Vragen van het lid Kuik (CDA) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over
de vierdelige reportage van Nieuwsuur en het bericht «Officier mensenhandel waarschuwt:
veel seksuele uitbuiting in de prostitutie» (ingezonden 16 januari 2020).
Mededeling van Staatssecretaris Broekers-Knol (Justitie en Veiligheid) (ontvangen
7 februari 2020).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht en vierdelige reportagereeks van Nieuwsuur van onder
meer 10 januari 2020 «Officier mensenhandel waarschuwt: veel seksuele uitbuiting van
de prostitutie»?1
Vraag 2
Hoe beoordeelt u de signalen die voortkomen uit de verschillende rapportages van Nieuwsuur
over de prostitutiesector?
Vraag 3
Deelt u de mening dat het afschaffen van het bordeelverbod niet het effect heeft gehad
waarop gedoeld werd? Bent u het met de landelijk officier eens dat met voortzetting
van het huidige beleid mensenhandel niet goed bestreden kan worden? Zo nee, waarom
niet? Zo ja, heeft u in beeld waar de knelpunten zitten?
Vraag 4
Welke gevolgen heeft volgens u het feit dat gemeenten verschillende regels hebben
omtrent de vergunde sector en de opsporingsinzet op de illegale sector? Vindt u de
lappendeken van gemeenten met verschillende regels ook problematisch? Zo ja, wat gaat
u hier aan doen? Kunt u in uw antwoord verschillen in vergunningseisen en verschillen
in sanctionering uitsplitsen?
Vraag 5
Wat is uw opvatting over de oproep van burgemeester Oskam die vraagt om meer (landelijke)
regie in de opsporing en om bepaalde activiteiten, zoals het internet afstruinen,
landelijk te organiseren?
Vraag 6
Acht u het wenselijk dat prostituees in bepaalde gemeenten geen papieren nodig hebben?
Zijn er landelijke minimumeisen die elke gemeente zou moeten stellen aan prostituees
en bordeelhouders? Zo nee, waarom niet?
Vraag 7
Hoe beoordeelt u de praktijken dat prostituees slapen in ruimtes boven de bordelen
en daar vaak ook nog extra voor moeten betalen?
Vraag 8
Hoe kan het dat prostituees aan de slag kunnen en kamers kunnen huren in bordelen
zonder zelf te beschikken over een Kamer van Koophandel (KvK)-nummer? Acht u dit wenselijk?
Vraag 9
Bent u bekend met de verschillen tussen gemeenten ten aanzien van hun prostitutiebeleid
en hun beleid tegen mensenhandel? Kunt u dit inzichtelijk maken in een overzicht waaruit
de gemeentelijke of regionale verschillen blijken?
Vraag 10
In hoeverre zal het wetsvoorstel regulering sekswerk een oplossing bieden voor het
lappendeken aan regels, grote verschillen tussen gemeenten in toezicht en sanctionering
en de waterbedeffecten die hieruit voortvloeien?
Vraag 11
In het geval dat het wetsvoorstel regulering sekswerk voor deze misstanden een effectieve
oplossing kan zijn, wat gaat u in de tussentijd doen aan deze misstanden? Is het acceptabel
dat doordat deze wetgeving zo lang op zich laat wachten, de misstanden in de prostitutiesector
door blijven woekeren?
Vraag 12
Welke ideeën heeft u om belastingontwijking in de prostitutiesector aan te pakken?
Is het een optie om te bezien hoe cash geld geweerd kan worden uit de prostitutiesector,
om zo de transparantie in de sector te vergroten? Bent u bereid om hier onderzoek
naar te doen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 13
Hoe rijmt u het besluit van de politie om controle van bordelen over te laten aan
gemeenteambtenaren, met de prioriteit op mensenhandel in de Veiligheidsagenda? Vindt
u dit een wenselijke ontwikkeling?
Vraag 14
Hoe zorgt u ervoor dat deze ambtenaren voldoende kennis van zaken en bevoegdheden
hebben om de controles gedegen uit te voeren?
Mededeling
Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Kuik (CDA), van uw
Kamer aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over de vierdelige reportage
van Nieuwsuur en het bericht «Officier mensenhandel waarschuwt: veel seksuele uitbuiting
in de prostitutie» (ingezonden 16 januari 2020) niet binnen de gebruikelijke termijn
kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.
Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.