Vragen van de leden Kops, Markuszower en Wilders (allen PVV) aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over woningweigering door statushouders (ingezonden 15 september 2021).

Antwoord van Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties), mede namens de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (ontvangen 29 oktober 2021).

Vraag 1

Bent u bekend met de berichten «Asielgezin weigert «te kleine woning» met vier slaapkamers, mag uit azc Heerlen worden gezet» en «Tweede asielgezin bij rechter teruggefloten na weigeren van woning»?12

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2 en 3

Wat vindt u ervan dat statushouders woningen weigeren en denkt u niet dat Nederlandse woningzoekenden een gat in de lucht zouden springen met deze woningen?

Bent u ervan op de hoogte dat Nederlanders de «luxe» niet hebben om woningen te weigeren, maar jarenlang op de wachtlijst moeten staan voordat zij überhaupt een woning aangeboden krijgen?

Antwoord 2 en 3

Gemeenten en het COA zijn zich zeer bewust van de schaarste aan woningen in Nederland en vergunninghouders hebben dan ook een zeer beperkte mogelijkheid om een woning af te slaan en te wachten op een nieuw aanbod. Een onterechte weigering kan leiden tot ontzegging van de opvang bij het COA en uiteindelijk tot ontruiming. Ik zet mij middels verschillende beleidstrajecten in om het sociale woningaanbod te vergroten, om de wachtlijsten voor alle Nederlanders te verkorten. Zo heb ik met Aedes en de VNG de afspraak gemaakt dat er binnen twee jaar gestart wordt met de bouw van 150.000 betaalbare sociale huurwoningen en er 10.000 flexwoningen gerealiseerd worden. Het kabinet ondersteunt dit met kortingen en vrijstellingen op de Verhuurdersheffing.

Vraag 4

Hoe reageert u op de uitspraak van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) dat «het slechts enkele keren per jaar voorkomt dat een statushouder een woning weigert» en deelt u de conclusie dat twee berichten van woningweigering in twee dagen tijd – door statushouders uit hetzélfde asielzoekerscentrum (azc) – toch wel veel is?

Antwoord 4

Het COA registreert het aantal woningweigeringen en handelt de woningweigeringprocedure af. Vraag 5 geeft antwoord op de vraag hoe vaak woningweigering voorkomt en hoe vaak een ontruimingsprocedure is gestart de afgelopen 8 jaar.

De weigering van een woning door deze gezinnen lijkt te berusten op een misverstand, waarbij de statushouders dachten dat ze uit meerdere woningen mochten kiezen. Dat het binnen één AZC tweemaal in twee dagen voorkomt, vind ik daarom niet onlogisch, aangezien bewoners elkaar ook beïnvloeden en informeren over hoe het stelsel volgens hen in elkaar zit.

Vraag 5

Hoe vaak komt woningweigering door statushouders precies voor en kunt u hiervan een overzicht vanaf 2010 verstrekken met daarin in ieder geval: de reden(en) voor woningweigering, de beoordeling hiervan door het COA, wanneer en waarom deze beoordeling heeft geleid tot een gerechtelijke procedure en de uitkomsten en gevolgen hiervan?

Antwoord 5

Vanaf juli 2013 (start clientèle systeem bij COA) zijn 1.696 woningweigeringsprocedures gestart bij het COA. Dat zijn er gemiddeld 200 per jaar. Tussen 2016 en 2020 zijn gemiddeld ca. 23.000 vergunninghouders per jaar gehuisvest. Van het totale aantal woningweigeringen zijn er 98 terecht en 1.598 onterecht bevonden. Van de onterecht bevonden woningweigeringen heeft ruim 90% de woning alsnog geaccepteerd, dan wel zijn de statushouders zelf vertrokken, of stonden de statushouders administratief ingeschreven, waardoor geen ontruimingsprocedure gestart hoefde worden. Voor 137 onterechte woningweigeringen is een ontruimingsprocedure opgestart (zie antwoord 6 voor de woningweigeringsprocedure). De kleine groep terecht bevonden woningweigeraars is begeleid naar een nieuwe woning.

