Vragen van de leden Van Haga, Ephraim en Smolders (allen Groep Van Haga) aan de Minister-President en de Ministers voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit en van Financiën over juridische bindende overeenkomsten met het World Economic Forum en aanverwante zaken (ingezonden 21 december 2021).

Antwoord van Minister Schreinemacher (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking), mede namens de Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Financiën (ontvangen 15 februari 2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 1276.

Vraag 1

Kunt u bevestigen dat er inderdaad juridisch bindende afspraken zijn gemaakt met het WEF1?

Antwoord 1

Ja, dat kan ik bevestigen. Het betreffen een uitvoeringsovereenkomst voor, en subsidiebeschikkingen aan, projecten die kunnen bijdragen aan het behalen van Nederlandse beleidsdoelstellingen. In deze afspraken zijn met het oog op een doelmatige, doeltreffende en rechtmatige besteding van begrotingsmiddelen de voorwaarden voor de bijdrage vastgelegd, zoals de te verwachten prestaties, de resultaten en het tijdspad.

Vraag 2

Welke Nederlandse bewindspersonen hebben zich gecommitteerd aan de genoemde juridische afspraken met het WEF, te weten: «Sustainable Investment Policy», «Tropical Forest Alliance», «Food Systems Initiative» en «Food Innovation Hubs»?

Antwoord 2

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken heeft subsidies verstrekt aan de «Sustainable Investment Policy», de «Tropical Forest Alliance» en het «Food Systems Initiative». De Ministeries van Economische Zaken en Klimaat en van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit hebben een uitvoeringsovereenkomst gesloten met betrekking tot de subsidie voor het Global Coordinating Secretariat van de «Food Innovation Hubs». Het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit detacheert 1 FTE bij Foodvalley in het kader van de Food Innovation Hub Europe.

Vraag 3

Zijn er behalve de genoemde juridisch bindende overeenkomsten nog meer juridisch bindende afspraken gemaakt met het WEF? Welke zijn dat en welke bewindspersonen hebben zich daaraan gecommitteerd?

Antwoord 3

Nee.

Vraag 4

Met welke juridische entiteit hebben de betrokken bewindspersonen kennelijk juridisch bindende overeenkomsten gesloten?

Antwoord 4

Met het World Economic Forum, gevestigd in Genève, Zwitserland.

Vraag 5

Volgens welk recht (bijvoorbeeld Nederlands recht, het Zwitsers recht, Europees recht, internationale verdragen, etc.) zijn de overeenkomsten met het WEF gesloten? Hoe is daarin de rol van het Nederlandse c.q. de nationale parlement(en) vastgelegd?

Antwoord 5

De onder vraag twee genoemde uitvoeringsovereenkomst en subsidiebeschikkingen zijn gesloten onder Nederlands recht. De subsidies zijn verstrekt bij beschikking en onderworpen aan het wettelijk kader in de Algemene wet bestuursrecht voor alle subsidies van het Rijk. In de bijbehorende uitvoeringsovereenkomst is openbaarmaking, bijvoorbeeld in het kader van art. 68 Gw, expliciet gewaarborgd. Zoals gesteld worden begrotingsmiddelen toegekend aan projecten waar deelname kan bijdragen aan het behalen van Nederlandse beleidsdoelstellingen. De uitgaven worden gefinancierd uit budgetten die aan verschillende (beleids)artikelen van begrotingshoofdstukken worden toegekend.

Vraag 6

Erkent de u dat de Tweede Kamer te allen tijde zijn grondwettelijke controletaken en rechten heeft?

Antwoord 6

Ja.

Vraag 7

Bent u het eens met de stelling dat het WEF hooguit als denktank of overlegorgaan gekwalificeerd kan worden?

Antwoord 7

Het World Economic Forum (WEF) is een organisatie die een platform biedt waar mensen uit het wetenschappelijk, private en publieke domein kennis en ideeën over actuele maatschappelijke thema’s uitwisselen. Daarnaast kan de organisatie specifieke publiek-private samenwerkingsprojecten initiëren.

