Vragen van de leden Peters en Palland (beiden CDA) aan de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de toename van bedrijfsongevallen door risicovol werk (ingezonden 16 oktober 2019).

Antwoord van Staatssecretaris Van Ark (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 28 november 2019).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «CNV: veel meer bedrijfsongevallen door risicovol werk»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Herkent u het beeld dat er veel meer bedrijfsongevallen plaatsvinden dan dat er worden gemeld bij de Inspectie SZW?

Antwoord 2

Volgens de Arbeidsomstandighedenwet moeten werkgevers arbeidsongevallen met hun werknemers die leiden tot de dood, blijvend letsel of een ziekenhuisopname direct bij de Inspectie SZW melden. In 2018 ontving de Inspectie SZW 4.368 meldingen over dergelijke ongevallen. Behalve deze meldingsplichtige arbeidsongevallen gebeuren jaarlijks meer dan 100.000 arbeidsongevallen die leiden tot minimaal een dag verzuim (volgens de NEA2 in 2018: 109.000).

Het is bekend dat er werkgevers zijn die zich niet houden aan de verplichting om arbeidsongevallen direct te melden («de ondermelding»). De precieze omvang van deze ondermelding is niet bekend, maar de inschatting sluit aan bij het beeld dat het om een aanzienlijk aantal gaat.

Vraag 3

Bent u bereid daar nader onderzoek naar te doen?

Antwoord 3

Werkgevers die meldingsplichtige ongevallen niet melden kunnen dit bewust of onbewust doen. In 2020 wil de Inspectie SZW meer inzicht verwerven in de omvang en achtergronden van «de ondermelding». Daarbij wordt onderzocht welke informatiebronnen van belang zijn om niet gemelde arbeidsongevallen te achterhalen.

Vraag 4

Welke inspanningen worden er verricht door de Inspectie SZW om de meldingsbereidheid bij werkgevers van bedrijfsongevallen te verhogen?

Antwoord 4

Met voorlichting wijst de Inspectie SZW op de verplichting van werkgevers om arbeidsongevallen te melden en op de consequenties van het niet melden. Op het niet melden van arbeidsongevallen staan zware boetes.

Onder meer met een animatievideo op haar site (www.inspectieszw.nl) wijst de Inspectie werkgevers op het melden van arbeidsongevallen die eigen werknemers overkomen, maar ook die werkenden onder hun gezag -zoals uitzendkrachten- overkomen. Daarnaast zet de Inspectie SZW onverminderd in op de bewustwording van werkgevers over het belang van de aanpak van arbeidsongevallen. Het gaat hierbij om het leren van ongevallen en het inzetten op het verbeteren van de arbeidsveiligheid. Ook op het Arboportaal (www.arboportaal.nl) worden werkgevers gewezen op het belang om van ongevallen te leren. De Inspectie SZW spoort werkgevers- en brancheorganisaties aan om ervoor te zorgen dat werkgevers doeltreffende maatregelen nemen om de veiligheid of gezondheid van hun werknemers of andere personen te waarborgen.

Vraag 5

Welke extra inspanningen wilt u daartoe doen?

Antwoord 5

Momenteel ligt de prioriteit bij het uitbreiden van de capaciteit bij de Inspectie SZW om zowel de arbeidsongevallen die worden gemeld op juiste wijze te kunnen onderzoeken, als actieve inspecties te kunnen uitvoeren. Daarbij wordt tevens bezien of de effectiviteit van de inzet van de Inspectie bij een ongevalsmelding kan worden vergroot. Daarnaast gaat de Inspectie SZW, als aangegeven in antwoord 3, de aard, omvang en motieven van «de ondermelding» onderzoeken. Dit kan leiden tot gerichte vervolgacties van de Inspectie.

Vraag 6

Ziet u ook een rol en heeft u ook ideeën om bedrijven te helpen de bedrijfscultuur ten aanzien van (het naleven van) veiligheid op de werkvloer voor werknemers die risicovol werk

verrichten te verbeteren?

Antwoord 6

Ja, ik informeer de Kamer regelmatig over de initiatieven die ik neem om de naleving van wetgeving en de veiligheidscultuur in bedrijven te verbeteren. Zo heb ik in samenwerking met het bedrijfsleven en de wetenschap een inventarisatie van instrumenten gemaakt die organisaties kunnen inzetten om een cultuur van gezond en veilig werken te bevorderen. Deze inventarisatie wordt aangeboden op het Arboportaal (www.arboportaal.nl).

Met het beleidsprogramma Eerlijk, Gezond en Veilig Werk stimuleer ik branches en bedrijven om preventieve maatregelen te nemen om oneerlijk, ongezond en onveilig werk te voorkomen. Aan verschillende sectoren is dit jaar subsidie verleend om onder andere veilig werk te bevorderen. Zo start bijvoorbeeld in de cement- en betonindustrie een project dat bedrijven gaat ondersteunen bij het realiseren van veilig gedrag op de werkvloer.

Een belangrijke pijler voor bescherming bij risicovol werk is de risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E). Ik werk aan een plan om de naleving van de wettelijke verplichtingen rond de RI&E te verbeteren en zal de Kamer daar dit jaar nog over informeren.

Om gezond en veilig werk voor iedereen te bevorderen heeft de Inspectie SZW de zelfinspectietool «Arbo op orde» ontwikkeld voor werkgevers en andere belangstellenden. Met deze tool kunnen bedrijven zelf controleren of de arbeidsrisico’s worden onderkend en de juiste maatregelen zijn of nog moeten worden getroffen. In deze tool komt ook het cultuuraspect aan de orde.

