Vragen van het lid Kwint (SP) aan de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media over het bericht dat de inhuurkosten van externen bij de NPO vier keer hoger dan de Roemernorm is (ingezonden 31 oktober 2019).

Antwoord van Minister Slob (Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media) (ontvangen 2 december 2019).

Vraag 1

Hoe verklaart u dat de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) geen geschikt talent zou kunnen aantrekken om in vaste dienst te nemen?1

Hoe verklaart u de toegenomen inhuur van adviesbureaus de afgelopen jaren?

Antwoord 1

De arbeidsmarkt rondom specialistische competenties voor de omroep is op dit moment krap, zodat het vinden en vasthouden volgens de NPO een continue uitdaging is. Daarnaast kan de NPO als publieke organisatie niet altijd concurreren met commerciële organisaties voor wat betreft primaire arbeidsvoorwaarden.

Vraag 2

Hoe verklaart u de toegenomen inhuur van adviesbureaus de afgelopen jaren?

Antwoord 2

De toegenomen inhuur van adviesbureaus de afgelopen jaren is volgens de NPO te verklaren door de hogere behoefte aan specialistische kennis op het gebied van organisatie-, juridisch, fiscaal en technisch advies. De NPO geeft aan dat de afgelopen jaren specialistische kennis bij een groot aantal projecten nodig was; o.a. de start van het Radiohuis, de oprichting van de coöperatie Dutch Core en de lancering van NPO Start. Daarnaast heeft de NPO afgelopen jaren ook aangescherpte governance- en privacyregels bij de publieke omroep doorgevoerd waarvoor specialistische kennis werd ingehuurd.

Overigens zijn de inhuurkosten bij de NPO de afgelopen jaren al sterk gedaald, mede door afronding van de genoemde projecten.

Vraag 3

Bent u bereid met de NPO afspraken te maken dat de externe inhuur bij de NPO onder de 10% zou moeten vallen (de Roemernorm)? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3

Het is aan de NPO om zelf te bepalen hoe hij het beschikbare budget zo verstandig mogelijk inzet en in welke mate hij bijvoorbeeld gebruik maakt van (extern) advies en inhuur. De verantwoordelijkheid voor de doelmatige inzet van de gelden voor de NPO-organisatie ligt bij de raad van bestuur en de raad van toezicht van de NPO gezamenlijk.

Naar boven