Vragen van de leden Van Ginneken en Tjeerd de Groot (beiden D66) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het gebruik van chemische middelen zoals glyfosaat door ProRail (ingezonden 11 mei 2023).

Antwoord van Staatssecretaris Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 19 juni 2023).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het feit dat het ProRail meer tijd gaat kosten dan gedacht om de overstap te maken naar het gebruik van gifvrije onkruidbestrijding?1

Antwoord 1

ProRail spant zich in voor een «chemievrij» beheer van spoorbanen (schouwpaden en ballastbedden), zonder het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Voor dat beheer moeten alternatieve beheermethoden worden ontwikkeld en in de praktijk getest. Ik heb er begrip voor als de overstap langer duurt dan vooraf ingeschat, voor zover dat een gevolg is van complexe praktische problemen.

Streven blijft dat de terreinen zo spoedig mogelijk zonder het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen worden beheerd.

Vraag 2

In de brief van 25 oktober 2019 heeft uw voorganger toegezegd dat ProRail zich inzet op volledige uitfasering in 2025. Welke stappen zijn tot nu toe gezet om dit doel te bereiken?

Antwoord 2

ProRail heeft na een literatuuronderzoek naar de toepasbaarheid van de gangbare beheermethoden voor het spoor een «proeftuin» ingericht waarin beheermethoden worden getest. Daarnaast wordt een uitgebreide pilot uitgevoerd, met alternatieve methoden voor beheer van de schouwpaden (resultaten verwacht in 2024).

In nieuwe onderhoudscontracten wordt nadrukkelijk aangegeven in welke gebieden het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in ieder geval niet is toegestaan (zoals waterwingebieden en grondwaterbeschermingsgebieden, afhankelijk van provinciale regelgeving).

In dit verband wijs ik erop dat ProRail op de meeste terreinen geen gewasbeschermingsmiddelen gebruikt. Die middelen mogen, voor zover nodig, alleen worden gebruikt op het ballastbed van het spoor en de inspectie- of schouwpaden gelegen binnen de veiligheidszones.

Vraag 3

Kunt u toezeggen dat nog steeds wordt ingezet op de volledige uitfasering van chemische bestrijdingsmiddelen vóór 2025?

Antwoord 3

Ja.

Vraag 4

Zo niet, waarom niet en wanneer verwacht u dan dat ProRail zal stoppen met het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen?

Antwoord 4

Inzet is beëindiging vóór 2025, maar het exacte moment van beëindiging wordt uiteindelijk bepaald door de vervulling van de randvoorwaarde uit de brief van 25 oktober 2019, dat «bruikbare en haalbare alternatieven» beschikbaar moeten zijn.

Complicatie is namelijk dat niet alle alternatieve onkruidbestrijdingsmethoden toepasbaar zijn nabij of op het spoor. De praktische bruikbaarheid moet onderzocht en getest worden, mede om de veiligheid en beschikbaarheid van de spoorweginfrastructuur te behouden.

Vraag 5

Kunt u toezeggen dat concrete afspraken met ProRail zullen worden gemaakt betreffende het stoppen met het chemische bestrijdingsmiddelen? Zo ja, hoe gaat u deze afspraken handhaven?

Antwoord 5

ProRail is een deskundige organisatie, die zich binnen zijn mogelijkheden inspant om het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen zo spoedig mogelijk te beëindigen. Het doel is duidelijk, aanvullende afspraken zijn op dit moment niet nodig.

Vraag 6

Zijn in de huidige en oude pilots bruikbare en haalbare alternatieven gevonden? Zo ja, welke zijn dit en worden deze al gebruikt in de praktijk?

Antwoord 6

In het antwoord op vraag 2 is aangegeven dat gewasbeschermingsmiddelen alleen op bepaalde delen van terreinen mogen worden toegepast, voor zover nodig. Alternatieve methoden, zoals hete lucht en borstelen, worden op alle andere terreinen toegepast, zoals in bermen en op verhardingen zoals toegangswegen, calamiteitenwegen, verhardingen rondom relaishuizen, kasten en perrons.

In de eerdergenoemde «proeftuin» worden de volgende niet-chemische alternatieven getest:

  • cryogene behandeling (het bevriezen van de plant);

  • electricide (met elektriciteit wordt de plant van binnen «gekookt»);

  • heet water, en

  • combinatie van heet water en electricide.

