Vragen van het lid Hijink (SP) aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat enkele Limburgse zorginstellingen niet blijken te zijn verzekerd tegen overstromingsschade (ingezonden 13 augustus 2021).

Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 30 augustus 2021).

Vraag 1 en 2

Wat is uw oordeel over het bericht dat enkele Limburgse zorginstellingen niet blijken te zijn verzekerd tegen overstromingsschade?1

Wat vindt u ervan dat getroffen zorginstellingen die zijn verzekerd bij beurspolisconsortia mogelijk minder snel de overstromingsschade vergoed krijgen dan die zijn verzekerd bij Nederlandse verzekeraars?

Antwoord 1 en 2

Het is de verantwoordelijkheid van zorginstellingen zelf om zich op een adequate wijze te verzekeren. Het kabinet gaat niet over de vraag of en waar burgers of bedrijven zich willen en kunnen verzekeren. Eveneens gaat het kabinet niet over de polisvoorwaarden van de diverse verzekeraars. Het kabinet wil de door de overstromingen getroffen inwoners en organisaties in Limburg graag bijstaan door de Wet tegemoetkoming schade bij rampen (Wts) ruimhartig in te zetten. Een van de voorwaarden hierbij is dat de schade redelijkerwijs niet verzekerbaar is. Zie ook het antwoord op vraag 5.

Vraag 3 en 4

Bent u het ermee eens dat de ouderen die in de ontruimde verzorgingstehuizen en hospice woonden zo snel mogelijk terug moeten kunnen keren?

Bent u het ermee eens dat de gehandicapte kinderen die door de overstroming de snoezelkamers en leslokalen zijn kwijtgeraakt daar zo snel mogelijk weer terecht moeten kunnen?

Antwoord 3 en 4

Ik ben van mening dat cliënten kwalitatief goede en persoonsgerichte zorg moeten krijgen, ongeacht de locatie waarop zij deze zorg krijgen. Of terugkeer naar de locatie mogelijk is en op welke termijn zal de komende tijd moeten blijken.

Vraag 5

Bent u bereid om de schade van de getroffen zorginstellingen te vergoeden via het rampenfonds, indien de verzekeraars deze schade niet vergoeden?

Antwoord 5

Voor schade door overstroming van beken en zijrivieren (zoals de Geul en de Gulp), zijn sinds het uitbrengen van de neerslagclausule (2000) zakelijke verzekeringsproducten op de markt. Hierbij wordt naast directe, ook indirecte neerslag gedekt. Niet op elke zakelijke polis wordt dit aangeboden en de voorwaarden kunnen verschillen. Zeer recent zijn er ook verzekeringen op de markt gekomen waarbij alle vormen van overstroming, behalve geheel of gedeeltelijk door het bezwijken van primaire keringen worden gedekt (in navolging Verbondsadvies 2018). Het kabinet is van mening dat ondernemers zich nog onvoldoende bewust waren van het risico en de huidige verzekeringsmogelijkheden. Daarom kwalificeert het kabinet nu eenmalig deze situatie, voor degenen die hierdoor niet de mogelijkheid hebben gehad zich te verzekeren, als niet redelijkerwijs verzekerbaar en komt het hen tegemoet in deze schade door middel van de Wts. Per geval wordt de situatie beoordeeld. Bij toekomstige overstromingen van beken en zijrivieren, zal worden uitgegaan van de nieuwe verzekeringsproducten en heeft men een eigen verantwoordelijkheid om zich hiervoor te verzekeren. In de toekomst zal de Wts hierin niet meer voorzien.


X Noot
1

NRC, 9 augustus 2021, «Limburgse zorg zucht onder financiële nasleep watersnood: «Wij dachten dat we goed verzekerd waren»» (https://www.nrc.nl/nieuws/2021/08/09/limburgse-zorg-zucht-onder-financiele-nasleep-watersnood-wij-dachten-dat-we-goed-verzekerd-waren-a4054215)

Naar boven