de Israëlische regering de bouw van nederzettingen
op de bezette Westelijke Jordaanoever aanzienlijk heeft versimpeld, waardoor nu vrijwel
alle controle ligt bij de ultranationalistische Minister van Financiën, Bezalel Smotrich?
Antwoord 2
Het bouwen en uitbreiden van nederzettingen is in strijd met het internationaal recht
en plaatst een toekomstige vreedzame oplossing verder op afstand. Het is daarom een
zorgwekkende ontwikkeling dat met deze wijziging in het plannings- en goedkeuringsproces
het initiëren, vestigen en uitbreiden van illegale nederzettingen makkelijker wordt.
Vraag 3
Deelt u de zorg dat dit de bouw van nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever aanzienlijk
zal verstellen?
Vraag 4
Op welke manier bent u van plan om hier als Nederland actie op te nemen, om te voorkomen
dat de ultranationalistische regering deze stappen zal doorzetten?
Antwoord 4
Nederland spreekt zich consequent uit tegen het Israëlische nederzettingenbeleid en
blijft dit onverminderd doen. Op 22 juni jl. heb ik de wijziging veroordeeld en opgeroepen
deze terug te draaien. Ook heeft Nederland zich in de Mensenrechtenraad op 20 juni
jl. uitgesproken tegen deze wijziging van het nederzettingenbeleid.
Vraag 5
Bent u nog steeds van mening dat er wordt toegewerkt naar een tweestatenoplossing
door Israël? Zo ja, welke aanwijzingen ziet u die in die richting wijzen?
Antwoord 5
Nederland zet zich in voor een twee-statenoplossing met enerzijds een toekomstige
onafhankelijke, democratische en levensvatbare Palestijnse staat en anderzijds een
veilig Israël. De grenzen van vóór 4 juni 1967 vormen daarbij het uitgangspunt. Dit
beleid blijft onverminderd de inzet van dit kabinet.
Daarnaast blijft Nederland zich, samen met andere partners (o.a. de EU), inspannen
voor omstandigheden waarin er voldoende onderling vertrouwen is om vredesbesprekingen
te hervatten. Gezien de omstandigheden op de grond ligt een aanzienlijke verbetering
van de situatie echter op korte termijn niet in de lijn der verwachting.
Vraag 6
Bent u bereid om de ontwikkelingen in Israël en de Palestijnse gebieden te agenderen
voor de aankomende Raad Buitenlandse Zaken of de Europese Top? Ziet u mogelijkheden
om de uitspraken van de Minister te bespreken in een Europees verband, en in te zetten
op het vormen van gemeenschappelijke Europese reactie over de uitspraken?
Antwoord 6
Nederland en de EU spreken zich consequent uit tegen het Israëlische nederzettingenbeleid
en blijven dit doen. Zo heeft de Europese Dienst voor Extern Optreden (EDEO) op 19 juni
jl. in een verklaring zorgen gedeeld over de operatie in Jenin, opgeroepen tot het
niet voortzetten van het bouwen van 4.000 geplande nederzettingen en gemaand tot de-escalatie.
De Europees Hoge Vertegenwoordiger Josep Borrell heeft dit nogmaals gedaan in een
verklaring op 23 juni jl. waarin hij namens de EU zorgen heeft geuit over de escalatie
van geweld en het Israëlische nederzettingenbeleid.
Vraag 7
Bent u van plan om contact op te nemen met Israëlische autoriteiten om het standpunt
van de Nederlandse regering over de besluitvorming achter de illegale nederzettingen
in de Westelijke Jordaanoever en Jeruzalem, en de recente uitspraken van Minister
Smotrich die in het artikel worden uitgelicht te uiten?
Antwoord 7
Ik heb namens het kabinet publiekelijk mijn zorgen geuit over deze ontwikkeling. Het
Nederlandse standpunt is ook op meerdere niveaus bilateraal met de Israëlische autoriteiten
gedeeld.
Vraag 8
Bent u bereid om een onafhankelijk onderzoek in te stellen naar de resultaten van
het Nederlandse ontmoedigingsbeleid in deze kabinetsperiode waarin duidelijk wordt
hoeveel bedrijven actief zijn gewezen op dit beleid, en wat daarvan de uitkomst was,
en de uitkomsten van dit onderzoek te delen met de Kamer?
Antwoord 8
Nee, ik zie hier geen aanleiding toe. Nederlandse bedrijven worden, wanneer zij de
overheid consulteren, geïnformeerd over het Nederlandse ontmoedigingsbeleid. Dit is
reeds jaren staand beleid en het kabinet blijft dit doen.