Vragen van het lid Amhaouch (CDA) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over het beschermen van kleine ondernemers bij zakelijke kredietverlening (ingezonden 24 december 2021).

Mededeling van Minister Kaag (Financiën) (ontvangen 17 januari 2022).

Vraag 1

Bent u bekend met de verkenning naar non-bancaire mkb-financiering van de Autoriteit Financiële Markten (AFM)?1

Vraag 2

Herkent u het beeld van de AFM dat kleine ondernemers, zoals zzp’ers, eenmanszaken of micro-ondernemingen, kwetsbaar zijn, door hun beperkte kennis over of ervaring met financieringsvraagstukken, de afhankelijkheid van intermediairs, en het feit dat zij vaak persoonlijk garant staan voor zakelijke leningen? Bent u het met de AFM eens dat deze ondernemers zich hierin nauwelijks onderscheiden van consumenten?

Vraag 3

Klopt het dat, anders dan bij consumentenkrediet, de AFM geen mandaat heeft om toezicht te houden op zakelijke kredietverlening? Hoezeer vindt u dit een (on)wenselijke situatie? Is het juist dat De Nederlandsche Bank (DNB) geen prudentieel toezicht houdt op non-bancaire aanbieders van zakelijke financiering en bijv. niet toetst op geschiktheid en betrouwbaarheid? Wat betekent dit voor de positie van kleine ondernemers? In hoeverre zijn zij hierdoor kwetsbaar?

Vraag 4

Deelt u de observatie van de AFM dat zelfregulering, ter versterking van de positie van mkb’ers op de non-bancaire financieringsmarkt, op dit moment nog niet effectief is en onvoldoende functioneert, vanwege het ontbreken van duidelijke en ambitieuze gedragsnormen, van controle en naleving daarop, van afdwingbaarheid en van een hoge aansluitingsgraad? Verwacht u dat het niveau van zelfregulering van de sector op korte termijn zal verbeteren? Welke signalen hebt u daartoe?

Vraag 5

Bent u het met de AFM eens dat, het bovenstaande overziend, kleine ondernemers (nog) geen toereikende bescherming genieten bij het sluiten van een non-bancaire financiering? Waarom wel/niet?

Vraag 6

Deelt u de mening dat kredietverlening aan kleine ondernemers, die zich gedragen als consumenten door hun beperkte omvang, onder toezicht van de AFM gesteld zou moeten worden? Bent u bereid om, in lijn met de conclusies van de AFM, hiernaar aanvullend onderzoek te laten doen evenals naar andere, nieuwe beschermingsmogelijkheden, zoals een maximale kredietvergoeding of een uniforme kostenmaatstaf? Waarom wel, of waarom niet?

Vraag 7

Kunt u deze vragen beantwoorden vóór het commissiedebat Ondernemen en bedrijfsfinanciering op 10 februari 2022?

Mededeling

De schriftelijke vragen van het lid Amhaouch over het beschermen van kleine ondernemers bij zakelijke financiering (met kenmerk 2021Z24209, ingezonden 24 december 2021) zijn gesteld aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat. De vragen hebben echter betrekking op een onderwerp dat valt onder de verantwoordelijkheid van de Minister van Financiën en zullen dan ook door mij worden beantwoord. Het lukt niet om u de beantwoording binnen de gebruikelijke termijn toe te sturen.

Ik streef ernaar de antwoorden zo spoedig mogelijk en in ieder geval voor het commissiedebat Ondernemen en bedrijfsfinanciering op 10 februari 2022 aan uw Kamer te sturen.


X Noot
1

AFM, 9 april 2021, «Mkb gebaat bij meer volwassen markt voor alternatieve financiering». (https://www.afm.nl/nl-nl/nieuws/2021/april/mkb-gebaat-volwassen-financiering)

Naar boven