In de pilot op het schouwpad worden twee methoden getest:

  • cryogene behandeling

  • toepassing van een gewasbeschermingsmiddel met de actieve stof pelargonzuur. Dit is een middel uit de zogenoemde «green chemistry», voor het geval niet-chemische bestrijding onverhoopt niet toereikend blijkt.

Vraag 7

Hoe gaat u het gebruik van (toekomstige) bruikbare en haalbare alternatieven stimuleren, zodat deze zullen worden gebruikt ter vervanging van chemische bestrijdingsmiddelen?

Antwoord 7

Uitgangspunt is dat buiten de landbouw het vermijdbaar gebruik van gewasbeschermingsmiddelen niet is toegestaan. Op het moment dat toereikende preventieve en/of niet-chemische maatregelen en methoden beschikbaar komen, is het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen niet meer nodig en niet meer toegestaan. Dat verbod is een voldoende stimulans voor de overstap naar een niet-chemisch beheer.

Vraag 8

Kunt u toezeggen dat, als voldoende alternatieven zijn gevonden, u het gebruik van giftige chemische bestrijdingsmiddelen gaat verbieden?

Antwoord 8

Ja. Een dergelijk verbod past bij de invulling van het begrip «geïntegreerde gewasbescherming», zoals die de afgelopen jaren met uw Kamer is gedeeld.

Vraag 9

Wordt al gebruik gemaakt van mogelijke alternatieven in de praktijk? Zo wel, op welke plaatsten?

Antwoord 9

In het antwoord op vraag 6 is aangegeven dat niet-chemische alternatieven op bijna alle ProRailterreinen worden toegepast, zoals in bermen en op verhardingen zoals toegangswegen, calamiteitenwegen, verhardingen rondom relaishuizen, kasten en perrons. Daarnaast worden alternatieven op bepaalde inspectiepaden getest.

Vraag 10

Kunt u aangeven op welke plaatsen ProRail nog gebruik maakt van chemische bestrijdingsmiddelen?

Antwoord 10

ProRail maakt alleen -voor zover onvermijdelijk- gebruik van gewasbeschermingsmiddelen op inspectiepaden binnen de veiligheidszone en op het ballastbed.

Vraag 11

In de eerdergenoemde brief staat ook dat Rijkswaterstaat het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen in 2021 geheel zou beëindigen. Kunt u bevestigen dat de Rijkswaterstaat nu nergens meer gebruik maakt van gewasbeschermingsmiddelen?

Antwoord 11

Ja, Rijkswaterstaat heeft in zijn beheer en onderhoud het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen volledig beëindigd, overeenkomstig de aankondiging in de brief van 18 december 2020 (Kamerstuk 27 858, nr. 527).

Lopende contracten waar gebruik de afgelopen jaren nog was toegelaten, zijn inmiddels uitgediend.

Vraag 12

Welke maatregelen en stappen zijn hiertoe gezet?

Antwoord 12

Rijkswaterstaat heeft voor de uitvoerende aannemers kaders vastgesteld, waaraan het beheer en onderhoud van de openbare ruimte moet voldoen. Sinds 2017 is op grond van die kaders het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen niet toegestaan. In plaats daarvan moeten aannemers kiezen voor het gebruik van alternatieve maatregelen en methoden.

Vraag 13

Kunt u aangeven in hoeverre ProRail bij vernieuwing van infrastructuur inmiddels technologische componenten gebruikt (of dat gaat doen) die wél bestand zijn tegen niet-chemische manieren van gewasbestrijding, zoals hitte?

Antwoord 13

ProRail test onkruidbestrijdingsmethoden die niet leiden tot schade aan de infrastructuur; de infrastructuur wordt niet op het beheer aangepast. Wel wordt onderzocht of de inspectiepaden van ander materiaal gemaakt kunnen worden, zodat daar onkruidbestrijding minder nodig zal zijn.


X Noot
1

ProRail, «Wanneer stopt ProRail met het gebruik van chemische middelen, zoals die met glyfosaat?,» https://www.prorail.nl/veelgestelde-vragen/glyfosaat/wanneer-stopt-prorail-met-het-gebruik-van-chemische-middelen-zoals-die-met-glyfosaat.

Naar boven