Vragen van het lid Van Raan (PvdD) aan de Minister voor Klimaat en Energie over de kosten tot nu toe van de arbitragezaak die Uniper tegen Nederland heeft aangespannen (ingezonden 20 februari 2023).

Mededeling van Minister Jetten (Klimaat en Energie) (ontvangen 10 maart 2023).

Vraag 1

Kunt u een overzicht geven van alle gemaakte en verwachte kosten gerelateerd aan de arbitragezaak die Uniper tegen de Nederlandse staat heeft aangespannen bij het International Centre for Settlement of Investment Disputes (ICSID) in Washington? Kunt u daarbij het volgende onderscheid maken tussen de griffiekosten, honoraria en andere vergoedingen voor de leden van het arbitragetribunaal, juridische bijstand door advocatenkantoor De Brauw Blackstone Westbroek, overige kosten gerelateerd aan de arbitragezaak, zoals bijvoorbeeld het inhuren van schade-experts en proceskosten en juridische bijstand in de procedure tegen Uniper bij de Duitse rechter, alsook in het door Uniper ingestelde hoger beroep?

Vraag 2

Kunt u aangeven uit welke begrotingspost deze arbitragekosten worden betaald?

Vraag 3

Kunt u ook een dergelijk overzicht geven van alle kosten in de arbitragezaak die RWE tegen de Nederlandse staat eveneens bij het ICSID heeft aangespannen?

Vraag 4

Kunt u toelichten hoe de kosten van de arbitrageprocedure verdeeld worden, als Uniper besluit om van verder procederen af te zien, rekening houdend met het feit dat de afgesproken procesdetails, zoals uiteengezet in Procedural Order No. 1, bepalen dat de partijen de directe kosten van de procedure in gelijke delen dragen, tenzij het tribunaal anders beslist?

Vraag 5

Kunt u aangeven welke honoraria en andere vergoedingen de Nederlandse staat moet betalen in deze arbitragezaak, overwegende dat de huidige ICSID regels inzake honoraria bepalen dat elk lid van het arbitragetribunaal US$3.000 ontvangt voor elke vergaderdag of voor elke acht uur ander werk verricht, in verband met de procedure, en verblijfsvergoedingen, reiskostenvergoedingen en andere uitgaven overeenkomstig ICSID Administrative and Financial Regulation 14?

Vraag 6

Zijn er na de door de Nederlandse Staat betaalde griffiekosten van $ 175.000 op 22 december 2021, additionele griffiekosten gemaakt?

Vraag 7

Hoe verantwoordt u de exorbitante proceskosten in procedures in internationale arbitrage in vergelijking met procedures bij de Nederlandse rechter, gelet op de begrote proceskosten van € 20.196 die Uniper als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld werd, en de wettelijke rente daarover aan de zijde van de Staat?

Vraag 8

Kunt u te kennen geven wat de kosten zijn voor de juridische bijstand die de Nederlandse staat heeft afgenomen bij de vijf advocaten van De Brauw Blackstone Westbroek in de voorbereiding, verloop en afhandeling van de arbitragezaak?

Vraag 9

Kunt u aangeven of er nog andere kosten in verband met de arbitragezaak zijn gemaakt, bijvoorbeeld het inhuren van experts?

Vraag 10

Kunt u een overzicht geven van de kosten die tot nu toe door de Nederlandse staat zijn gemaakt in de procedure tegen Uniper bij de Duitse rechter, alsook in het door Uniper ingestelde hoger beroep?

Vraag 11

Kunt u toelichten uit welke begrotingspost deze arbitragekosten worden betaald?

Mededeling

De vragen van het lid Van Raan (PvdD) over de kosten tot nu toe van de arbitragezaak die Uniper tegen Nederland heeft aangespannen (kenmerk 2023Z02994) kunnen niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord. De reden hiervoor is dat met het inzichtelijk maken van de diverse kosten zoals verzocht enige tijd gemoeid gaat. Daarnaast wordt op korte termijn een beslissing verwacht van het ICSID-tribunaal op het verzoek van de Staat dat de kosten van de arbitrageprocedure voor rekening van Uniper komen en deze uitkomst zou ik graag in de beantwoording meenemen. Ik zal uw Kamer zo spoedig mogelijk de antwoorden op de vragen doen toekomen.

Naar boven