Vragen van de leden Moorlag en Gijs vanDijk (beiden PvdA) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het verband tussen landbouwgif en de ziekte van Parkinson (ingezonden 19 september 2019).

Mededeling van Minister Schouten (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 2 oktober 2019)

Vraag 1

Kent u het bericht «Risico op ziekte van Parkinson bij blootstelling aan landbouwgif»?1

Vraag 2

Hoe komt het dat fabrikanten van pesticiden ondanks de wetenschappelijke conclusie dat er «een mogelijk oorzakelijk verband [kan zijn] met het ontstaan van de ziekte van Parkinson» geen testen doen om de risico’s op Parkinson in kaart te brengen en waarom bestaat er geen verplichting tot het doen van dergelijke testen?

Vraag 3

Deelt u de mening van de European Food Safety Authority (EFSA), het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en de Nederlandse Vereniging voor Neurologie dat de risico’s op de ziekte van Parkinson, als gevolg van de blootstelling aan pesticiden, nog onvoldoende in kaart zijn gebracht? Zo ja, hoe gaat u ervoor zorgen dat die risico’s wel in kaart worden gebracht en op welke termijn? Zo nee, waarom deelt u die mening niet?2

Vraag 4

Zijn er op dit moment bestrijdingsmiddelen op de Nederlandse markt waarvan bekend is dat er een verband is met de ziekte van Parkinson? Zo ja, gaat u ervoor zorgen dat deze middelen niet meer verkocht mogen worden en op welke termijn? Zo nee, hoe verhoudt zich dat tot het over het in het bericht genoemde Mancozeb, dat wel in verband met deze ziekte wordt gebracht?3

Vraag 5

Deelt u de mening dat er op grond van het voorzorgsprincipe een moratorium moet komen op verkoop en gebruik van verdachte middelen totdat onderzoek uitwijst dat deze middelen niet schadelijk zijn? Zo ja, hoe gaat u hiervoor zorgen? Zo nee, waarom niet en welke gezondheidsrisico’s brengt dit met zich mee?

Vraag 6

Wat doet de Inspectie SZW op dit moment concreet om te controleren dat agrariërs en kwetsbare werknemers, bijvoorbeeld Oost-Europese medewerkers die vanwege onzekere contracten niet aan de bel trekken, geen vergrote kans op de ziekte van Parkinson lopen bij het gebruik van bestrijdingsmiddelen?

Vraag 7

Deelt u de mening dat een meldingsplicht moet gaan gelden voor het omgaan met bestrijdingsmiddelen die in verband kunnen worden gebracht met de ziekte van Parkinson? Zo ja, op welke termijn gaat u dit bewerkstelligen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 8

Bent u van mening dat de ziekte van Parkinson onder agrariërs net zoals Frankrijk ook in Nederland als beroepsziekte kan worden gezien? Zo nee, waarom niet?

Mededeling

Op 19 september 2019 hebben de leden Moorlag en Gijs van Dijk (beiden PvdA) vragen gesteld over het verband tussen landbouwgif en de ziekte van Parkinson (kenmerk 2019Z17488). Vanwege de voor de beantwoording benodigde interdepartementale afstemming kunnen deze vragen niet binnen de gebruikelijke termijn van drie weken worden beantwoord. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden en zal ervoor zorgen dat deze in ieder geval voorafgaand aan het AO Gewasbeschermingsmiddelen van 31 oktober a.s. naar uw Kamer is verstuurd.

Naar boven