Vragen van het lid Eppink (JA21) aan de Ministers van Buitenlandse Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking inzake het bericht dat Nederland dictatoriaal Rwanda ondanks mensenrechtenschendingen financieel bleef steunen (ingezonden 18 mei 2022).

Antwoord van Minister Schreinemacher (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) (ontvangen 14 juni 2022).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van dit bericht?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Kunt u verklaren met welke redenen Nederland met bijna 140 miljoen euro dictatoriaal Rwanda heeft gefinancierd?

Antwoord 2

Toen Nederland na de genocide van 1994 begon met ontwikkelingssamenwerking in Rwanda was de justitiesector in het land volledig disfunctioneel. Veel rechters, advocaten en andere juristen waren gevlucht of vermoord. Nederland richtte zich na de genocide op de justitiesector omdat het beëindigen van de cultuur van straffeloosheid, en aandacht voor het recht in den brede, werd gezien als vereiste voor duurzame vrede in het land. Nederland groeide uit tot de grootste internationale donor binnen de Rwandese justitiesector. Mede dankzij de Nederlandse steun bestaat er nu een justitiële infrastructuur met functionerende instellingen in het land.

De steun aan de justitiesector sinds 1994 kende drie fases. In de noodhulpfase (tussen 1994 en 1999) is onder andere gewerkt aan hervestiging van vluchtelingen, capaciteitsopbouw en reconstructie van de justitiesector, en het trainen van provinciale politie en aanklagers. Tijdens de moderniseringsfase (2000–2011) is de justitiële infrastructuur verder versterkt door de bouw van rechtbanken en het installeren van ICT-systemen. Ook is de zogenaamde Gacaca-rechtspraak (het systeem van traditionele rechtbanken voor lokale genocidezaken) in die tijd ondersteund. Sinds 2012 lag de nadruk op consolidatie en het mogelijk maken van vervolging voor internationale misdrijven, o.a. via ondersteuning van de oprichting van de speciale afdeling voor de behandeling van internationale misdrijven binnen de rechtelijke macht, training van advocaten, en verbeterde rechtstoegang, via voorlichting en rechtshulp aan burgers.

In 2018 heeft toenmalig Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking Sigrid Kaag besloten om de ontwikkelingssamenwerking met Rwanda geleidelijk af te bouwen. Dit past binnen de wens van Rwanda om op den duur onafhankelijk van buitenlandse donoren te worden. De Nederlandse financiële steun aan Rwanda, inclusief aan de justitiesector, komt na dit jaar dan ook ten einde.

Een uitzondering wordt gemaakt voor enkele projecten die vertraging hebben opgelopen in de uitvoering en pas eind 2023 zullen worden afgerond. Het gaat hierbij om projecten die hinder ondervonden van door de Rwandese overheid ingestelde COVID-19 maatregelen, waaronder een aantal lockdowns, waardoor de tijdige uitvoering van sommige activiteiten onmogelijk werd.

Vraag 3

Kunt u verklaren waarom Nederland al jaren de regering van Rwanda steunt?2

Antwoord 3

Zie het antwoord op vraag 2.

Vraag 4

Bent u het ermee eens dat Rwanda een dictatoriaal land is? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Nee. Rwanda kent, zoals dat overigens geldt voor een groot aantal landen waar Nederland met ontwikkelingsinzet actief is of in het verleden actief is geweest, wel zorgwekkende beperkingen op het vlak van maatschappelijke en politieke ruimte. Nederland besteedt hier bijzondere aandacht aan, ook in de bilaterale contacten met Rwanda. Zo onderstreepte de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en marge van de OESO-ministeriële op 9 juni jl. nog het belang van het respecteren van mensenrechten in een bilateraal gesprek met de Rwandese Minister van Buitenlandse Zaken en Internationale Samenwerking.

Vraag 5

Bent u ervan op de hoogte dat de begroting van Rwanda voor 50 procent afhankelijk is van buitenlandse steun?3

Antwoord 5

Op basis van de meeste recente cijfers van het IMF4 bedroegen in 2021 de schenkingen 22% van de totale inkomsten van de Rwandese begroting.

Vraag 6

Hoe valt het te rijmen dat Nederland 140 miljoen euro geeft aan Rwanda, terwijl de schatrijke president Paul Kagama met zijn staatspartij «tot de rijkste politieke partijen ter wereld behoort»?5

Antwoord 6

De Nederlandse ontwikkelingsinzet sinds 1994 is ten goede gekomen aan de Rwandese bevolking en is nadrukkelijk ingezet voor hele specifieke doeleinden, daar heeft het Nederlandse kabinet altijd scherp op toegezien door gefinancierde projecten scherp te monitoren. Voor de justitiesector is rechtstoegang voor de Rwandese bevolking een leidend uitgangspunt geweest. Nederland heeft bijvoorbeeld jarenlang Rwandese ngo’s gesteund om rechtsbijstand te verlenen en om Rwandese burgers te helpen aanspraak te maken op hun rechten. Daarnaast richtte de Nederlandse inzet zich onder andere op rechtstoegang voor gedetineerden, het bevorderen van de kwaliteit en snelheid van rechtszaken en mechanismen voor transitional justice en traumaverwerking na de genocide. Zoals in het antwoord op vraag 2 aangegeven wordt de Nederlandse steun op dit moment afgebouwd.

Wereldwijd geldt voor alle organisaties die steun ontvangen van Nederland dat zij vóór het tekenen van het contract moeten laten zien dat ze aan strenge eisen voldoen. Als er sprake is van fraude of corruptie wordt er onderzoek gedaan, eventuele financiële schade wordt teruggevorderd en er worden lessen getrokken om de kans op herhaling te verkleinen.

Vraag 7

Kunt u een lijst sturen van landen waarvan de Nederlandse regering erkent dat zij dictatoriaal geleid worden?

Antwoord 7

Het kabinet maakt geen gebruik van dergelijke lijsten.

Vraag 8

Steunt Nederland ook andere dictatoriale landen financieel, zo ja, welke?

Antwoord 8

Voor een overzicht van de landen waar Nederland op dit moment een ontwikkelingssamenwerkingsrelatie mee heeft en de bedragen die daarmee gemoeid zijn, wordt verwezen naar de website https://www.nlontwikkelingssamenwerking.nl.

Vraag 9

Kunt u per land ook aangeven om hoeveel euro dit gaat?

Antwoord 9

Zie het antwoord op vraag 8.

Vraag 10

Kunt u elke vraag afzonderlijk en binnen de gebruikelijke termijn van drie weken beantwoorden?

Antwoord 10

Ja.

Naar boven