Vragen van het lid Jasper van Dijk (SP) aan de Staatssecretaris van Defensie over
sociale rechten van personeel in Nederlandse Defensiewinkels in Duitsland (ingezonden
26 juli 2021).
Antwoord van Minister Bijleveld-Schouten (Defensie) (ontvangen 3 september 2021)
Vraag 1
Klopt het dat het TVAL II-contract dat wordt gesloten met personeel van de Dutch Army
Shop (DAS, winkels ten behoeve Nederlandse militairen en hun gezinnen) in Duitsland
bedoeld was voor Duitse werknemers?
Antwoord 1
Nee, het TVAL-II-contract is bestemd voor werknemers van de in de Bondsrepubliek Duitsland
gestationeerde internationale strijdkrachten.
Vraag 2
Klopt het tevens dat Duitse burgers geen toegang hadden tot deze winkels, die alleen
bedoeld waren voor militairen in Duitsland gelegerde NAVO-landen (dus ook Duitse militairen)
en hun gezinnen? Zo nee, hoe zijn dan de feiten?
Antwoord 2
Ja, dat klopt. Gebaseerd op vigerende NAVO-verdragen (onder meer de NAVO SOFA uit
1951 en de Aanvullende Overeenkomst uit 1959) hadden Nederlandse NAVO-statusgerechtigden
en afgeleide NAVO-statusgerechtigden in Duitsland alsmede rechthebbenden van in Duitsland
gelegerde NAVO-lidstaten die partij zijn bij voornoemde Aanvullende Overeenkomst (te
weten België, Canada, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten van
Amerika), militairen en hun gezinsleden, toegang tot de DAS-winkels in Duitsland.
Duitse burgers en militairen hadden geen toegang tot deze winkels.
Vraag 3
Klopt het tevens dat het TVAL II-contract door Defensie ook gebruikt wordt voor Nederlandse
vrouwen die veelal partner zijn van in Duitsland gelegerde Nederlandse militairen?
Kunt u aangeven om hoeveel mensen het gaat?
Antwoord 3
Het TVAL-contract is door Defensie gebruikt voor het inhuren van lokale werknemers
voor ondersteunende werkzaamheden bij de Nederlandse defensie-eenheden in de Bondsrepubliek
Duitsland, waaronder de DAS-winkels. Dit kunnen ook aldaar woonachtige partners van
Nederlandse militairen zijn geweest. Deze inhuurkrachten zijn niet opgenomen in de
personeelsadministratie van Defensie; derhalve is ook niet bekend om hoeveel partners
van in Duitsland gelegerde Nederlandse militairen het gaat.
Vraag 4
Klopt het dat het TVAL II-contract tot gevolg heeft dat AOW- en andere sociale rechten
vervallen of minder goed zijn dan in Nederland zelf? Zo nee, hoe zijn dan de feiten?
Waarom wordt dit contract gebruikt om Nederlands personeel te werk te stellen in de
DAS-winkels?
Antwoord 4
Reeds opgebouwde verzekeringstijdvakken voor de AOW (en andere sociale rechten) vervallen
niet indien de betrokkene besluit om in een ander land te gaan werken, dus ook niet
als dat op basis van een TVAL-II contract is. Door het verrichten van werkzaamheden
in Duitsland is degene met TVAL-II contract verzekerd in het werkland Duitsland. Dit
is op Europees niveau overeengekomen in de coördinatieverordening 883/2004. Duitsland
kent een eigen stelsel van sociale zekerheid. Dit kan zowel in gunstige als ongunstige
zin afwijken van het Nederlandse stelsel van sociale zekerheid. Het TVAL-contract
is door Defensie gebruikt om lokaal personeel in te huren voor ondersteunende werkzaamheden
waarvoor Defensie geen militaire of burger formatieplaatsen had. De Nederlandse nationaliteit
van werknemers, is niet relevant voor de beoordeling waar zij sociaal verzekerd zijn.
Vraag 5
Deelt u tevens de opvatting dat deze vrouwen die in DAS-winkels werkten binnen afzienbare
tijd alsnog hun volledige AOW-opbouw krijgen, ook over de werkzame jaren met een TVAL
II-contract? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn wilt u deze compensatie vormgeven?
Antwoord 5
Het kabinet deelt deze opvatting niet. Ook op deze werknemers is de nationale en internationale
wet- en regelgeving op het gebied van sociale zekerheid van toepassing. Die wetgeving
bepaalt of een werknemer in Nederland verzekerd blijft. Wonen en werken in het buitenland
kan gevolgen hebben voor allerlei zaken, waaronder sociale zekerheid. De Sociale Verzekeringsbank
(SVB) voert de AOW uit en beslist over de hoogte van de AOW-uitkering.
Defensie geeft voorlichting aan militairen die in het buitenland worden geplaatst
over de gevolgen van een buitenlandplaatsing voor hen en de meeverhuizende gezinsleden.
Welke gevolgen het precies betreft is afhankelijk van de specifieke, individuele situatie
van de persoon en de op dat moment van toepassing zijnde nationale en Europese wet-
en regelgeving. Aan militairen wordt geadviseerd hierover zelf nadere informatie in
te winnen.
Vraag 6
Bent u bereid om een andere arbeidsovereenkomst aan personeel in de DAS-winkels aan
te bieden dat conform de Nederlandse sociale wetgeving is? Zo ja, wanneer? Zo nee,
waarom niet?
Antwoord 6
Defensie heeft geen DAS-winkels meer.