Vragen van het lid Groothuizen (D66) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over de brief van werkgroep kind in AZC «Impact corona op kinderen in AZC’s» (ingezonden 5 februari 2021).

Antwoord van Staatssecretaris Broekers-Knol (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media (ontvangen 8 maart 2021). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 1843.

Vraag 1

Bent u bekend met de brief «Impact corona op kinderen in AZC’s»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2, 3

Is het u bekend dat honderden jongeren in asielzoekerscentra (AZC's) bij het volgen van online onderwijs nog steeds last hebben van slechtwerkend internet?

Wat gaat u op korte termijn doen om te zorgen dat er wel goede internetverbindingen komen?

Antwoord 2, 3

Zoals ik in mijn brief van juni 2020 met uw Kamer heb gedeeld heeft het COA, ondanks dat het aanbieden van goede wifi voor bewoners geen standaarddienst is, tijdens de eerste lockdown besloten om, met name ten behoeve van het thuisonderwijs, te investeren in uitbreiding van de bandbreedte en de wifi-capaciteit. Daarnaast is er een apart wifi-netwerk ingericht op alle locaties voor scholieren zodat het volgen van thuisonderwijs beter geborgd kan worden. Dit wifi-netwerk «Student» biedt op schooldagen tussen 08.00 en 18.00 uur een hogere prioriteit dan het wifi-netwerk «bewoners», waardoor voor scholieren beter (video)contact met school mogelijk is. Deze uitbreiding is op alle locaties gerealiseerd en heeft geleid tot een aanzienlijke verbetering.

De mate van dekking van wifi is afhankelijk van meerdere factoren, zoals de gebruikte verbinding, lokaal beschikbare bandbreedte, gebouwtype etc. De afgelopen periode is gebleken dat verdere verbetering, met name voor scholieren, nog steeds wenselijk is. In het najaar van 2020 is het COA daarom begonnen om locatie-breed in kaart te brengen welke verdere verbeteringen nodig en mogelijk zijn, zowel voor de korte als de lange termijn. Bepalende factor daarbij is dat het COA op ruim dertig locaties nog gebruik maakt van een netwerk dat is gebaseerd op een verouderde, analoge verbinding. De enorme toename van het dataverbruik heeft de beperkingen van dit netwerk blootgelegd. Sinds januari is het COA daarom aan de slag om, waar mogelijk, op korte termijn verbeteringen aan dit netwerk aan te brengen. De verwachting is dat deze werkzaamheden eind maart worden afgerond. Daarbij moet wel aangetekend worden dat bij investeringen in de wifi ook altijd de afweging gemaakt moet worden of de kosten opwegen tegen de baten, gezien ook de beperkte financiële middelen die hiervoor beschikbaar zijn. Er is dus sprake van maatwerk en gezien eerder genoemde factoren kunnen verschillen in wifi-dekking en kwaliteit blijven bestaan. Scholieren kunnen, wanneer zij onverhoopt slechtwerkend internet ervaren, terecht in de centrale ruimtes en de computerruimtes waar gewerkt kan worden aan schoolopdrachten.

Sinds 8 februari zijn de basisscholen weer volledig open. Middelbare scholen zijn vanaf 1 maart met extra maatregelen weer open. Alle leerlingen gaan minimaal 1 dag per week naar school. Gedurende de scholensluiting waren scholen in staat gesteld om leerlingen in een kwetsbare positie naar school te laten komen. Middelbare scholen zijn gevraagd daarbij bijzondere aandacht te hebben voor nieuwkomers, waaronder leerlingen uit AZC’s. Scholen hebben tevens gebruik kunnen maken van een tijdelijke regeling voor internetconnectiviteit van coöperatie SIVON. SIVON biedt met subsidie van OCW samen met verschillende telecomproviders tijdelijke internetoplossingen aan, zodat leerlingen in staat worden gesteld onderwijs op afstand te kunnen volgen.

Vraag 4, 5

Is het u bekend dat er nog steeds onvoldoende laptops en tablets aanwezig zijn om schoolgaande AZC-kinderen online onderwijs te laten krijgen? Zo ja, hoe komt dit?

Wat gaat u op korte termijn doen om te zorgen dat de kinderen in AZC’s wel van voldoende laptops en tablets voorzien worden?

Antwoord 4, 5

In de brief van de werkgroep Kind in azc heb ik gelezen, dat er niet overal voldoende laptops of tablets aanwezig zijn. Schoolbesturen hebben het beste inzicht in de behoeften van hun leerlingen en kunnen kiezen welke leermiddelen, papier of digitaal, zij voor het afstandsonderwijs inzetten. Zij zijn verantwoordelijk voor het inrichten van onderwijs op afstand. Scholen is gevraagd om hierbij bijzondere aandacht te hebben voor leerlingen in een kwetsbare positie. Leerlingen in een kwetsbare positie kunnen wel naar school komen.

De Minister voor Basis-, Voortgezet Onderwijs en Media acht het van groot belang dat alle leerlingen in deze bijzondere tijd onderwijs op afstand kunnen volgen. Daarom heeft het kabinet in totaal EUR 24 mln. vrijgemaakt voor laptops en tablets om schoolbesturen te ondersteunen bij het organiseren van afstandsonderwijs aan leerlingen die thuis niet over deze devices beschikken. Schoolbesturen hebben via coöperatie SIVON een aanvraag kunnen indienen voor devices. Scholen met leerlingen uit AZC’s hebben ook van deze regeling gebruik gemaakt. Alle aanvragen voor devices zijn gehonoreerd. De laatste tranches hiervan worden in de komende weken zo snel als mogelijk geleverd aan de aanvragende scholen. Daarbij komen de scholen die achterstandsmiddelen ontvangen als eerste aan de beurt.

Vraag 6

Bent u het ermee eens dat het volgen van online onderwijs gevolgen heeft voor de mentale gezondheid van kinderen in AZC’s en hulpverlening en zorgtrajecten van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA), Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) en GezondheidsZorg Asielzoekers (GZA) dus noodzakelijk zijn? Zo ja, kunt u erop toezien dat hulpverlening en zorgtrajecten van COA, GGD en GZA door kunnen blijven gaan ondanks de minimale bezetting op AZC’s als gevolg van corona?

Antwoord 6

Dat covid-19 en alle beperkingen die daarbij komen kijken invloed hebben op de mentale gezondheid van mensen, dus ook van asielzoekerskinderen is duidelijk. Ik deel dan ook uw zorg dat hier aandacht voor moet zijn.

Daarom gaan, ondanks de geldende beperkingen, de multidisciplinaire overleggen (het overleg tussen COA en (zorg)ketenpartners op AZC’s) in aangepaste vorm onverminderd door. Ook de JeugdGezondheidsZorg (JGZ) vindt doorgang met aangepaste consulten. Kinderen waar zorgen over zijn, krijgen vaker een uitnodiging om langs de jeugdverpleegkundige te komen, en ook COA medewerkers hebben extra aandacht voor deze kinderen. De Praktijkondersteuners GGZ (POH-GGZ) zijn grotendeels fysiek aanwezig geweest in 2020. Alle spreek- en behandelruimtes zijn coronaproof gemaakt, waardoor fysieke consulten aangeboden konden blijven worden. Indien nodig of wenselijk worden consulten ook telefonisch of digitaal aangeboden.

Daarnaast is het gelukt om door de flexibiliteit en inventiviteit van organisaties zoals KunstLab van stichting de Vrolijkheid, TeamUp van Save the Children, Unicef, Warchild en Time4U van Vluchtelingenwerk Nederland, de door hen georganiseerde activiteiten digitaal te laten plaatsvinden. Deze, met Europese en nationale middelen gefinancierde projecten, zijn juist gericht op het psychosociale welzijn van kinderen en jongeren.

Vraag 7

Bent u het ermee eens dat kinderen uit AZC’s de mogelijkheid moeten krijgen naar school te komen om daar les te volgen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe gaat u ervoor zorgen dat dit mogelijk wordt?

Antwoord 7

Voor kinderen uit AZC’s geldt, net als voor andere kinderen, dat sinds 8 februari 2021 sprake is van een openstelling van de scholen voor basisonderwijs. Middelbare scholen zijn vanaf 1 maart met extra maatregelen weer open. Alle leerlingen gaan minimaal 1 dag per week naar school. Scholen wordt gevraagd hierbij prioriteit te geven aan nieuwkomersleerlingen. Gedurende de scholensluiting waren scholen in staat gesteld om leerlingen in een kwetsbare positie naar school te laten komen.

Naar boven