Vragen van de leden Pouw-Verweij (JA21) enOmtzigt (Omtzigt) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bijzonder kritische advies van de Begeleidingscommissie Digitale Ondersteuning Bestrijding Covid-19 (Begeleidingscommissie) over de mogelijke uitbreiding van het coronatoegangsbewijs (ctb), dat als bijlage was verstopt in een reactie van 21 december 2021 van de Minister op de motie-Den Haan c.s. over geen groen vinkje in de CoronaCheck-app bij een besmetting (25 295, nr. 1540) (ingezonden 4 januari 2022).

Antwoord van Minister Kuipers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 25 januari 2022).

Vraag 1

Is het juist dat de Begeleidingscommissie Digitale Ondersteuning Bestrijding Covid-19 (Begeleidingscommissie), waarin zo’n vijftien deelnemers zitten met kennis van onder meer epidemiologie, virologie, technologie, privacy en veiligheid, het Ministerie van VWS adviseert over de digitale ondersteuning bij de bestrijding van het coronavirus?

Antwoord 1

Dat klopt.

Vraag 2

Ligt het voor de hand om deze Begeleidingscommissie om advies te vragen over de wetsvoorstellen met betrekking tot uitbreiding van het ctb1 en de invoering van 2G2? Indien dat het geval is, waarom hebt u dat desalniettemin nagelaten?

Antwoord 2

Mijn ambtsvoorganger heeft in 2020 de onafhankelijke en multidisciplinaire Begeleidingscommissie Digitale Ondersteuning Bestrijding Covid-19 (DOBC) ingesteld om gevraagd en ongevraagd te adviseren over de ontwikkeling en inzet van de (mobiele) applicatie CoronaMelder en eventuele andere digitale middelen die kunnen bijdragen aan de bestrijding van COVID-19. Gedurende de pandemie is dit nader gespecificeerd naar ook advisering over GGD-Contact en de CoronaCheck-app. Het ligt niet voor de hand dat de Begeleidingscommissie adviseert over de genoemde wetsvoorstellen, omdat zowel de uitbreiding van het ctb, alsook de invoering van 2G, beleidskeuzes zijn die buiten de reikwijdte van de opdracht van de Begeleidingscommissie liggen.

Vraag 3

Deelt u de mening dat het advies van de Begeleidingscommissie over de mogelijke uitbreiding van het ctb wezenlijke informatie is waarover de Kamer hoort te beschikken bij het vormen van een oordeel over de memorie van toelichting op de drie genoemde wetsvoorstellen over uitbreiding van het ctb en de invoering van 2G?

Antwoord 3

Het 29ste advies van de Begeleidingscommissie gaat nader in op de digitale toepassing van de CoronaCheck-app, welke de inzet van ctb’s ondersteunt. Dit advies gaat daarbij specifiek in op de technische implicaties en overwegingen omtrent onder andere privacy en security en staat daarmee los van de memorie van toelichting op de drie genoemde wetsvoorstellen. Het meesturen van dit advies bij de genoemde wetsvoorstellen leek daarom op dat moment niet wezenlijk voor de voorbereiding hierop. Er is voor gekozen deze op te nemen in een eerstvolgende brief, tezamen met advies 30 van de commissie die eenzelfde inhoudelijke technische reactie behoeft.

Vraag 4

Waarom hebt u nagelaten het advies van de Begeleidingscommissie van 19 november 2021, voorzien van een inhoudelijke reactie op de daarin ingebrachte overwegingen en bedenkingen, naar de Kamer te sturen als relevante informatie, onder meer voor de inbrengen voor het nader verslag bij de drie wetsvoorstellen op 5 januari 2022, en hebt u dit advies in plaats daarvan echter verstopt als summier vermelde bijlage in uw reactie op een motie over het niet verstrekken van een groen vinkje in de CoronaCheck-app bij een besmetting van 21 december 2021?3

