Aanhangsel van de Handelingen
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2019-2020 | 3922 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2019-2020 | 3922 |
Bent u bekend met het probleem dat, als gevolg van juridische kaders, het voor veel mensen als lastig en kwellend wordt ervaren wanneer zij tot op het sterfbed te maken krijgen met conflicten met hun kinderen rondom hun erfenis? Wat vindt u hiervan?
Conflicten over (aanstaande) erfenissen, of deze zich nu voordoen tussen de kinderen van de erflater en de erflater zelf of tussen de kinderen en andere erfgenamen van de erflater, zijn voor alle betrokken partijen emotioneel belastend en tegelijkertijd van alle tijden. Zeker aan het sterfbed is dit emotioneel belastend, ongeacht het juridisch kader dat van toepassing is op de erfenis.
Ik begrijp uit deze Kamervragen dat met de verwijzing naar juridische kaders wordt gedoeld op de legitieme portie waarop kinderen aanspraak kunnen maken als zij in het testament van de erflater zijn onterfd ten gunste van een ander kind of andere erfgenamen. Conflicten die hieruit volgen, doen zich vaak pas voor na het overlijden van de erflater bij het bekend worden van het testament.
Deelt u de mening dat het ieder individu vrij moet staan zelf te bepalen aan wie men zijn erfenis wil nalaten? Zo nee, waarom niet?
Ja, ik onderschrijf de testeervrijheid als uitgangspunt in het erfrecht. De testeervrijheid, die ook het uitgangspunt is in ons Burgerlijk Wetboek, houdt in dat ieder individu de vrijheid heeft zelf te bepalen aan wie hij welke goederen wil nalaten en daarmee de inhoud van zijn testament kan bepalen. Onderdeel van de testeervrijheid is de mogelijkheid om kinderen te onterven. De testeervrijheid is echter niet onbeperkt. Kinderen die in een testament worden onterfd, kan naar huidig recht de legitieme portie niet worden ontzegd. Deze beperking op de testeervrijheid is gebaseerd op de rechtsovertuiging dat aan kinderen en hun afstammelingen een deel van de nalatenschap van hun ouders toekomt.
Wat vindt u ervan dat de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) in haar brief aan de Tweede Kamer aangaf dat de overgrote meerderheid van de wetenschap voor afschaffing van de legitieme portie is, dat de legitieme portie niet meer in een sociaaleconomische behoefte zou voorzien en geen maatschappelijk draagvlak meer heeft?1
Hoe kijkt u aan tegen het feit dat uit onderzoek in 2016 bleek dat 40 procent van de Nederlanders van mening was dat het wettelijk mogelijk moet zijn een volwassen kind te onterven, zonder dat deze recht heeft op de legitieme portie?2
De brief van de KNB van 18 januari 2016 aan de vaste Commissie van Veiligheid en Justitie van de Tweede Kamer en het onderzoek dat zij heeft laten uitvoeren, zijn mij bekend. Zoals de KNB in haar brief schrijft, is de discussie over de afschaffing van de legitieme portie al oud en laait deze bij tijd en wijle op. De discussie over afschaffing van de legitieme portie werd al gevoerd voor de invoering van het huidige erfrecht in 2003. Bij de invoering van het huidige erfrecht is de legitieme portie beperkt, maar de discussie in de wetenschap hierover niet verstomd. Uit de publiekspeiling die de KNB heeft laten uitvoeren en waarvan de resultaten eind 2016 bekend zijn gemaakt, blijkt dat 40 procent van de ondervraagden voor afschaffing van de legitieme portie was. Uit dit onderzoek kan evenwel niet worden afgeleid dat, anders dan binnen de wetenschap, op dit moment een dringende en breed gedragen noodzaak wordt ervaren om over te gaan tot het schrappen van de legitieme portie.
Kunt u aangeven in hoeverre de oorspronkelijke redenen voor de legitieme portie, zoals het bestaan van bloedverwantschap, de verzorgingsgedachte en het familiekapitaal nog van belang zijn in onze samenleving anno 2020, zeker gelet op de veranderingen in de samenleving, zoals divers samengestelde gezinnen?
Zoals ik hiervoor heb vermeld, dateert de discussie over afschaffing van de legitieme portie al van vóór de invoering van het huidige erfrecht. Ook toen stonden het bestaan van bloedverwantschap, de verzorgingsgedachte en het kapitaal in de familie houden als argument voor het handhaven van de legitieme portie ter discussie. Argumenten voor afschaffing zijn onder meer de veranderende en steeds losser geworden familiebanden in de samenleving, waardoor de oorspronkelijke bestaansredenen voor de legitieme portie aan belang verliezen. Uit het hiervoor aangehaalde onderzoek van de KNB blijkt echter dat onder oudere mensen juist een ruime meerderheid tegen afschaffing van de legitieme portie is en dat de meeste mensen nog steeds hun vermogen aan hun kinderen willen nalaten. Bij samengestelde gezinnen biedt de legitieme portie bescherming aan kinderen uit een eerder huwelijk als deze kinderen in een testament worden benadeeld ten gunste van de kinderen uit de nieuwe relatie.
Deelt u de mening dat de huidige wetgeving inzake de legitieme portie mensen minder vrijheid biedt te bepalen wat er na hun overlijden met hun eigen opgebouwde vermogen gebeurt? Zo nee, waarom niet?
De huidige wetgeving, die in 2003 is ingevoerd, heeft de reikwijdte van de legitieme portie beperkt ten opzichte van de wetgeving van vóór 2003. In het huidige erfrecht hebben ouders en grootouders van de erflater geen recht meer op de legitieme portie, maar alleen nog de bloedverwanten in neergaande lijn (de kinderen en hun afstammelingen). Verder kon een onterfd kind onder het oude erfrecht ook aanspraak maken op de goederen van de nalatenschap. Nu bestaat de legitieme portie alleen uit een geldvordering op de erfgenamen, die niet jegens de langstlevende echtgenoot of levensgezel van de erflater kan worden opgeëist. Een onterfd kind is ook geen erfgenaam meer die deelneemt aan de verdeling van de erfenis, maar een schuldeiser van de nalatenschap. Desondanks betekent de huidige regeling inzake de legitieme portie voor de erflater nog wel een beperking op de testeervrijheid. Ik verwijs hiervoor verder naar mijn antwoord op vraag 2.
Bent u bereid te onderzoeken of de huidige wetgeving inzake de legitieme portie moet worden herzien, zodat toekomstige conflicten tussen (onterfde) kinderen en hun ouders aangaande erfenissen voorkomen kunnen worden? Zo nee, waarom niet?
Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik naar het antwoord op de vragen 3 en 4. Niet is gebleken van een breed gedragen, dringende noodzaak om op dit punt tot aanpassing van wetgeving te komen. Ik heb vanuit de praktijk ook geen signalen ontvangen die in een andere richting wijzen. Ook zie ik op dit moment geen reden voor een onderzoek, mede omdat het Centrum voor Notarieel Recht van de Radboud Universiteit in samenwerking met Netwerk Notarissen recent nog een onderzoek heeft gedaan naar het draagvlak voor het afschaffen van de legitieme portie. Dit rapport wordt in september verwacht.
knb.nl, 19 januari 2016, «KNB informeert Tweede Kamer over legitieme portie», https://www.knb.nl/nieuwsberichten/knb-informeert-tweede-kamer-over-legitieme-portie
knb.nl, 23 november 2016, «40 procent Nederlanders voor onterven van kind», https://www.knb.nl/nieuwsberichten/40-procent-nederlanders-voor-onterven-van-kind
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20192020-3922.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.