Vragen van de leden Ellian en Van den Hil (beiden VVD) aan de Staatssecretaris van
Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de weigering van gemeenten om onderzoek te
doen naar roofhandel Joods vastgoed (ingezonden 17 november 2021).
Antwoord van Staatssecretaris Van Ooijen (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen
10 februari 2022). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 983.
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «35 gemeenten doen geen onderzoek naar roofhandel Joods
vastgoed»?1
Vraag 2
Wat vindt u van het feit dat 35 gemeenten geen onderzoek doen naar roofhandel van
Joods vastgoed in de Tweede Wereldoorlog en dat van 95 gemeenten onduidelijk is of
zij dit onderzoek doen?
Antwoord 2
Gemeenten hebben geen rol gehad in de onteigening van Joods vastgoed gedurende de
Tweede Wereldoorlog. Dit was destijds centraal beleid. Gemeenten die wel willen onderzoeken
wat hun eigen rol is geweest (bijvoorbeeld bij de heffing van gemeentelijke belastingen)
of welke voordelen zij mogelijk hebben gehad (bijvoorbeeld vanwege de koop van Joodse
bezittingen), moedig ik van harte aan. Het is heel belangrijk dat er erkenning blijft
voor het leed dat is geschied en verder onderzoek en inzicht van de rol van de lokale
overheid draagt daaraan bij.
De cijfers waarop nu.nl zich baseert kan ik (noch de Vereniging van Nederlandse Gemeenten,
VNG en het NIOD) bevestigen of ontkrachten. Nu.nl meldt in hetzelfde artikel ook dat
73 gemeenten aangeven wel onderzoek te doen en 15 daarvan dit onderzoek reeds hebben
afgerond. Op 10 januari 2022 publiceerde het onderzoeksprogramma Pointer op haar website
dat inmiddels 83 gemeenten aangeven onderzoek te (gaan) doen. Ik verwacht dat nog
meer gemeenten zullen volgen.
Vraag 3
Deelt u de mening dat gemeenten zich moeten inspannen om te achterhalen of er Joods
vastgoed is onteigend tijdens de Tweede Wereldoorlog? Zo ja, wat gaat u doen om ervoor
te zorgen dat gemeenten daadwerkelijk deze onderzoeken gaan uitvoeren? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 3
Het is heel goed dat zoveel gemeenten bereid zijn te onderzoeken of en welke rol zij
hebben gehad in en na de Tweede Wereldoorlog met betrekking tot hun eigen rol in de
Tweede Wereldoorlog en hoe zij toen zijn omgegaan met Joodse bezittingen. Dit betekent
veel in de erkenning van het leed wat de Joodse gemeenschap is aangedaan. Vanuit die
optiek ben ik bereid andere gemeenten aan te moedigen dit ook te doen. Ik zal met
het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en de VNG nagaan
wat daarin mogelijk is.
Vraag 4
In hoeverre ziet u een rol voor de Verening Nederlandse Gemeenten (VNG) om gemeenten
te ondersteunen en/of te faciliteren bij deze belangrijke onderzoeken?
Antwoord 4
Zoals ik in antwoord 3 heb aangegeven zal ik met de VNG in gesprek gaan over het verder
aanmoedigen van gemeenten om onderzoek te doen. Het Centraal Joods Overleg heeft dit
in 2018 ook al zelf bij de VNG onder de aandacht gebracht.
Vraag 5
Bent u in gesprek met de Joodse gemeenschap over dit vraagstuk? Zo ja, wat zijn de
uitkomsten van deze gesprekken? Zo nee, bent u bereid deze gesprekken te voeren?
Antwoord 5
Uiteraard is en wordt met de Joodse gemeenschap gesproken, maar specifiek over de
onderzoeken (en uitkomsten) die gemeenten op dit moment verrichten, heb ik dat nog
niet gedaan. Of gemeenten dat wel reeds hebben gedaan, heb ik geen zicht op. Uiteraard
ben ik bereid de Joodse gemeenschap uit te nodigen om op basis van de onderzoeken
die nu door de gemeenten worden uitgevoerd, hun kijk op dit vraagstuk te bespreken.
Vraag 6
Begrijpt u dat gemeentelijk onderzoek naar de roofhandel van Joods vastgoed belangrijk
is, niet alleen vanwege de vreselijke gebeurtenissen tijdens de Holocaust en het herstel
daarvan, maar ook vanwege het antisemitisme dat nog steeds springlevend is? Kunt u
uw antwoord toelichten?
Antwoord 6
De stapsgewijze totale ontneming van de rechten van Joden, de ontmenselijking van
en de daaropvolgende moord op de Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn veel meer
dan een gitzwarte bladzijde van onze geschiedenis. De basis hiervan, antisemitisme,
moet daarom krachtig worden bestreden. Op allerlei manieren wordt hieraan gewerkt.
Zo is door de voormalig Minister van Justitie en Veiligheid, een nationaal coördinator
antisemitismebestrijding aangesteld.
De Nederlandse regering heeft de rechten van Joodse eigenaren van de door de Duitse
bezetter onteigend onroerend goed, hersteld. Het belang van dit rechtsherstel is evident.
X Noot
1NU.nl, 17 november 2021, «35 gemeenten doen geen onderzoek naar roofhandel Joods vastgoed»
(35 gemeenten doen geen onderzoek naar roofhandel Joods vastgoed | NU – Het laatste
nieuws het eerst op NU.nl)