  • Van de 137 gestarte procedures hebben 121 woningweigeringen alsnog tot aanvaarding van het woningaanbod geleid, dan wel zijn de vergunninghouders voor uitspraak van de rechtbank zelf uit de locatie vertrokken.

  • In 11 zaken is vervolgens een ontruimingstitel verkregen.

  • In 5 zaken is de ontruimingstitel door de rechtbank geweigerd.

De reden van de weigering wordt niet geregistreerd. Het gaat doorgaans om:

  • Woning te klein, onderhoud van de woning niet goed, huur te hoog, gedeelde woning (voor alleenstaanden);

  • Te ver van voorzieningen (school, universiteit, winkels, openbaar vervoer)

  • Medisch: hoogtevrees, niet kunnen traplopen, te ver van arts/ziekenhuis.

  • Persoonlijke woonwensen: te ver van familie, sociaal netwerk, kerk. Willen scheiden en niet bij partner willen wonen.

  • Werk gevonden en te ver van werk bemiddeld.

Vraag 6

Welke procedure volgt het COA bij de beoordeling van woningweigering en wie houdt hier toezicht op?

Antwoord 6

Op het moment dat een vergunninghouder bij het COA aangeeft een aangeboden woning te weigeren, voert het COA een zogenaamd woningweigeringsgesprek. In dit gesprek onderbouwt de vergunninghouder zijn redenen voor de woningweigering. Wanneer een vergunninghouder na dit gesprek, over de mogelijke gevolgen van onterechte woningweigering, volhoudt de woning te willen weigeren, dan wordt het verslag van dit gesprek voorgelegd aan de afdeling Juridische Zaken van het COA. De afdeling Juridische Zaken beoordeelt of de weigering terecht of niet terecht is. Indien de woningweigering als niet terecht wordt beoordeeld, krijgt de vergunninghouder nog 24 uur de tijd om op de woningweigering terug te komen. Na deze 24 uur eindigt het recht op opvang voor de vergunninghouder. Daarna start het COA een zogenaamde ontruimingsprocedure.

Doel van het woningweigeringsgesprek en de woningweigeringprocedure is om de vergunninghouder te informeren over de gevolgen van een woningweigering, om vast te stellen of COA de plaatsingsprocedure correct heeft laten verlopen en om te controleren of aan de eigen plaatsingscriteria is voldaan. Veruit de meeste vergunninghouders kiezen tijdens de procedure er alsnog voor om de woonruimte te accepteren.

Het gaat bij een beoordeling van de weigering vrijwel nooit over de woonruimte zelf, want die voldoet in de regel aan algemene normen rondom passendheid en betaalbaarheid. Bovendien gaat het COA niet over de aanbieding van de woning, dat is de gemeente/verhuurder. Het COA is zich zeer bewust van het feit dat woonruimte een schaars goed is, waarmee niet lichtzinnig mag worden omgegaan. Om deze reden wordt de stringente weigeringsprocedure gevolgd en, als men volhardt in een onterechte weigering, ontruiming.

Vraag 7

Deelt u de mening dat klagende statushouders beter kunnen gaan klagen in het land van herkomst en deelt u dan ook de conclusie dat deze statushouders niet alleen uit het azc moeten worden gezet, maar ook en vooral het land uit?

Antwoord 7

Nee, ik deel deze mening en conclusie niet. Het kabinet kiest ervoor, en is daar ingevolge internationale en Europese wet- en regelgeving ook toe gehouden, om asielbescherming te bieden aan hen die daar recht op hebben. Terugkeer is voor hen niet aan de orde.


X Noot
1

De Telegraaf, 13 september 2021, «Asielgezin weigert «te kleine woning» met vier slaapkamers, mag uit azc Heerlen worden gezet», https://www.telegraaf.nl/nieuws/1942480785/asielgezin-weigert-te-kleine-woning-met-vier-slaapkamers-mag-uit-azc-heerlen-worden-gezet.

X Noot
2

De Telegraaf, 14 september 2021, «Tweede asielgezin bij rechter teruggefloten na weigeren van woning», https://www.telegraaf.nl/nieuws/2069955960/tweede-asielgezin-bij-rechter-teruggefloten-na-weigeren-van-woning.

Naar boven