Vragen van de leden Bikker (ChristenUnie) en Van Esch (PvdD) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat en de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Grondeigenaren moeten opdraaien voor drugsafval op hun terrein» (ingezonden 4 april 2022).

Mededeling van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid), mede namens de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat (ontvangen 25 april 2022)

Vraag 1

Bent u bekend met de artikelen «Grondeigenaren moeten opdraaien voor drugsafval op hun terrein»1 , 2 en «Hij weet van niks, maar is verantwoordelijk voor alles» in Trouw van 31 maart?

Vraag 2

Bent u het met ons en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten eens dat het niet de bedoeling kan zijn dat onschuldige inwoners, of andere particulieren, de dupe worden van de alsmaar zwaardere en brutalere ondermijnende drugscriminaliteit als het met name gaat om drugsdumpingen? Zo ja, hoe wilt u dit aanpakken en voorkomen?

Vraag 3

Is het juist dat de schadevergoeding van maximaal 25.000 euro in 2021 in veel gevallen toereikend was, maar dat deze ook in negen gevallen niet toereikend was waardoor particulieren, natuurorganisaties of lokale overheden ernstig gedupeerd zijn? Zo nee, wat zijn dan de gegevens die u bekend zijn? Is hieruit gebleken dat het aantal drugsdumpingen in de afgelopen jaren is toegenomen?

Vraag 4

Bent u met ons van mening dat bij grootschalige drugsdumping dit niet alleen gevolgen heeft voor de grondeigenaar maar ook voor mens en natuur in de omgeving van de locatie? Ziet u derhalve dat er dus ook een maatschappelijk belang is om zo snel mogelijk tot zorgvuldig opruimen over te gaan en dat onduidelijkheid over de vergoeding van hoge kosten hierin een reële belemmering kan vormen?

Vraag 5

Welke rol heeft de rijksoverheid volgens u wanneer gemeenten, provincies of juist particulieren een beroep doen op expertise en financiële hulp wanneer zij te maken krijgen met grootschalige drugsdrumping op hun grondgebied?

Vraag 6

Bent u bereid de rechtsbescherming van grondeigenaren die te maken krijgen met grootschalige drugsdumpingen of extreme vervuiling vorm te geven op een manier die meer aansluit bij het algemeen rechtsgevoel dan op dit moment het geval is in de Wet bodembescherming? Zo ja, op welke wijze? Zo nee, vindt u dat de huidige wetgeving voldoende rechtsbescherming biedt?

Vraag 7

Is het bedrag van één miljoen euro voor schadevergoeding bij drugsafval in 2021 genoeg gebleken, of was er sprake van onderuitputting danwel overuitputting van de regeling in 2021? Zo ja, hoe is hiermee omgegaan? Zo nee, hoe zal in de toekomst met eventuele onder- dan wel overuitputting worden omgegaan? Hoe vaak is er in 2022 al een beroep gedaan op de schadevergoeding?

Vraag 8

Bent u bereid te komen met een regeling voor particulieren en lokale overheden waarin maatwerk wordt geleverd wanneer grondeigenaren te maken krijgen met grootschalige drugsdumpingen en/of -vervuilingen op hun perceel? Zo ja, op welke wijze, binnen welke termijn en bent u bereid om maatwerk te leveren als het gaat om de hoogte van de vergoedingen?

Vraag 9

Kunt u deze vragen afzonderlijk beantwoorden?

Mededeling

Hierbij deel ik u, mede namens de Staatssecretaris van Infrastructuur, mede dat de schriftelijke vragen van de leden Bikker (ChristenUnie) en Van Esch (PvdD), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht «Grondeigenaren moeten opdraaien voor drugsafval op hun terrein» (ingezonden 4 april 2022) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


X Noot
1

Grondeigenaren in het nauw om chemisch drugsafval op terrein: «Onschuldigen de dupe» (trouw.nl).

X Noot
2

De gemeente houdt de hoogbejaarde Toon (90) verantwoordelijk voor het dumpen van drugsafval. Waarom? (trouw.nl).

Naar boven