Vragen van de leden Van Dam (CDA) en Verhoeven (D66) aan de Ministers van Justitie
en Veiligheid en voor Rechtsbescherming over het bericht «Te koop: openbare orde en
veiligheid; Onderzoek Beveiligingsmultinational G4S en de VVD-lobby» (ingezonden 16 april
2020).
Mededeling van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister
voor Rechtsbescherming (ontvangen 6 mei 2020).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het artikel in De Groene Amsterdammer van 15 april 2020,
«Te koop: openbare orde en veiligheid; Onderzoek Beveiligingsmultinational G4S en
de VVD-lobby»?1
Vraag 2
In hoeverre is de Kamer geïnformeerd door uw voorganger ten aanzien van het convenant
dat in 2016 is getekend en dat het delen van data van sensoren tussen bedrijven, politie,
Openbaar Ministerie (OM) en overheid makkelijker maakt? Is sprake van een convenant
of een intentieverklaring? Bent u bereid dit convenant alsnog aan de Kamer toe te
zenden? Is er sinds 2016 sprake geweest van een update?
Vraag 3
Acht u het wenselijk dat dergelijke vergaande publiek-private samenwerking tot stand
kan komen zonder enige politieke controle of zeggenschap?
Vraag 4
Biedt het convenant voldoende basis om data die door sensoren zijn verzameld in de
openbare ruimte te kunnen delen tussen bedrijven, politie, OM en andere overheidsinstanties?
Wat voor soort data worden gedeeld, zijn er afspraken gemaakt over het gebruik daarvan
en over bewaartermijnen? Kunt u deze vragen beantwoorden inclusief het schetsen van
regels voortvloeiend uit wettelijke bepalingen van de Algemene verordening gegevensbescherming
en de Wet politiegegevens?
Vraag 5
Op welke wijze is gewaarborgd dat particuliere beveiligingsorganisaties publiek gesenste
data niet kunnen benutten voor andere taken of doeleinden dan strikt voor de taak
waarvoor zij zijn gecontracteerd? Wilt u de in het artikel aangehaalde uitspraak van
G4S-topman Levinsohn dat «het oogsten van data topprioriteit is voor het bedrijf»
in uw antwoord betrekken?
Vraag 6
Kunt u inzichtelijk maken in hoeveel gevallen en op welke wijze al gebruik gemaakt
is en wordt van dit convenant?
Vraag 7
Kunt u aangeven binnen welk wettelijk kader gemeenten in de openbare ruimte camera’s
kunnen toepassen, dan wel beveiligingsbedrijven en particulieren kunnen toestaan om
camera’s toe te passen? Kunt u specifiek aandacht besteden aan de termijn waarbinnen
een camera ergens mag hangen en de bewaartermijn voor beelden van die camera?
Vraag 8
Welke wettelijke grondslag gebruiken politie, OM, overheid en de private sector om
de camerabeelden te delen met elkaar?
Vraag 9
Hebt u een beeld hoe gemeenten omgaan met camera’s en sensors in de openbare ruimte
en onder meer de opslag van deze data? Ziet u veel verschillen tussen gemeenten? Hoe
worden gemeenten geïnformeerd over wat wettelijk is toegestaan op dit vlak? In welke
mate houdt de Autoriteit Persoonsgegevens toezicht hierop?
Vraag 10
Wordt in de publieke ruimte door particuliere beveiligingsbedrijven gemaakt van camera’s
met gezichtsherkenningstechnologie?
Vraag 11
Op welke wijze wordt gegarandeerd dat beelden van camera’s in de openbare ruimte geverifieerd
worden op echtheid? Hoe wordt voorkomen dat door (cyber)criminelen beelden (bijvoorbeeld
na een hack) gemanipuleerd kunnen worden?
Vraag 12
Wat is de betrokkenheid van grote beveiligingsbedrijven als G4S, Trigion en Securitas
bij het «verhuren» van buitengewoon opsporingsambtenaren (boa's) aan gemeenten en
aan andere overheidsorganen? Hoe verhoudt zich in deze gevallen de private aanstelling
van een boa tot de publieke taak van opsporingsambtenaar? Op welke wijze wordt voorkomen
dat publieke en private informatiestromen en belangen door elkaar heen gaan lopen?
Wie houdt hier toezicht op?
Vraag 13
Wat is uw oordeel over de in het artikel geconstateerde samenloop van functies van
de heer Joustra in zijn voormalige hoedanigheid van voorzitter van de Onderzoeksraad
voor Veiligheid én lid van de Raad van advies van G4S?
Mededeling
Hierbij deel ik u mede namens de Minister voor Rechtsbescherming dat de schriftelijke
vragen van de leden Van Dam (CDA) en Verhoeven (D66), van uw Kamer aan de Minister
van Justitie en Veiligheid over het bericht «Te koop: openbare orde en veiligheid;
Onderzoek Beveiligingsmultinational G4S en de VVD-lobby» (ingezonden 16 april 2020)
niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet
alle benodigde informatie is ontvangen.
Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.