Vragen van het lid Palland (CDA) aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de onrust onder bezorgers van Deliveroo na een tariefwijziging (ingezonden 28 augustus 2019).

Antwoord van Minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 3 oktober 2019).

Nader antwoord

Vraag 1.

Bent u bekend met het bericht «FNV: grote onrust onder bezorgers Deliveroo om tariefwijziging»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2, 3, 4 en 5

Wat vindt u van het besluit van maaltijdbezorger Deliveroo om per direct de tarieven te wijzigen, waardoor voor maaltijdbezorgers de beloning per rit lager kan uitvallen?

Begrijpt u de onrust die onder maaltijdbezorgers is ontstaan? Deelt u hun zorgen en bent u hierover met hen in gesprek?

Hoe kijkt u aan tegen het nieuwe rit- en beloningssysteem dat aan de tariefwijziging ten grondslag ligt? Komt dit volgens u op een goed moment, nu nieuwe zzp-wetgeving in voorbereiding is?

Wat vindt u van de uitspraak van Deliveroo dat het zijn maaltijdbezorgers een tarief van gemiddeld tussen de 11 en 13 euro per uur wil bieden, terwijl u zelf een minimumtarief van 16 euro per uur als norm wilt stellen?

Antwoord 2, 3, 4 en 5

Vooraf wil ik opmerken dat ik geen uitspraken doe over individuele bedrijven.

Het kabinet wil nogmaals2 benadrukken dat het de kansen die innovatie en technologische ontwikkelingen op de arbeidsmarkt bieden, zoals het werken via platforms, toejuicht. Het kabinet wil daarnaast benadrukken dat er ook aandachtspunten zijn die zij nauwlettend in de gaten houdt: de opkomst van de platformeconomie mag uiteraard niet ten koste gaan van de arbeidsomstandigheden en arbeidsvoorwaarden van werkenden.

In dat kader begrijp ik dat onder maaltijdbezorgers onrust kan ontstaan als de tarieven waartegen wordt gewerkt, worden aangepast. Maar hiervoor geldt dat het contractpartijen in zijn algemeenheid vrij staat om hun arbeidsrelatie vorm te geven. Dit geldt dus ook voor de gehanteerde tarieven, zolang wordt voldaan aan de geldende wet- en regelgeving. Bij een verschil van inzicht kunnen contractpartijen (en hun vertegenwoordigers) naar de civiele rechter stappen.

Net als uw Kamer maakt het kabinet zich zorgen over schijnzelfstandigen en kwetsbare zelfstandigen. Met mijn brief van 24 juni jl3 heb ik u geïnformeerd over de voortgang maatregelen «werken als zelfstandige» waaronder een minimumtarief ter bescherming van zzp’ers die werkzaam zijn aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Zoals in die brief is vermeld, wordt beoogd de wetgeving in het najaar van 2019 voor internetconsultatie uit te zetten.

Vraag 6

Hoe groot acht u de kans dat andere bedrijven, die op vergelijkbare wijze gebruik maken van de diensten van zelfstandigen, het voorbeeld van Deliveroo zullen volgen en hun tarieven, of andere arbeidsvoorwaarden, gaan aanpassen?

Antwoord 6

Ik kan niet inschatten hoeveel andere bedrijven tarieven of andere arbeidsvoorwaarden zullen gaan aanpassen. Zoals hierboven aangegeven staat het partijen in zijn algemeenheid vrij om hun arbeidsrelatie vorm te geven.

Vraag 7

Hoe kwalificeert u de wijze van werken van Deliveroo binnen de nieuwe zzp-maatregelen die u recent hebt aangekondigd? Past deze werkwijze daar in uw ogen in?

Antwoord 7

Zoals aangegeven ga ik niet in op individuele bedrijven. Maar ook in zijn algemeenheid wil ik niet vooruitlopen op regelgeving die nog uitgewerkt wordt, waaronder een minimumtarief voor zelfstandigen. Wel kan ik aangeven dat voor de toepasselijkheid van deze nieuwe regelgeving allereerst van belang is welke kwalificatie aan de arbeidsrelatie gegeven kan worden. Indien het minimumtarief wordt ingevoerd en het een arbeidsrelatie betreft tussen een zelfstandige en een opdrachtgever, dan zijn partijen in dat geval gehouden aan het minimumtarief.

(https://nos.nl/artikel/2299200-fnv-grote-onrust-onder-bezorgers-deliveroo-om-tariefwijziging.html)


X Noot
1

NOS.nl, 27 augustus 2019

X Noot
2

Kamerstuk 29 544, nr. 877

X Noot
3

Kamerstuk 31 311, nr. 219

Naar boven