Vragen van de leden Sjoerdsma (D66) en Agnes Mulder (CDA) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de actie van de Israëlische leger om de kantoren van zeven ngo’s te sluiten (ingezonden 19 augustus 2022).

Antwoord van Minister Hoekstra (Buitenlandse Zaken), mede namens de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (ontvangen 29 augustus 2022).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht op de website van de NOS «Israël valt kantoren Palestijnse organisaties binnen, VN kritisch?»1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Hoe oordeelt u over dit bericht?

Antwoord 2

De Israëlische inval in de kantoren van verschillende Palestijnse ngo’s op 18 augustus is zeer zorgwekkend. Dit leidt tot een significante afname van ruimte voor het maatschappelijk middenveld in de bezette Palestijnse gebieden. Een vrij en sterk maatschappelijk middenveld is onontbeerlijk voor een gezonde democratie en een twee-statenoplossing.

Vraag 3

Herinnert u zich het gezamenlijke statement van 12 juli j.l. op dit punt met een achttal Europese bondgenoten, waarin u concludeerde dat Israël nog geen steekhoudend bewijs heeft geleverd voor het aanmerken van deze ngo’s als terroristische organisaties?2

Antwoord 3

Ja.

Vraag 4

Op basis van welke gronden heeft Israël deze maatschappelijke organisaties gesloten?

Antwoord 4

In oktober 2021 heeft de Israëlische Minister van Defensie, Benny Gantz, vijf van de zes ngo’s waarbij het Israëlische leger op 18 oktober jl. binnenviel, aangemerkt als terroristische organisaties, vanwege vermeende banden met het Volksfront voor de Bevrijding van Palestina. Een andere ngo (UAWC) was al in 2019 door Israël als zodanig aangemerkt. Op 17 augustus jl. heeft Minister Gantz deze beslissing wettelijk vastgelegd in de anti-terreurwet, waarna het Israëlische leger in de ochtend van 18 augustus de kantoren van de ngo’s binnenviel.

Beschuldigingen van terrorisme of banden met terroristische organisaties dienen altijd uitermate serieus te worden genomen. Deze zijn daarom zorgvuldig en grondig onderzocht.

Zoals aangegeven in Kamervragen 736 (lid van Dijk, 27 oktober 2021) is de informatie die ten grondslag ligt aan deze listings niet openbaar. De zes organisaties komen niet voor op de VS-, EU- of VN-sanctielijsten voor terrorisme. Nederland heeft Israël destijds in bilaterale contacten en via de EU opgeroepen de informatie te delen, ook met de betrokken ngo’s. Na verschillende verzoeken heeft Israël informatie gedeeld via de geëigende kanalen. Voor Nederland en acht andere EU-lidstaten was de ontvangen informatie geen aanleiding om de positie ten aanzien van de ngo’s te herzien, zoals weergegeven in een gezamenlijke verklaring van 12 juli jl. Ook EU Hoge Vertegenwoordiger Josep Borrell heeft inmiddels aangegeven de informatie niet overtuigend te vinden.

Vraag 5

Heeft Israel sinds het statement van 12 juli 2022 nieuw of additioneel bewijs geleverd, die deze actie rechtvaardigen? Zo ja, welk bewijs?

Antwoord 5

Nee.

Vraag 6

Bent u het ermee eens dat Nederland deze actie in breder EU-verband moet weerspreken en veroordelen?

Antwoord 6

Ja. In reactie op de invallen heeft Nederland op 19 augustus met acht andere EU-landen een verklaring uitgebracht. Op 22 augustus heeft ook de EU Hoge Vertegenwoordiger Borrell een verklaring langs dezelfde lijnen uitgebracht.

Vraag 7

Hoe gaat u, bilateraal en in EU-verband, ervoor zorgen dat deze ngo’s zonder belemmeringen hun mensenrechtenwerk kunnen voortzetten?

Antwoord 7

Nederland heeft samen met 17 landen op 22 augustus jl. in een demarche bij de Israëlische autoriteiten zijn zorgen geuit over de inval bij de ngo’s en het belang benadrukt van een sterk maatschappelijk middenveld.

Samen met gelijkgezinde landen wordt momenteel bezien wat de gevolgen zijn van de invallen voor het werk van de betrokken organisaties en hoe deze ngo’s hun mensenrechtenwerk zonder belemmeringen kunnen voortzetten. De Nederlandse vertegenwoordiging in de Palestijnse Gebieden is in nauw contact met de ngo’s in kwestie.

Vraag 8

Bent u bereid daartoe het initiatief te nemen?

Antwoord 8

Ik heb dit onderwerp besproken met de Israëlische Minister van Buitenlandse Zaken tijdens mijn bezoek aan Jeruzalem en Ramallah in mei jl. (Kamerbrief 14 juni 2022). Nederland zal dit blijven doen wanneer daar aanleiding toe is, zoals recent middels eerdergenoemde statements en demarche. Daarbij blijft Nederland zo veel mogelijk in EU-verband en met gelijkgezinde landen optrekken.

Vraag 9

Kunt u deze vragen afzonderlijk beantwoorden?

Antwoord 9

Ja.

Naar boven