Vraag 8

Bent u het eens met de stelling dat het WEF geen democratisch gekozen instelling is, zonder enige democratische legitimiteit? Zo ja, kunt u uitleggen waarom dan kennelijk juridisch bindende afspraken worden gemaakt tussen leden van het kabinet en het WEF?

Antwoord 8

Het klopt dat het WEF geen democratisch gekozen instelling is. Het WEF is een privaatrechtelijke stichting onder Zwitsers recht2. De Nederlandse overheid sluit regelmatig overeenkomsten met privaatrechtelijke stichtingen om beleidsdoelstellingen te behalen.

Vraag 9

Bent u het eens met de stelling dat dergelijke overeenkomsten enerzijds onwenselijk zijn en anderzijds zonder meer aan de TK voorgelegd dienen te worden?

Antwoord 9

Zoals gezegd kan deelname aan projecten bijdragen aan het behalen van beleidsdoelstellingen van het kabinet. De daartoe behorende overeenkomsten vallen onder de uitvoering van (beleids)artikelen waarvoor in de Rijksbegroting middelen beschikbaar zijn gesteld. De begroting wordt jaarlijks aan uw Kamer voorgelegd ter goedkeuring.

Vraag 10

Kunt u op de kortst mogelijke termijn zorgdragen voor het toesturen aan de Tweede Kamer van ALLE kennelijk juridisch bindende overeenkomsten, zodat de Kamerleden de overeenkomsten kunnen inzien en toetsen, teneinde de grondwettelijke controletaak te kunnen uitoefenen?

Antwoord 10

In de bijlage3 treft u de aan het WEF verstrekte subsidiebeschikkingen van het Ministerie van Buitenlandse Zaken aan. De uitvoeringsovereenkomst met betrekking tot de subsidie voor het Global Coordinating Secretariat van de «Food Innovation Hubs» is reeds openbaar gemaakt als bijlage bij de beantwoording van Kamervragen, Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 1464.

Vraag 11

Waarom hebben de Minister-President en de overige betrokken bewindspersonen niet eerder inzage gegeven in deze overeenkomsten?

Antwoord 11

Het betreft de uitvoering van door uw Kamer goedgekeurd beleid. De overeenkomsten passen binnen de kaders van het Nederlandse BHOS- en landbouwbeleid.

Vraag 12

Kunt u de originele documenten aan de Kamer toesturen, waarover wordt gesproken in de antwoorden van de Minister van LNV van 15 december jl. waarin wordt verwezen naar de Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de VN voor 2030 (SDG’s) waarbij wereldwijd gewerkt wordt aan een transitie naar een duurzaam voedselsysteem?

Antwoord 12

De Duurzame Ontwikkelingsdoelen (SDG’s) zijn aangenomen door alle lidstaten van de Verenigde Naties (VN) in 2015. De resolutie is terug te vinden op de website van de VN4.

Vraag 13

Wat houdt «your participation becomes a major force in shaping the Great Reset», waarover wordt gesproken in de brief, d.d 1 juli 2020, van Borge Brende aan de toenmalige Minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, in en waarom werd de bijdrage van de toenmalige Minister «especially critical» genoemd?

Antwoord 13

Ik kan geen inzicht bieden in, of verantwoordelijkheid nemen voor, de bewoording waarmee Borge Brende bewindspersonen aanschrijft.

Vraag 14

Kunnen de beelden van de deelname van de Minister van Financiën als lid van de Regional Action Group for Europe & Eurasia aan de digitale sessies (op 30 april, 18 mei en 7 september 2020) verzonden worden aan de Tweede Kamer?

Antwoord 14

Het betreft een besloten bijeenkomsten met een diverse groep deelnemers. Het is niet bij het kabinet bekend of het WEF, dan wel een van de deelnemers, beelden heeft gemaakt van de digitale sessies. In het geval deze bestaan, beschikt het kabinet niet over de beelden.

Vraag 15

Kunnen deze schriftelijke vragen op de kortst mogelijke termijn beantwoord worden?

Antwoord 15

Ja.


X Noot
1

Aanhangsel van de Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 1123

X Noot
3

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven