Vragen van de leden Sazias en Van Brenk (beiden 50PLUS) aan de Ministers van Volksgezondheid Welzijn en Sport en van Infrastructuur en Waterstaat over het protocol Veilig Zorgvervoer (ingezonden 10 juni 2020).

Mededeling van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 30 juni 2020).

Vraag 1

Bent u op de hoogte van het protocol Veilig Zorgvervoer?1

Vraag 2

Wat vindt u van het feit dat in de protocollen staat aangegeven dat een scootmobiel niet mee mag in het vervoer omdat dit te veel contactmomenten veroorzaakt?

Vraag 3

Kunt u uitleggen waarom een scootmobiel voor meer contactmomenten zorgt dan bijvoorbeeld een rolstoel, die wel mee kan?

Vraag 4

Kunnen er geen manier worden bedacht waardoor de contactmomenten minder worden?

Vraag 5

Zijn er nog andere onderliggende redenen voor het niet vervoeren van een scootmobiel? Zo ja, kunt u dit nader toelichten?

Vraag 6

Is het niet vervoeren van een scootmobiel in lijn met de Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)-richtlijnen?

Vraag 7

Deelt u de mening dat het niet vervoeren van een scootmobiel een ernstige vermindering is van de mobiliteit van degenen die afhankelijk zijn van een scootmobiel?

Vraag 8

Is er in het protocol meegenomen dat iemand die urgent moet reizen, voorrang krijgt?

Vraag 9

Zijn de protocollen van een tijdelijke aard?

Mededeling

De vragen van de Kamerleden Sazias (50PLUS) en Van Brenk (50PLUS) over het protocol Veilig Zorgvervoer (2020Z10585) kunnen tot mijn spijt niet binnen de gebruikelijke termijn worden beantwoord aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik zal u zo spoedig mogelijk de antwoorden op de kamervragen doen toekomen.


X Noot
1

KNV, FNV en CNV, 29 mei 2020, «protocol Veilig Zorgvervoer».

Naar boven