Vragen van het lid Sylvana Simons (BIJ1) aan de Minister van Justitie en Veiligheid
over politiegeweld jegens een vreedzame demonstratie in de crisisopvang (ingezonden
26 april 2023).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) mede namens de Staatssecretaris
van Justitie en Veiligheid (ontvangen 22 juni 2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2022–2023, nr. 2638.
Vraag 1
Bent u bekend met de beelden van politiegeweld bij de crisisopvang in Zuidbroek?1
Antwoord 1
Ik ben bekend met beeldmateriaal op sociale media waarop een deel van het incident
te zien is.
Vraag 2 en 3
Kunt u ingaan op de keuze van de politie om honden en wapenstokken mee te nemen naar
een vreedzame demonstratie in een crisisnoodopvang? Wat is daarover uw oordeel?
Kunt u ingaan op de keuze om mensen te slaan met wapenstokken, terwijl er duidelijk
te zien is dat er zich geen enkele dreigende situatie voordoet? Wat is daarover uw
oordeel?
Antwoord 2 en 3
Het is niet aan mij om op basis van gefragmenteerde beelden te beoordelen welke geweldmiddelen
de politie wel of niet bij een bepaald optreden inzet en of het gebruikte geweld tijdens
dat optreden proportioneel, subsidiair, redelijk en doelmatig is geweest.
Vraag 4
Hoe verhouden het getoonde gedrag en het ondernomen geweld zich tot het demonstratierecht?
Antwoord 4
In dit geval is de politie op verzoek van beveiligingsmedewerkers van het COA ter
plaatse gekomen in verband met een conflict. Er waren geen aanwijzingen dat sprake
was van een demonstratie. In zijn algemeenheid merk ik op dat de politie in het kader
van de handhaving van de openbare orde – onder voorwaarden – geweld mag gebruiken.
Op basis van de op dat moment beschikbare informatie wordt een risico-inschatting
gemaakt.
Bij het politieoptreden staat de-escalatie altijd voorop. Indien noodzakelijk wordt
een menigte eerst meermaals gevorderd om zich van een bepaalde locatie te verwijderen.
Als daar geen gehoor aan wordt geven, dan is de politie bevoegd om in het uiterste
geval geweld te gebruiken om een beoogd doel (bijvoorbeeld verwijdering van een bepaalde
locatie) te bereiken.
Het gebruik van geweld is een ultimum remedium en moet – zoals bij elk geweldgebruik
door de politie – een legitiem doel dienen en voldoen aan de vereisten van proportionaliteit,
subsidiariteit, redelijkheid en gematigdheid. Tot slot moet het geweldgebruik na afloop
van het politieoptreden worden gemeld bij de hulpofficier van justitie ter toetsing.
Vraag 5
Klopt het dat, zoals aangegeven door getuigen, de politie telefoons afpakte en/of
heeft gepoogd deze af te pakken? Hoe verhoudt dit zich tot het eigendomsrecht en informatievergaring?
Antwoord 5
Ik heb begrepen dat er in de politiesystemen niets is terug te vinden wat op het afpakken
van telefoons door de politie wijst. Mochten betrokkenen zich op het standpunt blijven
stellen dat hun mobiele telefoon door de politie is afgepakt dan wel dat daartoe een
poging is gedaan, dan kunnen zij hierover een klacht indienen bij de politie.
Vraag 6
Welke nazorg wordt er naar aanleiding van deze situatie geboden aan de slachtoffers
van politiegeweld?
Antwoord 6
De politie is altijd terughoudend met het aanwenden van geweld. Mocht zij zich toch
genoodzaakt zien om geweld te gebruiken, dan wordt dit achteraf altijd getoetst. Als
een burger niet tevreden is over het optreden of het gedrag van een politiemedewerker,
dan kan hij of zij een klacht bij de politie indienen. In de eerste informele fase
van de klachtbehandeling wordt een bemiddelingsgesprek aangeboden. Tijdens dit gesprek
kunnen beide partijen hun kant van het verhaal vertellen.
Vraag 7
Zijn er consequenties voor de betrokken agenten? Wordt er onderzoek verricht naar
het buitensporig handelen? En zo ja, op welke termijn?
Antwoord 7
Naar aanleiding van het politieoptreden zijn waar nodig meldingen gemaakt van geweldsaanwendingen
en deze worden zoals gebruikelijk beoordeeld. Op individuele zaken kan ik verder niet
ingaan.
Vraag 8
Kunt u te zijner tijd de evaluatie van de politie op basis van deze gebeurtenissen
met ons delen?
Antwoord 8
Het incident wordt niet formeel geëvalueerd. Wel vindt er een gesprek plaats tussen
politie en het COA waarin het voorval wordt besproken en eventueel afspraken worden
gemaakt voor de toekomst. Indien ik hiertoe aanleiding zie zal ik de uitkomst hiervan
delen met uw Kamer.