Vragen van de leden Boucke, Boulakjar en Podt (allen D66) aan de Ministers van Infrastructuur
en Waterstaat en voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening over het bericht «Vluchteling
mag wél in vliegherrie» (ingezonden 14 juni 2022).
Mededeling van Minister Harbers (Infrastructuur en Waterstaat), mede namens de Minister
voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (ontvangen 4 juli 2022).
Vraag 1
Kunt u zich voorstellen dat het voor de betrokken gemeenten, provincie en studenten
in de regio Schiphol onnavolgbaar is dat er geen ruimte is voor studentenhuisvesting,
maar wel voor de (terechte) huisvesting van vluchtelingen?1
Vraag 2
Kunt u aangeven of vermoedens hebt dat de geluidsbeleving van vluchtelingen anders
is dan die van studenten?
Vraag 3
Zo nee, bent dan u bereid om, wanneer de huisvesting van vluchtelingen weer ordentelijk
verloopt en deze mensen een dak boven hun hoofd hebben, hier studentenhuisvesting
mogelijk te maken?
Vraag 4
Welke maatregelen neemt u ter vermindering van de vermeende geluidsoverlast gedurende
de periode dat de vluchtelingen aanwezig zijn op Kronenburg?
Vraag 5
Hoelang verwacht u dat de huisvesting van vluchtelingen bij Kronenburg noodzakelijk
is?
Vraag 6
Hoe verhoudt zich dit tot de geldende regels in het Luchthavenindelingbesluit (LIB)?
Vraag 7
Gelden voor de tijdelijke huisvesting van vluchtelingen andere regels vanuit het LIB?
Vraag 8
Bent u van mening dat als blijkt dat de duur van het verblijf van vluchtelingen in
Kronenburg die van de gemiddelde duur van studentenhuisvesting benadert, wat tot de
mogelijkheden behoort, dit aantoont dat de regels uit het LIB onnavolgbaar zijn?
Vraag 9
Kunt u aangeven of u verwacht dat de Inspectie voor de Leefomgeving en Transport (ILT)
bezwaar zal maken tegen deze tijdelijke huisvesting?
Vraag 10
Is het noodzakelijk een verklaring van geen bezwaar (vvgb) af te geven?
Vraag 11
Zo ja, hebt u dat gedaan of bent u voornemens dat te doen?
Vraag 12
Wanneer kunt u meer zeggen over de (resultaten van) maatwerkafspraken als onderdeel
van het ruimtelijk beleid rond Schiphol waarover u schreef in de antwoorden op de
schriftelijke vragen van de leden Boulakjar en Boucke van 5 april 2022 (Aanhangsel
Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 2327)?
Vraag 13
Kunt u ingaan op de stappen die u of uw ministerie heeft ondernomen sinds voornoemde
antwoorden van 5 april 2022, zodat de door de Bestuurlijke Regie Schiphol (BRS) geïdentificeerdequick wins voortvarend worden opgepakt?
Vraag 14
Wanneer verwacht u de eerste resultaten te kunnen melden?
Mededeling
De schriftelijke Kamervragen over het bericht «Vluchteling mag wel in herrie» ingezonden
op 14 juni 2022 (2022Z12016) van de leden Boucke, Boulakjar en Podt (allen D66) kunnen tot mijn spijt niet binnen
de gebruikelijke termijn worden beantwoord.
De reden van het uitstel is dat afstemming van de beantwoording extra tijd vergt.
Ik zal u, mede namens de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke
Ordening, zo spoedig mogelijk de antwoorden op de Kamervragen doen toekomen.
X Noot
1Het Parool, 9 juni 2022