Vragen het lid Beckerman (SP) aan de Minister voor Milieu en Wonen over het gebruik van de sloopregeling door Vestia in onder meer Rotterdam (ingezonden 24 februari 2020).

Mededeling van Minister Van Veldhoven-van der Meer (Milieu en Wonen) (ontvangen 23 maart 2020).

Vraag 1

Hoe vaak, sinds het instellen van de korting op de verhuurderheffing voor sloop, is gebruik gemaakt van deze investeringskorting in krimpgebieden en Rotterdam-Zuid? Kunt u uw antwoorde uitsplitsen naar de krimpgebieden en Rotterdam-Zuid?1

Vraag 2

In hoeveel van deze gevallen zijn de huurprijzen van de nieuwe huurwoningen, die in de plaats zijn gekomen voor de gesloopte woningen, geliberaliseerd nadat een verhuizing of huurverhoging heeft plaatsgevonden? Kunt u uw antwoorde uitsplitsen naar de krimpgebieden en Rotterdam-Zuid?

Vraag 3

Hoeveel aanvragen voor de «Regeling Vermindering Verhuurderheffing» in verband met sloop zijn er nog in behandeling en hoeveel daarvan zijn aanvragen van Vestia, zoals de geplande woontoren nabij de Tweebosbuurt?2

Vraag 4

Bent u het eens met de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland dat de gegeven korting op de verhuurderheffing bij moet dragen aan de realisatie van goedkope, betaalbare huurwoningen en dat het dus niet de bedoeling is dat de huurprijzen van deze woningen worden geliberaliseerd? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 5

Is er een grens tot wanneer sociale huurwoningen, die tot stand zijn gekomen na sloop en met een korting op de verhuurderheffing, een sociale huurprijs onder de liberalisatiegrens moeten hebben? Of bestaat er een clausule waardoor de woningen in de sociale huurvoorraad moeten blijven en kunnen worden geliberaliseerd? Zo nee, bent u bereid dit toe te voegen?3

Vraag 6

Deelt u de mening dat er sprake is van oneigenlijk gebruik van de «Regeling Vermindering Verhuurderheffing» wanneer na sloop en nieuwbouw de huurprijzen (snel) worden geliberaliseerd? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Hoeveel miljoen euro aan «subsidie», ofwel korting op de verhuurderheffing, krijgt Vestia in totaal met de sloopplannen, en zijn deze bedragen verrekend in het saneringsplan of het verbeterplan?

Vraag 8

Is het ontvangen van een korting op de verhuurderheffing en het daarna snel verhogen van de huurprijzen boven de liberalisatiegrens, zodat én meer huurinkomsten worden ontvangen én geen verhuurderheffing hoeft te worden betaald een strategie van Vestia? In hoeverre zijn het WSW (Waarborgfonds Sociale Woningbouw), de Autoriteit Woningcorporaties en u hiervan op de hoogte? Kunt u uw antwoord toelichten?

Vraag 9

Waarom zijn de eerder gestelde Kamervragen nog niet beantwoord, gezien de onrust bij huurders, de noodoproep van verschillende gemeenten en de penibele financiële situatie bij Vestia? Kunt u dit alsnog zo snel mogelijk doen?4

Vraag 10

Wilt u bovenstaande Kamervragen per vraag beantwoorden en niet clusteren?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de aan mij gestelde vragen van het lid Beckerman (SP) over het gebruik van de sloopregeling door Vestia in onder meer Rotterdam (ingezonden op 24 februari 2020), met kenmerk 2020Z03738, niet binnen de termijn van drie weken kunnen worden beantwoord.

Voor de beantwoording van de vragen is meer tijd nodig. Reden is dat informatie moet worden opgevraagd over de uitvoeringspraktijk bij onder meer RVO en het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Uw Kamer ontvangt de antwoorden naar verwachting voor april.


X Noot
2

Dagblad 010, «RVO duldt geen oneigenlijk gebruik van Vestia», 11 februari 2020

X Noot
3

Dagblad 010, «Onduidelijkheid over woontoren», 15 februari 2020

X Noot
4

Vragen van de leden Beckerman en Leijten (beiden SP) aan de Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Financiën over de belastingen voor woningcorporaties die Vestia willen helpen (ingezonden 31 januari 2020).

Naar boven