Vragen van het lid Nijboer (PvdA) aan de Minister voor Milieu en Wonen over verhuurders
die woningen verhuren aan de hoogste bieder (ingezonden 4 november 2019).
Antwoord van Minister Van Veldhoven-van der Meer (Milieu en Wonen) (ontvangen 27 november
2019).
Vraag 1
Heeft u kennis genomen van het bericht «Makelaar schrapt veiling appartementen in
Groningen-Zuid na massale kritiek»1 en van het bericht «Zorgen om trend: huurhuis gaat naar hoogste bieder»?2
Vraag 2, 3, 5
Is een dergelijke vorm van verhuur per opbod toegestaan? Zo nee, hoe kan hiertegen
worden opgetreden? Zo ja, aan welke voorwaarden moet worden voldaan?
Vindt u ook dat de verhuurder hiermee misbruik maakt van de woningnood, door de hoogst
mogelijke huur te verkrijgen van wanhopige verhuurders?
Deelt u de uitspraken van de Woonbond dat met deze veilmethode «woekerprijzen» ontstaan
en van NVM dat je dergelijke praktijken niet moet willen? Gaat u optreden?
Antwoord 2, 3, 5
Zie het antwoord op vraag 2, 4 en 5 van het lid Smeulders (Aanhangsel Handelingen,
vergaderjaar 2019–2020, nr. 848).
Vraag 4
Bent u bekend met andere voorbeelden buiten Den Haag en Groningen van dergelijke verhuurpraktijken?
Antwoord 4
Er zijn mij geen andere voorbeelden bekend waarin deze wijze van verhuur worden toegepast.
Vraag 6
Ziet u aanleiding om de bescherming van huurders uit te breiden, tot bijvoorbeeld
huren van 1.000 euro per maand, nu verhuurders zo eenvoudig misbruik kunnen maken
van de woningnood?
Antwoord 6
Zoals aangekondigd in mijn brief «Staat van de Woningmarkt en overzicht van maatregelen»
van 7 november 2019 wil ik de toegankelijkheid, de betaalbaarheid en kwaliteit van
het wonen voor mensen met een middeninkomen of starters op de woningmarkt borgen.
Ik zal hiervoor een samenhangende aanpak uitwerken, waarbij ik het gemeentelijke instrumentarium
wil versterken.
Daarnaast heeft het kabinet al aangekondigd om de WOZ-waarde in het woningwaarderingsstelsel
(WWS) te maximeren met als doel om ongewenste liberalisatie van sociale huurwoningen
tegen te gaan. Als gevolg hiervan zullen ook huurwoningen met een hogere WOZ-waarde
die geschikt zijn voor de lage middeninkomens, beschikbaar blijven in de sociale woningvoorraad.
Vraag 7
Deelt u de mening dat ook jongeren en singles recht hebben op betaalbaar wonen? Welk
percentage van de woonlasten vindt u betaalbaar?
Antwoord 7
De betaalbaarheid, toegankelijkheid en de kwaliteit van wonen voor mensen met een
middeninkomen en starters wil ik graag borgen. Ik heb daarom in de brief «Maatregelen
woningmarkt» van 17 september 2019 diverse maatregelen aangekondigd gericht op het
behoud van betaalbare huurwoningen in de bestaande voorraad, een betere verdeling
van betaalbare huurwoningen in de bestaande voorraad, het vergroten van de mogelijkheden
voor lokaal maatwerk voor woningcorporaties en het verbeteren van de balans tussen
starters en huurders. De hoogte van woonquotes zegt daarbij niet of de woonlasten
passen binnen het budget van het huishouden. Dat hangt af van de overige uitgaven
van het huishouden, waarbij gedacht kan worden aan uitgaven voor boodschappen, kleding
en recreatie.
Vraag 8
Aangezien jongeren en singles in de vrije sector tot wel de helft van hun inkomen
kwijt zijn aan woonlasten, vindt u ook niet dat zij toegang moeten houden tot sociale
huurwoningen? Bent u bereid uw voornemen om de toegang voor singles moeilijker te
maken te heroverwegen?
Antwoord 8
Van de mensen met een laag middeninkomen (ongeveer € 38.000 tot € 42.500) kan ongeveer
50% op basis van Nibud berekeningen een huur in de vrije sector niet betalen. Dit
zijn voornamelijk meerpersoonshuishoudens, waaronder gezinnen. Door de inkomensgrens
voor sociale huurwoningen van woningcorporaties (nu € 38.035) voor meerpersoonshuishoudens
te verhogen naar € 42.000 en die voor eenpersoonshuishoudens licht te verlagen naar
€ 35.000, wordt deze beter gericht op de betaalbaarheid voor de huishoudens. Eenpersoonshuishoudens
hebben bij eenzelfde inkomen meer bestedingsruimte voor wonen dan meerpersoonshuishoudens.
Ik verwacht voor het einde van dit jaar het wetsvoorstel Huur en inkomensgrenzen,
waarin de differentiatie van de inkomensgrens voor sociale huurwoningen van woningcorporaties
wordt voorgesteld, naar uw Kamer toe te sturen.