Vragen van het lid Van Weyenberg (D66) aan de Ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Financiën over de gevolgen van de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) voor werknemers die gevraagd worden om als zzp’er verder te werken (ingezonden 21 januari 2020).

Mededeling van Minister Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) (ontvangen 19 februari 2020).

Vraag 1

Bent u bekend met de signalen dat bij de invoering van de WAB een aantal werknemers is gevraagd om verder te werken als zzp’er met dezelfde werkzaamheden?

Vraag 2

Kunt u een inschatting geven van de schaal waarop dit gebeurt?

Vraag 3

Kunt u bevestigen dat dit een keuze is van de werkgever/opdrachtgever en niet een direct gevolg van de WAB?

Vraag 4

Klopt het dat het omzetten van een bestaande arbeidsovereenkomst naar een zzp-overeenkomst met dezelfde werkzaamheden een belangrijke indicatie is voor schijnzelfstandigheid?

Vraag 5

Valt dit wat u betreft onder kwaadwillendheid?

Vraag 6

Hoeveel bedrijfsbezoeken staan er nu nog ingepland in het kader van het Toezichtsplan Arbeidsrelaties?

Vraag 7

Is het mogelijk om deze signalen mee te nemen bij het Toezichtsplan Arbeidsrelaties bij de Belastingdienst?

Vraag 8

Waar kunnen mensen die nu zijn gevraagd om als zzp’er verder te werken terecht om dit te melden?

Vraag 9

Wat kunnen deze mensen het beste doen om te voorkomen dat zij vanaf nu als zzp’er worden ingezet?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de beantwoording van de Kamervragen van het lid Van Weyenberg (D66) over «over de gevolgen van de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) voor werknemers die gevraagd worden om als zzp’er te werken» niet binnen de gestelde termijn van drie weken mogelijk is omdat de beantwoording nadere interdepartementale afstemming vraagt.

Naar boven