Vragen van de leden Van der Werf en Wuite (beiden D66) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het opsporen van gestolen kunst (ingezonden 8 juni 2021).

Mededeling van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 29 juni 2021).

Vraag 1

Bent u bekend met het boek «Tussen Kunst en Cash» van Pieter van Os en Arjen Ribbens?

Vraag 2

Klopt het dat het Team Kunst en Antiek van de Landelijke Eenheid slechts zeven fte telt? Zo nee, hoeveel zijn het er dan?

Vraag 3

Bent u van mening dat het Team Kunst en Antiek op dit moment haar taken en verantwoordelijkheden voldoende kan uitvoeren? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 4

Wat vindt u ervan dat het Team Kunst en Antiek vaak samenwerkt met een privédetective omdat deze soms effectiever kan opereren dan het Team zelf?

Vraag 5

Klopt het dat er voor daadwerkelijk onderzoek naar gestolen kunst eigenlijk geen capaciteit is? Kunt u aangeven welke taken het Team Kunst en Antiek nu moet laten liggen vanwege beperkte of gebrek aan capaciteit?

Vraag 6

Kunt u cijfers verschaffen wat de (gemiddelde) pakkans is bij kunstdiefstal? Hoe beoordeelt u deze cijfers?

Vraag 7

Hoe vaak wordt de dader van een kunstdiefstal ook daadwerkelijk aansprakelijk gesteld voor de geleden schade?

Vraag 8

Welke verbeteringen ziet u bij de opsporing en berechting van kunstdiefstal?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Van der Werf en Wuite (beiden D66), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het opsporen van gestolen kunst (ingezonden 8 juni 2021) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven