Vragen van de leden Agema en Beertema (beiden PVV) aan de Ministers voor Langdurige Zorg en Sport en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Financieel niet rond kunnen komen tijdens opleiding in de zorg» (ingezonden 23 november 2022).

Antwoord van Minister Helder (Langdurige Zorg en Sport), mede namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ontvangen 16 maart 2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 1005.

Vraag 1

Wat is uw reactie op bijgevoegde geanonimiseerde e-mail van een student Geneeskunde die haar co-schappen niet kan bekostigen?1

Antwoord 1

Vooropgesteld vind ik het heel vervelend voor deze student Geneeskunde dat ze zich voorafgaand aan de start van haar coschappen al zorgen maakt over haar financiële situatie. Voor iedere Nederlandse student Geneeskunde bestaat de mogelijkheid van studiefinanciering, ook tijdens de coschappen. Voor de voorwaarden verwijs ik naar het antwoord op vraag 8.

Vraag 2

Kunt u aangeven hoeveel studenten Geneeskunde jaarlijks stoppen omdat zij tijdens hun co-schappen niet rond kunnen komen?

Antwoord 2

Er zijn geen cijfers beschikbaar over het aantal Geneeskundestudenten dat jaarlijks stopt met coschappen om financiële redenen.

Vraag 3

Bent u met ons van mening dat in ons land ook studenten met een lager inkomen die niet bij hun ouders kunnen inwonen een studie Geneeskunde moeten kunnen voltooien?

Antwoord 3

Nederlandse studenten Geneeskunde moeten inderdaad hun studie kunnen voltooien ongeacht hun sociaaleconomische status. Studiefinanciering maakt dit mede mogelijk. Voor de voorwaarden verwijs ik naar het antwoord op vraag 8.

Vraag 4

Deelt u de mening dat de maximumvergoeding van bruto 100 euro per maand voor een co-assisitent niet genoeg is om van te leven?

Antwoord 4

Het gaat bij deze vergoeding om een extra tegemoetkoming naast de opties voor studiefinanciering (zie antwoord op vraag 8).

Vraag 5

Vindt u bruto 100 euro per maand voor een coassistent nog wel van deze tijd? Hoe lang duurt een co-schap gemiddeld?

Antwoord 5

Een coschap duurt gemiddeld twee jaar. In de brief van Minister OCW van 5 april 2016 (Kamerstuk 24 724, nr. 141) is in afstemming met NFU aangegeven dat een coschap een onderwijswerkvorm is; er is geen sprake van arbeidsproductiviteit en geen bevoegdheid tot zelfstandig handelen. Een coschap is erop gericht om vaardigheden aan te leren die voor de student essentieel zijn om het beroep van arts in de toekomst zelfstandig en veilig te kunnen uitoefenen. Een coschap kan vanwege deze kenmerken niet aangemerkt worden als stage. De tegemoetkoming van € 100 per maand voor Nederlandse studenten die bij UMC’s coschappen lopen, is een extra tegemoetkoming naast de opties voor studiefinanciering (zie antwoord op vraag 8).

Vraag 6

Kunt u bewerkstelligen dat coassistenten voor hun gemiddeld 56 uur per week die ze aan hun co-schap besteden een passendere beloning krijgen, zodat studenten die het minder breed hebben ook arts kunnen worden?

Antwoord 6

Nederlandse studenten uit gezinnen met een relatief laag inkomen kunnen naast de leenmogelijkheden bij DUO, ook gebruikmaken van de aanvullende beurs. Voor de voorwaarden verwijs ik naar het antwoord op vraag 8. Daarnaast is het Kabinet voornemens de basisbeurs opnieuw in te voeren. Op dit moment ligt er een voorstel tot herinvoering van de basisbeurs in het hoger onderwijs vanaf 1 september in uw parlement.

Vraag 7

Waarom worden co-schappen niet vaker in deeltijd aangeboden, waardoor studenten Geneeskunde de gelegenheid hebben om bij te verdienen en zo ondanks een kleine beurs ook arts kunnen worden?

Antwoord 7

Coschappen zijn onderdeel van het curriculum. Hiervoor zijn de instellingen zelf verantwoordelijk. Er bestaan overigens mogelijkheden voor deeltijd coschappen voor studenten in specifieke omstandigheden.

Vraag 8

Klopt het dat Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) geen leningen verstrekt aan studenten Geneeskunde die aan hun co-schappen beginnen? Waarom niet?

Antwoord 8

Nee, dit klopt niet. In principe komt iedere Nederlandse student jonger dan dertig die een voltijdsopleiding volgt in aanmerking voor studiefinanciering, ook tijdens de coschappen. Studiefinanciering bestaat uit een lening, de mogelijkheid om te reizen (het reisproduct) en eventueel een aanvullende beurs (als iemand daar recht op heeft). Het Kabinet is overigens voornemens de basisbeurs opnieuw in te voeren. Op dit moment ligt er een voorstel tot herinvoering van de basisbeurs in het hoger onderwijs vanaf 1 september in uw parlement.

De hoogte van het te lenen bedrag wordt ieder jaar bijgesteld en bedraagt op dit moment maximaal circa € 860,- per maand. Daarnaast kan de student nog aanspraak maken op het collegegeldkrediet dat ongeveer € 160,- per maand bedraagt.

In het hoger onderwijs hebben Nederlandse studenten normaliter recht op vier jaar studiefinanciering. Als de nominale duur van de master langer is dan één jaar dan wordt het recht op studiefinanciering verlengd. Een Nederlandse Geneeskundestudent heeft voor een driejarige bachelor en een driejarige WO-master, de duur van een geneeskunde opleiding inclusief coschappen, in totaal zes jaar recht op studiefinanciering. Indien een student vertraging oploopt, bestaat aansluitend nog één jaar recht op het reisproduct en nog drie jaar het recht om te lenen. Indien een Nederlandse student vertraging heeft opgelopen vanwege een bijzondere persoonlijke omstandigheid, bijvoorbeeld bij chronische ziekte, kan DUO de periode waarin iemand recht heeft op de prestatiebeurs (aanvullende beurs en na herinvoering ook basisbeurs) verlengen.

Vraag 9

Hoe is de financiële ondersteuning van studenten Geneeskunde tijdens hun co-schappen geregeld en wat kunt u doen om hen beter financieel te ondersteunen?

Antwoord 9

Zie het antwoord op vraag 8.


X Noot
1

Mail van 17 november 2022, onderhands meegezonden.

Naar boven