Naar aanleiding van de motie Heerma/Van Haga over veiligheidsverbeterplannen voor bedrijven experimenteert de Inspectie SZW met een interventie waarbij de werkgevers wordt gevraagd om zelf een ongevalsrapportage op te stellen, verbetermaatregelen te treffen en de Inspectie SZW hierover te informeren. De Inspectie SZW beoordeelt het verbeterplan en ziet toe of de maatregelen ook daadwerkelijk binnen de gestelde termijn worden gerealiseerd. Hierbij merk ik op dat het hier gaat om verbetermaatregelen in relatie tot het opgetreden risico, het ongeval, als ook de risico’s in de bedrijfsvoering en achterliggende oorzaken op het gebied van arbeidsveiligheid. Binnenkort zal ik u hier nader over informeren.

Daarnaast heb ik bij het RIVM een omvangrijk programma in uitvoering om lessen te trekken uit arbeidsongevallen die hebben plaatsgevonden en die lessen over te brengen aan bedrijven en arbodeskundigen (www.lerenvoorveiligheid.nl). In dit RIVM-programma is veiligheidscultuur een belangrijk aangrijpingspunt.

Vraag 7

Hoeveel boetes zijn er in respectievelijk 2018, 2017 en 2016 opgelegd voor het niet melden van een (ernstig) bedrijfsongeval? En wat was in die jaren de gemiddelde hoogte van die boete?

Antwoord 7

Onderstaande tabel geeft het aantal overtredingen vanwege het te laat melden van een ernstig arbeidsongeval en de gemiddelde hoogte van de boete weer.

Jaar

Aantal overtredingen

gemiddeld boetebedrag per overtreding

2016

347

1.232

2017

241

1.334

2018

241

2.543

Vraag 8

Wat wilt u doen om ervoor te zorgen dat werknemers zelf meer naar de inspectie SZW gaan om daar onveilige situaties of niet gemelde bedrijfsongevallen te melden?

Antwoord 8

Werkgevers en werknemers zijn samen verantwoordelijk voor de veiligheid op de werkvloer, daarbij ondersteund door deskundigen. Onveilige situaties moeten in eerste instantie door het bedrijf zelf worden opgepakt. Werknemers kunnen individueel of via de medezeggenschap onveilige situaties in het bedrijf aankaarten. In het geval een werkgever niet bereid is om een onveilige situatie te bespreken of bewust een onveilige situatie laat voortbestaan kan een klacht worden ingediend bij de Inspectie SZW. Een klacht door een vakbond of een ondernemingsraad wordt in alle gevallen door de Inspectie SZW onderzocht.

Vraag 9

Herkent u het beeld dat er een stijging is van het aantal bedrijfsongevallen als gevolg van een stijgende werkdruk?

Antwoord 9

In de beleidsreactie op de Arbobalans 20183 van februari 2019 heb ik aangegeven dat er een relatie is tussen het aantal arbeidsongevallen en psychosociale arbeidsbelasting, waaronder werkdruk. Ik heb er tevens op gewezen dat werknemers in de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) van 2017 meer arbeidsongevallen met verzuim en hogere taakeisen rapporteerden dan in voorgaande jaren. Uit recente resultaten van de NEA blijkt dat de in 2017 waargenomen stijging niet doorzet in 2018.

Vraag 10

Welke extra inspanningen bent u bereid te doen om de stijging van de werkdruk tegen te gaan? Bent u bereid om daarover in overleg te treden met werkgevers en werknemers?

Antwoord 10

Werkgevers en werknemers staan gezamenlijk voor de opgave om te voorkomen dat werkenden uitvallen door werk. In mijn brief4 van 18 oktober jl. heb ik uw Kamer geïnformeerd over een aantal activiteiten op het terrein van de aanpak van psychosociale arbeidsbelasting (PSA). Zo laat ik door TNO een onderzoek uitvoeren naar de achterliggende oorzaken van burn-outklachten in de beroepsbevolking in relatie tot werk-privé omstandigheden. In het onderzoek wordt met name gekeken naar specifieke risicogroepen, zoals jongeren en naar een aantal risicosectoren. Tevens laat ik in het onderzoek de effecten van maatschappelijke ontwikkelingen meenemen. Ik blijf over het onderwerp werkdruk in overleg met werkgevers en werknemers.

De Inspectie SZW houdt toezicht op het beleid dat werkgevers voeren om PSA (waaronder werkdruk) tegen te gaan. Het programma PSA streeft primair naar een verbeterde naleving van de Arbowet en inspecteert risicogericht bij werkgevers. Ter ondersteuning van verschillende interventies heeft de Inspectie SZW een campagne ontwikkeld voor social media. Doel van de campagne is bewustwording creëren en het agenderen/signaleren van PSA op de werkvloer. De campagne sluit aan bij de verschillende fases in de loopbaan en stimuleert het gebruik van de zelfinspectietool «werkdruk en ongewenst gedrag».


X Noot
2

De NEA is een grootschalige jaarlijkse enquête onder werknemers in Nederland, uitgevoerd door CBS en TNO. Zie https://www.cbs.nl/nl-nl/publicatie/2019/15/nationale-enquete-arbeidsomstandigheden-2018 of https://www.monitorarbeid.tno.nl/nea.

X Noot
3

Kamerstuk 25 883, nr. 340

X Noot
4

Kamerstuk 25 883, nr. 365

Naar boven