Antwoord 4

Zoals in het antwoord op vraag 3 geschreven gaat het advies van de Begeleidingscommissie nader in op de digitale toepassing die de inzet van de ctb’s ondersteunt en technische implicaties en overwegingen hierbij. Dit staat daarmee los van de drie genoemde wetsvoorstellen. In het bijzonder wijst de commissie op het feit dat een «groen vinkje» in de CoronaCheck-app statisch is en bij volledig gevaccineerde personen niet automatisch betekent dat deze persoon ook niet besmettelijk is. De commissie draagt daarbij aan te onderzoeken hoe het «groene vinkje» dynamischer kan worden gemaakt zonder hierbij afbreuk te doen aan privacy en toegankelijkheid, waarbij in lijn met de epidemiologische situatie kan worden besloten op basis waarvan een ctb wordt uitgegeven en geldig is.

Mijn ambtsvoorganger heeft dit advies – tezamen met het 30e advies van de Begeleidingscommissie – ter harte genomen en toegepast in zijn onderzoek omtrent de aangenomen motie Den Haan c.s. (over geen groen vinkje in de CoronaCheck-app bij een besmetting4). Hierbij is onderzocht wat de mogelijkheden en overwegingen zijn in de uitvoering van deze motie waarin de regering wordt verzocht de techniek van de CoronaCheck app aan te passen zodat mensen die gevaccineerd zijn en daarna besmet raken geen QR-code krijgen in de periode dat zij in isolatie moeten. Er is bewust voor gekozen om de commissieadviezen 29 en 30 bij deze brief op te nemen gezien beide adviezen eenzelfde inhoudelijke technische reactie behoeven op het gebied van het in stand houden van de hoge eisen van gegevensbescherming in relatie tot aanpassing van geldigheid van een ctb. In de vreactie op de motie Den Haan is daarbij dus wel degelijk ook een inhoudelijke reactie gegeven op beide adviezen van de Begeleidingscommissies.

Vraag 5

Wat is de consequentie van het niet voldoen aan de actieve informatieplicht aan de Kamer, nu het advies van de Begeleidingscommissie niet op ordelijke wijze kan worden betrokken bij de schriftelijke voorbereiding van de besluitvorming over de genoemde wetsvoorstellen?

Antwoord 5

Zoals aangegeven in mijn antwoord op vraag 3 en 4 voorzie ik hierin geen consequenties.

Vraag 6

Kunt u alsnog gemotiveerd ingaan op de constatering van de Begeleidingscommissie dat het ctb inzetten als toegangsmiddel om zonder additionele sneltest werkplekken te heropenen ertoe leidt dat besmette personen gedurende de werkdag andere personen kunnen besmetten?

Antwoord 6

Het klopt inderdaad dat een geldige QR-code in de app (zogeheten «groene vinkje») bij volledig gevaccineerde personen niet automatisch betekent dat deze persoon ook niet besmettelijk is. Sinds de invoering heeft het ctb als doel om eerder, meer mogelijk te maken en de maatschappij (langer) open te houden. Hierbij geldt dat de inzet van het ctb het besmettingsrisico op een ctb-plichtige locatie of bij een ctb-plichtige activiteit kan verlagen, maar hier altijd restrisico’s op transmissie van het virus zal blijven bestaan. Dit ondanks dat mensen gevaccineerd, getest of recent hersteld zijn. Het klopt daarmee dat het risico bestaat dat een gevaccineerde persoon toch drager is van het virus en, zoals u schrijft, gedurende een werkdag anderen kan besmetten. Zoals in mijn laatste kamerbrief ook geschreven5, verwacht ik – mede gegeven de laatste inzichten – dat de effectiviteit van het ctb sterk afhankelijk is van de epidemiologische situatie. Bovendien – zoals ook aangegeven in de beantwoording op eerdere schriftelijke vragen6 – zie ik het als de eigen verantwoordelijkheid van mensen om rekening te houden met anderen en zich bij een eventuele besmetting aan de op dat moment geldende richtlijnen en basisregels te houden. Bij een positieve testuitslag (gevaccineerd of ongevaccineerd) ga je thuis in isolatie, ga je niet naar buiten en gebruik je dus zeker niet de QR-code voor toegang.

