Vragen van lid Boutkan (Volt) aan de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over de samenwerking tussen Japan en Zuid-Korea als reactie op de Amerikaanse CHIPS-Act (ingezonden 17 maart 2023).

Antwoord van Minister Schreinemacher (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking), mede namens de Minister van Economische Zaken en Klimaat (ontvangen 11 april 2023).

Vraag 1 en 2

Kunt u reflecteren op het artikel «Rapidus Official Calls US Semiconductor Regulations Too Aggressive, Calls for Cooperation between Korea, Japan» van Business Korea van 10 maart 2023?1

Wat is uw reactie op de uitspraak van Yasumitsu Orii, senior bestuurslid van Rapidus (een joint venture dat vorig jaar is opgericht door acht Japanse conglomeraten, waaronder Toyota, Sony, Softbank, Kioxia en NTT, om een sterke lokale industrie voor geavanceerde halfgeleiders op te zetten gesteund door de Japanse overheid) dat «Amerikaanse regelgeving eerder de Japanse semiconductor-industrie heeft verzwakt. Maar nu de Verenigde Staten weer via regelgeving proberen om wereldwijd dominant in halfgeleiders te worden, moeten Korea en Japan wel samenwerken om te reageren op deze stappen van de VS»?

Antwoord 1 en 2

Dit Koreaanse krantenartikel betreft de halfgeleidermarkt in Azië. Mede gezien de geringe link met het Nederlandse beleid terzake, vind ik het niet op mijn pad liggen op dit Koreaanse krantenartikel te reageren.

Vraag 3

Hoe plaatst u deze opmerking in het licht van de onderhandelingen tussen de VS, Japan en Nederland over maatregelen om de export van geavanceerde chiptechnologie naar China te beperken?

Antwoord 3

Op 8 december 2022 en 8 maart 2023 heeft u vertrouwelijke briefings gehad met ambtenaren over dit onderwerp. Zoals ook gemeld in het antwoord van 8 november 2022 op Kamervragen van VOLT, kan ik niet in details treden over gesprekken over dit onderwerp met partnerlanden. Voor het overige verwijs ik graag naar mijn brieven aan uw Kamer op 8 maart jl. en 1 december 2022.

Vraag 4

Welke garantie heeft u dat Japan meedoet met de maatregelen die de VS, Japan en Nederland hebben afgesproken?

Antwoord 4

Net als Nederland gaat Japan over zijn eigen beleid. Op 31 maart jl. heeft het Ministry of Economy, Trade and Industry (METI) een lijst van items gepubliceerd die het onder exportcontrole wil laten brengen. Het gaat hier om geavanceerde productieapparatuur voor halfgeleiders.

Inhoudelijk is er veel gelijkgezindheid tussen Europa, VS en partnerlanden in de Indo-Pacific wat betreft het belang dat we onze nationale veiligheid schragen met passende maatregelen op halfgeleiderterrein. Tijdens mijn recente ontmoeting met Minister Nishimura in Japan heb ik het belang van samenwerking op het gebied van exportcontrole benoemd. Maar ook Japan maakt hier uiteindelijk een eigen afweging.

Vraag 5

Eerder stond Japan achter de maatregel om de export van EUV-machines naar China te verbieden, omdat deze maatregel enkel ASML trof, de grote concurrent van Japanse lithografiebedrijven. Hoe treffen de nieuwe maatregelen Japanse bedrijven?

Antwoord 5

Door Nederland ingestelde exportcontrolemaatregelen zijn alleen gericht op export vanuit Nederland. Over de Nederlandse maatregelen bent u in de brief van 8 maart jl. geïnformeerd.

Vraag 6 en 7

Is het mogelijk dat Japan enkel akkoord gaat met de maatregelen die haar Nederlandse concurrenten treffen en de maatregelen die Japanse bedrijven hard treffen, negeert?

Welke gevolgen heeft dat voor de concurrentiepositie van de Nederlandse chiptechnologiebedrijven?

Antwoord 6 en 7

Zie antwoord op vraag 4.

Vraag 8

Bent u bereid de exportmaatregelen voor Nederlandse chiptechnologiebedrijven in te trekken als de Japanse regering enkel de maatregelen invoert die de Japanse bedrijven nauwelijks raken?

Antwoord 8

Nee. Het kabinet maakt hierin een eigen afweging van belangen en in de Kamerbrief van 8 maart is deze afweging met uw Kamer gedeeld.

Naar boven