Vragen van het lid Bruins (ChristenUnie) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de voorgenomen maar nooit uitgevoerde fusie tussen Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) en ZonMW (ingezonden 30 maart 2021).

Antwoord van Minister Van Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap), mede namens de Minister voor Medische Zorg (ontvangen 11 mei 2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 2460.

Vraag 1

Herinnert u zich mijn vragen uit 2018 over de voorgenomen maar nooit uitgevoerde fusie tussen NWO en ZonMW?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Bent u van mening dat met het wisselen van het voorzitterschap van NWO per 1 april 2021 de transitieperiode naar «het nieuwe NWO» afgesloten is?

Antwoord 2

In de evaluatie NWO2 wordt beschreven dat de Raad van Bestuur er goed in geslaagd is om de transitieplannen op adequate wijze in de organisatie door te voeren. Daarnaast concludeert de commissie dat de transitie nog niet helemaal voltooid is. Onder leiding van de Raad van Bestuur van NWO wordt gewerkt aan de (door)ontwikkeling van de NWO-organisatie.

Vraag 3

Is er, gezien het feit dat de nieuwe voorzitter afkomstig is uit het domein van de Medische Wetenschappen (MW), enig zicht op het opnieuw ter hand nemen van de in de NWO-reorganisatie destijds zo bepleite fusie tussen NWO en ZonMW?

Antwoord 3

Nee, de huidige wijze van samenwerking voldoet. In de evaluatie van NWO wordt geconcludeerd dat het niet voor de hand ligt om op korte termijn nieuwe pogingen te ondernemen tot fuseren. De huidige samenwerkingsovereenkomst tussen NWO en ZonMw wordt door beide partijen als werkbaar en productief ervaren. Ook wij zien dat de samenwerking tussen NWO en ZonMw op grond van deze overeenkomst de afgelopen jaren sterk is verbeterd.

Vraag 4

Bent u nog steeds van mening dat de taken van NWO en Zon te zeer van elkaar verschillen om deze in één wet te verenigen?

Antwoord 4

Ja. Bij de transitie van NWO was de oorspronkelijke doelstelling om tot een fusie te komen. De inbedding van ZonMw in NWO zou zijn beslag krijgen met het intrekken van de wet op Zon en de wijziging van de wet op de NWO. Gedurende het transitieproces zijn wij echter tot de conclusie gekomen dat een wetswijziging niet het juiste instrument is om deze doelstelling te realiseren. De taken en werkwijzen van NWO en Zon en de invulling van het opdrachtgeverschap door OCW en VWS verschillen te zeer van elkaar om in één wet te verenigen.

Vraag 5

Op welke wijze bent u van plan om dan wél sturing te geven aan een meer formele inbedding van Zon in NWO? Welke stappen kunnen in de komende kabinetsperiode gezet worden om te komen tot een «ever closer union»?

Antwoord 5

Ik zie geen reden om te komen tot een formele inbedding, zie ook antwoord 3 en 4. De huidige samenwerking verloopt naar wederzijdse tevredenheid. Ook de evaluatiecommissie NWO constateert dat de huidige samenwerkingsovereenkomst tussen NWO en ZonMw als productief wordt ervaren en de samenwerking is verbeterd.

Ik ondersteun wel de conclusies van de evaluatiecommissie NWO dat er nog meer synergievoordelen behaald kunnen worden door de samenwerking in de toekomst verder te versterken. De commissie pleit ervoor extra aandacht te geven aan interdisciplinaire samenwerkingen. Daarbij kunnen NWO en ZonMw elkaars ervaringen hiermee benutten, bijvoorbeeld bij het verder ontwikkelen van instrumenten en beoordelingsprocedures die passen bij een multidisciplinaire benadering voor de hele kennisketen, en bij het beoordelen van maatschappelijke impact.


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 1684

X Noot
2

Kamerstuk 29 338, nr. 221, De nieuwe weg van NWO, rapport van de commissie-Rinnooy Kan, september 2020

Naar boven