Vraag 7

Kunt u alsnog gemotiveerd ingaan op de oproep van de Begeleidingscommissie om met het oog op het wantrouwen onder de bevolking digitale drang te voorkomen en aan niet digitale dan wel analoge middelen de voorkeur te geven boven technologie?

Antwoord 7

Ik onderschrijf de oproep van de Begeleidingscommissie om digitale drang te voorkomen. Toegankelijkheid en inclusiviteit zijn voor mij daarbij ook belangrijke aspecten. Naast de CoronaCheck-app ter ondersteuning van de inzet van ctb’s is van begin af aan ook ingezet op alternatieve routes voor mensen die de app niet willen of kunnen gebruiken. Er zijn daarbij meerdere alternatieven beschikbaar waarbij geen smartphone en/of internet nodig zijn voor het aanmaken van een bewijs.

Vraag 8

Kunt u alsnog gemotiveerd ingaan op het advies van de Begeleidingscommissie om het ctb met het oog op een doeltreffende werking alleen nog te verstrekken op basis van een negatieve test, wat een dynamische coronapas wordt genoemd, nu genoegzaam duidelijk is dat vaccins niet volledig tegen besmetting beschermen terwijl de mate van bescherming significant daalt?

Antwoord 8

De Begeleidingscommissie wijst hier op het feit dat een «groen vinkje» in de CoronaCheck-app statisch is en draagt aan te onderzoeken hoe het ctb dynamischer kan worden gemaakt door ook – breder dan de oplossing die de motie Den Haan voorstelt – te kijken op basis waarvan een ctb wordt uitgegeven en geldig is. Zoals in de schriftelijke reactie op de aangenomen motie benoemd zal ik in een later stadium op dit specifieke aspect van het advies van de Begeleidingscommissie terugkomen.

Vraag 9

Kunt u alsnog gemotiveerd ingaan op de oproep van de Begeleidingscommissie, die kort samengevat erop neerkomt om niet tot een grootschalige uitrol van het ctb over te gaan en zodoende te voorkomen dat het huidige en toekomstige vertrouwen in digitale overheidshulpmiddelen ter bestrijding van ziektes of andere calamiteiten blijvend schade oploopt?

Antwoord 9

De keuze voor een bredere inzet van het ctb is een keuze van kabinet en parlement. De drie wetsvoorstellen die onder andere de verbreding van de inzet van het ctb mogelijk kunnen maken, liggen momenteel ter behandeling nog voor bij uw Kamer. Het ligt niet voor de hand dat de Begeleidingscommissie hierover adviseert, omdat de uitbreiding van het ctb beleidskeuzes zijn die buiten de reikwijdte van de opdracht van de Begeleidingscommissie liggen. Zoals in de beantwoording op eerdere vragen geschreven is in de reactie op de aangenomen motie Den Haan inhoudelijk gereageerd op de adviezen van de Begeleidingscommissie die ten grondslag liggen aan de oproep die zij hebben gedaan, waarbij het gaat om het «groene vinkje» in de CoronaCheck-app en het dynamisch maken hiervan, als ook het publieksvertrouwen in digitale middelen. Ik ben het verder met de Begeleidingscommissie eens dat er prudent moet worden omgegaan met de inzet van digitale middelen waarbij te allen tijde moet worden afgewogen of een digitale oplossing het juiste middel is om in een bepaalde context en situatie toe te passen.

Vraag 10

Kunt u ingaan op het advies van de Begeleidingscommissie van 8 februari 2021 waarin wordt gepleit voor meer toezicht op de beveiliging van nieuwe covid-dataknooppunten; verbindingen dus tussen commerciële testbedrijven alsook tussen de GGD’en en het RIVM?7

Antwoord 10

Zoals ik uw Kamer heb geïnformeerd in de kamerbrief van 23 februari 2021, heeft de Regiegroep Digitale Ondersteuning Test- en Traceerketen (DOTT) dit advies van de Begeleidingscommissie destijds ontvangen. Het advies is door de regiegroep meegenomen in de uitvoering van één van de verbeterplannen die zij hebben opgesteld in navolging op de datadiefstal bij de GGD dat begin 2021 plaatsvond.

In nadere reactie op het advies om meer toezicht op de beveiliging van covid-dataknooppunten en verbindingen te realiseren deel ik graag het volgende: op dit moment monitor ik voortdurend of er dreigingen of kwetsbaarheden zijn in de systemen die VWS zelf heeft ontwikkeld en levert. Dit zodat de veiligheid van gegevens kan worden gewaarborgd en fraude kan worden herkend. Dit doe ik met behulp van de Kwetsbaarheden Analyse Tool (KAT) waarover mijn ambtsvoorganger uw vaste commissie Digitale Zaken kort geleden een brief heeft doen toekomen.8 Daarnaast worden strenge aansluitvoorwaarden gesteld aan testaanbieders die aangesloten willen worden op de CoronaCheck-app. Na aansluiting is een testaanbieder allereerst zelf verantwoordelijk voor het loggen en monitoren van de eigen systemen. Mijn ministerie monitort in het kader van stelselcontrole daarnaast zelf ook of aangesloten partijen de voorwaarden naleven. Met pentesten wordt onderzocht of er kwetsbaarheden zijn die moeten worden opgelost. Voor andere partijen, zoals ook GGD’en en RIVM geldt uiteraard dat de verantwoordelijkheid om zorg te dragen voor beveiliging en monitoring hierop primair daar belegd is.

Vraag 11

Kunt u aangeven wat u hebt ondernomen om een datalek te voorkomen, in de wetenschap dat de Begeleidingscommissie bij herhaling op dit gevaar heeft gewezen, reeds ruim voordat dit zich daadwerkelijk voordeed bij de GGD?

Antwoord 11

De GGD GHOR heeft primair gezien de verantwoordelijkheid om zorg te dragen voor de eigen systemen. Zoals mijn ambtsvoorganger over het specifieke datalek waaraan u refereert reeds aan uw Kamer heeft geschreven, hebben de verschillende waarborgen die er al zijn ten behoeve van de omgang met gegevens deze datadiefstal niet kunnen voorkomen. Voor een tijdlijn met de historie van deze specifieke casus als ook implicaties en acties die naar aanleiding hiervan zijn ondernomen, verwijs ik u graag naar de kamerbrief die op 2 februari 2020 aan uw Kamer is toegestuurd.9

Vraag 12

Bent u bereid om bovenstaande vragen afzonderlijk en binnen tien dagen te beantwoorden?

Antwoord 12

Ik heb ernaar gestreefd uw vragen zo snel als mogelijk te beantwoorden.


X Noot
1

Kamerstukken 35 971 (Tijdelijke wet verbreding inzet coronatoegangsbewijzen) en 35 972 (Wijziging van de Wet publieke gezondheid in verband met het schrappen van het instemmingsrecht van medezeggenschapsorganen van onderwijsinstellingen bij de inzet van coronatoegangsbewijzen in het beroepsonderwijs en het hoger onderwijs)

X Noot
2

Kamerstuk 35 973 (Tijdelijke wet differentiatie coronatoegangsbewijzen)

X Noot
3

Kamerstuk 25 295, nr. 1704

X Noot
4

Kamerstuk 25 295, nr. 1540

X Noot
5

Kamerstuk 25 295, nr. 1717

X Noot
6

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 363

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2021–2022, nr. 934

X Noot
7

Bijlage bij Kamerstuk 25 295, nr. 995

X Noot
8

Kamerstuk 25 295, nr. 1703

X Noot
9

Kamerstuk 27 529, nr. 235

Naar boven