Vragen van het lid Tielen (VVD) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
over het Capaciteitsplan 2016 van het Capaciteitsorgaan (ingezonden 17 juli 2019).
Antwoord van Minister Van Engelshoven (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen
26 augustus 2019).
Vraag 1
Klopt het dat het meest recente verslag van het Capaciteitsorgaan, dateert van 2016?
Zo nee, kunt u het meest recente verslag van het Capaciteitsorgaan naar de Kamer sturen?
Antwoord 1
Het laatste integrale advies van het Capaciteitsorgaan, met daarin een aanbeveling
voor de initiële opleiding geneeskunde, dateert van 2016. In het najaar van 2019 brengt
het Capaciteitsorgaan een nieuw integraal advies uit. Onderdelen van dat advies zijn
de afgelopen maanden al verschenen en naar de Tweede Kamer gestuurd.1
Vraag 2
Is de afgelopen paar studiejaren uitvoering gegeven aan de in het document genoemde
geadviseerde instroom in de geneeskunde-bachelor van 2.700? Zo nee, wat was de afgelopen
jaren de instroom van studenten in de geneeskunde-bachelor?
Antwoord 2
Nee, zoals aangegeven bij de beantwoording van vragen2 van de leden Ellemeet en Ozdil (beiden GroenLinks), hebben verschillende factoren
(o.a. de zeer lage werkloosheid onder basisartsen) een rol gespeeld in de overweging
om de instroom in de opleiding geneeskunde te handhaven. Hierover heeft adequate afstemming
plaatsgevonden tussen NFU, het Ministerie van VWS en het Ministerie van OCW.
Het aantal inschrijvingen in de bacheloropleiding geneeskunde in de studiejaren 2015/2016,
2016/2017, 2017/2018 en 2018/2019 bedroeg respectievelijk 2.915, 2.898, 2.910 en 2.938
studenten.
Vraag 3
Op welke manier wordt de geadviseerde instroom verdeeld over de universiteiten met
een geneeskunde-opleiding? Wat zijn de criteria op basis waarvan de aantallen worden
verdeeld? Is hier de afgelopen jaren verandering in aangebracht? Zo ja, welke veranderingen
zijn dat?
Antwoord 3
De betreffende instellingen maken onderling afspraken over de verdeling van het aantal
plekken. De instellingen geven vervolgens hun deel door aan Studielink.
Vanuit de overheid zijn de afgelopen jaren daarin geen veranderingen aangebracht.
Vraag 4
Kunt u toelichten waarom het Capaciteitsorgaan altijd een bandbreedte publiceert en
vervolgens altijd het maximum van de bandbreedte als advies benoemt?
Antwoord 4
Het Capaciteitsorgaan geeft sommige van zijn adviezen over het aantal opleidingsplaatsen
in de vorm van een bandbreedte. Het besluit over het daadwerkelijke aantal opleidingsplaatsen
voor de medische vervolgopleidingen wordt genomen door de Minister van VWS. In het
nieuwe capaciteitsplan neemt het Capaciteitsorgaan niet langer een bandbreedte op.
Vraag 5
Op welke manier gebruikt het Capaciteitsorgaan de ontwikkelingen op het gebied van
onder andere de technische geneeskunde, taakherschikking, kunstmatige intelligentie
en «slimme zorg» in zijn berekeningen voor benodigde instroom? Vindt u dat dergelijke
ontwikkelingen voldoende worden meegenomen? Zo nee, bent u bereid daar meer gewicht
aan te laten geven?
Antwoord 5
Het Capaciteitsorgaan werkt met een model met meer dan 50 variabelen. Technische en
technologische ontwikkelingen, taakherschikking en andere vakinhoudelijke ontwikkelingen
worden daarin meegenomen.
Vraag 6
Wie is de formele opdrachtgever van het Capaciteitsorgaan en hoe kan deze zijn opdracht
aanpassen aan veranderende ontwikkelingen en behoeften in het domein van de gezondheidszorg?
Antwoord 6
Het Capaciteitsorgaan is een onafhankelijke stichting waarin zorginstellingen, beroepsgroepen
en verzekeraars zijn vertegenwoordigd. Het Capaciteitsorgaan heeft als statutaire
doelstelling het opstellen van ramingen van de behoefte aan verschillende professionals
in de zorg en de informatievoorziening daarover voor de zorgsector en de overheid.
Daarbij houdt het Capaciteitsorgaan rekening met tal van factoren die de toekomstige
zorgvraag beïnvloeden. Hiervoor ontvangt het Capaciteitsorgaan een subsidie van het
Ministerie van VWS.
X Noot
2Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2018–2019, nr. 10.