Vragen van het lid Kuik (CDA) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over
de berichten «Miljoenen Oekrainers op de vlucht» en «Noodopvang zonder plan» (ingezonden
4 maart 2022).
Antwoord van Staatssecretaris Van der Burg (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 28 maart
2022).
Vraag 1, 2 en 3
Kunt u de laatste stand van zaken schetsen over de vluchtelingenstroom uit de Oekraïne
naar Nederland?1 2
Kunt u aangeven welke ruimte er in de huidige asielopvang is?
UNHCR vreest voor de grootste vluchtelingencrisis van deze eeuw in Europa, hoe gaat
u Nederland hierop voorbereiden? Welke voorbereidingen zijn al getroffen?3
Antwoord 1, 2 en 3
Voor een overzicht van de laatste stand van zaken omtrent alle inspanningen die verricht
worden naar aanleiding van de vluchtelingenstroom uit Oekraïne, waaronder de realisatie
van 50.000 opvangplekken onder coördinatie van de veiligheidsregio’s, verwijs ik u
naar de Kamerbrieven van 8 maart en 17 maart jl.
Vraag 4
Bent u bekend met de uitspraken van de voorzitter van de Europese Commissie dat met
alle EU-landen expliciete plannen zijn gemaakt vluchtelingen te kunnen verwelkomen
en te herbergen? Om welke plannen gaat het? Hoe ziet de spreiding eruit?4
Antwoord 4
De voorzitter van de Europese Commissie gaf op 24 februari aan dat de EU klaar is
voor de komst van Oekraïners en met alle EU-lidstaten in de frontlinie noodplannen zijn gemaakt om deze vluchtelingen te kunnen verwelkomen en herbergen.
Ook de Commissie en haar agentschappen hebben inderdaad noodplannen voorbereid. Zoals
aangegeven in de brief van 17 maart jl. heeft de EU een aantal instrumenten tot haar
beschikking die snel ingezet kunnen worden voor o.a. het delen van informatie, het
coördineren van noodhulp en het coördineren van steunverzoeken aan EU Civil Protection
Mechanism (UCPM), het Europees Asiel Agentschap en Frontex. Deze mechanismes zijn
momenteel actief en werken naar behoren. Frontex en het EUAA geven aan klaar te staan
om lidstaten te ondersteunen die dat nodig achten.
Vraag 5 en 6
Deelt u de mening dat er een noodplan moet komen om de hulp en opvang in goede banen
te leiden? Zo nee, waarom niet?
Deelt u de oproep een speciale opvangambassadeur aan te stellen, die in deze crisis
snel met partijen kan schakelen zoals gemeenten, kerken en maatschappelijke organisaties
om zo opvanglocaties en voorzieningen te organiseren?
Antwoord 5 en 6
Ik deel de noodzaak tot coördinatie bij het organiseren van de opvanglocaties en voorzieningen.
Zoals omschreven in de Kamerbrief van 8 maart jl., is met ingang van 9 maart een crisisstructuur
in werking getreden, waarbinnen de veiligheidsregio’s de realisatie van opvangplekken
coördineren.
Vraag 7, 8 en 9
We zien dat heel Nederland helpt, bent u bekend met de vele particuliere initiatieven
uit de samenleving om hulp te bieden aan de Oekraïense vluchtelingen? Herkent u ook
de vragen van mensen die willen helpen maar niet weten hoe ze het moeten organiseren?
Deelt u de mening dat coördinatie wenselijk is?
Hoe wilt u ervoor zorgen dat hulp uit de samenleving snel wordt gekoppeld aan de vraag
voor huisvesting, begeleiding, hulpmiddelen etc. die nodig zijn voor de Oekraïense
vluchtelingen?
Ziet u ook het belang van een landelijk coördinatiepunt zodat de kracht en hulp uit
de samenleving ook daadwerkelijk benut kan worden?
Antwoord 7, 8 en 9
Ik herken de wenselijkheid van een landelijk coördinatiepunt voor alle particuliere
initiatieven. Voor de laatste stand van zaken hieromtrent verwijs ik u naar de Kamerbrief
van 17 maart jl.
Vraag 10
De verblijfstermijn voor inwoners van Oekraïne wordt verlengd, kunt u aangeven welke
andere rechten de inwoners in Nederland hebben dan wanneer ze in een asielprocedure
terechtkomen? Wat betekent het bijvoorbeeld voor scholing voor de kinderen die gevlucht
zijn?
Antwoord 10
Voor de laatste stand van zaken over de voorzieningen waarvoor vluchtelingen uit Oekraïne
in aanmerking komen, waaronder toegang tot onderwijs, verwijs ik u naar de Kamerbrief
van 17 maart jl.