Vragen van het lid Markuszower (PVV) aan de Minister voor Rechtsbescherming over het bericht «Klokkenluider Huig Plug: «De bezem móet door het hele Ministerie Justitie en Veiligheid!»» (ingezonden 21 september 2020).

Antwoord van Minister Dekker (Rechtsbescherming) (ontvangen 12 oktober 2020).

Vraag 1

Kent u dit bericht?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Klopt het dat de voorvallenlijst met incidenten van de Dienst justitiële Inrichtingen(DJI) niet compleet is? Zo nee, waarom is deze lijst volgens u wel compleet?

Antwoord 2

Op de website van Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) worden iedere maand samenvattingen van zogeheten piketmeldingen geplaatst. Dat zijn meldingen van ernstige en/of mediagevoelige incidenten waarover DJI de leiding van het ministerie informeert. Niet van alle voorvallen die zich binnen DJI voordoen wordt een piketmelding gemaakt. In mijn tweede voortgangsbrief over mijn visie «Recht doen, kansen bieden» van 29 juni jl. heb ik dit nader uiteengezet.2

Vraag 3

Waar om staat het incidient van 13 januari 2020, waarbij een Roemeense gevangene met behulp van toiletpapier en een aansteker zijn cel in brand stak3, niet op de «voorvallenlijst» van de DJI?4

Antwoord 3

Niet van alle celbranden wordt een piketmelding gemaakt. Dat hangt af van de ernst en de omvang van de brand. Een piketmelding wordt opgemaakt als de brandweer wordt ingezet om de celbrand te blussen of als door een celbrand meerdere cellen moeten worden ontruimd. Hiervan was bij dit incident geen sprake.

Vraag 4

Zijn er nog meer celbranden en andere incidenten dit jaar verzwegen in andere gevangenissen? Zo nee, waar baseert u dit op?

Antwoord 4

Op de website van DJI worden samenvattingen van piketmeldingen aan de leiding van het ministerie geplaatst.

Zoals toegelicht in het antwoord op vraag 3 worden van celbranden piketmeldingen gestuurd als de aard en omvang van de celbrand hier aanleiding toe geeft. Van het verzwijgen van celbranden en andere incidenten is geen sprake.

Vraag 5

Bent u bereid een volledig overzicht te verstrekken van alle celbranden en incidenten van de afgelopen 5 jaar in alle inrichtingen die onder de DJI vallen en tevens hoe vaak er melding werd gedaan van haperende portofoons? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

Nee. In mijn genoemde brief van 29 juni jl. heb ik een overzicht gegeven van alle geregistreerde incidenten binnen het gevangeniswezen van DJI in de jaren 2016 tot en met 2019, inclusief een analyse daarvan. Daarnaast wordt, zoals benoemd in mijn antwoord op vraag 2, iedere maand een samenvatting van alle ernstige en/of mediagevoelige incidenten gepubliceerd op de website van DJI. Tot slot publiceert DJI driemaal per jaar haar tertaalrapportage over (aantallen) geweldsincidenten tegen personeel, tussen gedetineerden onderling, ontvluchtingen en onttrekkingen. Ik ben van mening dat dit samen voldoende overzicht geeft in de ernst, de aantallen en de ontwikkeling van incidenten binnen de inrichtingen van DJI en volsta daar dan ook mee.

Vraag 6

Klopt het dat artsen en verpleegkundigen van het Justitieel Centrum voor Somatische Zorg (JCvSZ) op 20 maart 2020 een klacht tegen de Inspectie J&V hebben ingediend?5

Antwoord 6

Ja.

Vraag 7

Wie heeft deze klacht in behandeling genomen en wat is hiervan de stand van zaken?

Antwoord 7

De klacht van de medewerkers van het JCvSZ is in behandeling genomen door de Inspecteur-Generaal van de Inspectie Justitie en Veiligheid.6 De klagers en de betrokken medewerkers zijn gehoord. De afwikkeling van de klacht bevindt zich inmiddels in de afrondende fase. De klagers ontvangen bericht over het oordeel van de Inspecteur-Generaal.

Vraag 8

Deelt u de mening dat een raadsheer bij het Hof niet tegelijkertijd de functie van directeur in het gevangeniswezen kan vervullen, omdat er sprake is van een conflicterend belang? Zo nee, waarom niet?7

Antwoord 8

Of er sprake is van een mogelijk conflicterend belang bij een dergelijke combinatie van functies wordt vanuit twee kanten bekeken.

De Rechtspraak hanteert de Leidraad Onpartijdigheid en nevenfuncties in de Rechtspraak (januari 2014) voor het inzetten van (plaatsvervangend-) raadsheren. De toetsingsbevoegdheid ten aanzien van nevenbetrekkingen is expliciet neergelegd bij de president van het gerecht (art. 44, lid 6, Wrra). De president betrekt daarbij naast de Leidraad, de Gedragscode Rechtspraak en de NVvR-rechterscode. Rechters kunnen zich bovendien laten verschonen als door feiten en omstandigheden de onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.

Daarnaast gelden voor alle rijksambtenaren de integriteitsregels die zijn vastgelegd in de ambtenarenwet 2017 en de Gedragscode Integriteit Rijk. Hierin staan regels over het aanvaarden van nevenfuncties. Zo geldt dat nevenwerkzaamheden niet worden toegestaan als het goed functioneren van de ambtenaar, of het goed functioneren van de dienst, niet is verzekerd. Voorafgaand aan een aanstelling worden door de ambtenaar gemelde functies hierop beoordeeld.

Vraag 9

Daar waar u in het algemeen overleg gevangeniswezen van 6 februari 2020 aangaf dat er nog een onderzoek van de IGJ naar het JCVSZ liep, kunt u aangeven wat de stand van zaken is rond dat onderzoek van de IGJ inzake het JCvSZ? Kunt u garanderen dat alle meldingen van alle melders in dat onderzoek worden meegenomen en geadresseerd?

Antwoord 9

De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) ontving in augustus 2019 een melding van een voormalig medewerker van de penitentiaire inrichting Haaglanden, locatie Scheveningen over het Justitieel Centrum voor Somatische Zorg (JCvSZ). De IGJ heeft naar aanleiding van bovenstaande melding een onderzoek binnen het JCvSZ van PI Haaglanden ingesteld. De bevindingen van dit onderzoek zijn aanleiding geweest voor een verbetertraject in het JCvSZ. De IGJ heeft dit verbetertraject gevolgd. In deze periode is de IGJ anoniem benaderd door een drietal zorgmedewerkers die zich zorgen maakten over de ontwikkelingen in het JCvSZ. De IGJ heeft de onderwerpen die in deze contacten aan de orde kwamen op hoofdlijnen meegenomen in het vervolgonderzoek.

Op 23 juli 2020 vond een bezoek van de IGJ plaats om de uitwerking en het effect van het verbetertraject in de praktijk te toetsen. Naar aanleiding van dit onderzoek heeft de IGJ een rapportbrief opgesteld. Deze brief heb ik recent ontvangen. In de loop van deze week zal ik een reactie hierop aan uw Kamer aanbieden.

Vraag 10

Bent u bereid al deze vragen afzonderlijk te beantwoorden?

Antwoord 10

Ja.

Naar boven