Vragen van de leden Markuszower en Wilders (beiden PVV) aan de Ministers van Justitie en Veiligheid en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het weigeren van de rechtbank Zeeland-West-Brabant (locatie Breda) om gedenkplaten te plaatsen (ingezonden 20 december 2019).

Mededeling van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 13 januari 2020).

Vraag 1

Is u bekend dat in de gerechtsgebouwen Amsterdam en Den Haag gedenkplaten zijn geplaatst ter herinnering van de Nederlandse Joodse rechters die zijn vermoord tijdens de Tweede Wereldoorlog?

Vraag 2

Bent u bekend met het feit dat de rechtbank Zeeland-West-Brabant (locatie Breda) dit weigert?

Vraag 3

Waarom weigert de rechtbank Zeeland-West-Brabant dit te doen? Deelt u de mening dat hier geen enkele valide reden denkbaar voor is? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Wat vindt u van deze weigering? Bent u ertoe bereid met deze rechtbank in gesprek te gaan en ervoor te zorgen dat ook daar gedenkplaatjes worden geplaatst als eerbetoon aan de slachtoffers? Zo nee, waarom niet?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties dat de schriftelijke vragen van de leden Markuszower en Wilders (beiden PVV), van uw Kamer aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het weigeren van de rechtbank Zeeland-West-Brabant (locatie Breda) om gedenkplaten te plaatsten (ingezonden 20 december 2019) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven