Vragen van de leden Kuiken en Nijboer (beiden PvdA) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het artikel «Ambulances Noorden komen vaker te laat» (ingezonden 15 september 2021).

Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 5 oktober 2021).

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «Ambulances Noorden komen vaker te laat»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Klopt het dat ambulances de landelijk norm niet halen in het Noorden?

Antwoord 2

In mijn brief van 13 september 20213 heb ik u laten weten dat de NZa heeft geconstateerd dat het percentage ambulances dat in 2020 binnen 15 minuten na aanname van een A1-melding ter plaatse is bij 6 van de 25 Regionale Ambulancevoorzieningen (RAV’s) voldoet aan de streefnorm van 95% of deze benadert; gelijk aan de situatie in 2019. Bij 15 van de 19 RAV’s die deze streefnorm niet behalen, is dit percentage in 2020 gedaald ten opzichte van 2019. Dit is ook het geval voor de RAV’s in het Noorden.

De NZa heeft met de zorgverzekeraars in de betreffende regio’s gesproken over de geconstateerde daling van de responstijdpercentages en concludeert dat er diverse oorzaken zijn voor de daling, die alle terug te leiden zijn naar de COVID-19 pandemie. Volgens zowel de zorgverzekeraars als de Inspectie voor Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) zijn er op basis van de bij hen beschikbare informatie geen aanwijzingen dat deze daling tot een risico heeft geleid voor de toegankelijkheid of kwaliteit van zorg.

Vraag 3 en 4

Deelt u de mening dat iedereen in Nederland recht heeft op tijdige spoedeisende zorg en dat dat nu voor Groningen, Fryslân en Drenthe niet geregeld is?

Wat gaat u op korte termijn doen om hier wat aan te doen? Hoe zorgt u ervoor dat mensen hierdoor niet nodeloos zieker worden of nog iets ergers overkomt?

Antwoord 3 en 4

Iedereen in Nederland heeft recht op tijdige spoedeisende zorg. Zoals ook in het artikel wordt aangegeven kunnen patiënten met levensbedreigende aandoeningen altijd terecht op de spoedeisende hulp (SEH). Wanneer een SEH een time-out instelt, is dit voor de ambulancedienst een signaal dat het erg druk is op de SEH en dat patiënten met niet-levensbedreigende aandoeningen beter naar een ander ziekenhuis kunnen worden gebracht.

Er worden diverse inspanningen geleverd om de drukte in de acute zorg te monitoren. Voor de acties die hierop worden ingezet verwijs ik naar de commissiebrief4 over dit onderwerp en de beantwoording van de vragen van de leden Aukje de Vries en Van den Hil (beiden VVD)5.

Vraag 5

Kunt u inzicht geven in hoe vaak de afgelopen tijd is voorgekomen dat de norm van een kwartier aanrijtijd niet is gehaald, op welke plekken dat precies was en wanneer dat is opgelost?

Antwoord 5

Zie het antwoord op vraag 2. De ambulancesector heeft zich met het Actieplan ambulancezorg tot doel gesteld de inzet van ambulancezorg te optimaliseren. Het actieplan richt zich op alle facetten van ambulancezorg en op acute zorg. Denk hierbij aan het optimaliseren van het triageproces, samenhang van werkwijzen binnen de acute zorg, zorgcoördinatie en informatiedeling. Een objectief en meetbaar kwaliteitskader draagt bij aan de verdere verbetering van de kwaliteit van ambulancezorg. Naast de landelijke en regionale actieplannen op het gebied van arbeidsmarktknelpunten initieert de ambulancesector ook sectorspecifieke acties die moeten bijdragen aan het oplossen van de personele schaarste.

Vraag 6

Bent u bereid deze vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden, aangezien elke dag niet zeker zijn van spoedeisende zorg er immers een teveel is?

Antwoord 6

Ja.

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Aukje de Vries en Van den Hil (beiden VVD), ingezonden 15 september 2021 (vraagnummer 2021Z15567).


X Noot
1

Dagblad van het Noorden, 14 september 2021, «Ambulances Noorden komen vaker te laat».

X Noot
3

Kamerstuk 29 247, nr. 336

X Noot
4

Kenmerk 3255931–1015270-CZ Detail 2021D36954 | Tweede Kamer der Staten-Generaal

Naar boven