Vragen van de leden Groothuizen en Sjoerdsma (beiden D66) aan de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid en de Minister van Buitenlandse zaken over het artikel «De uit zee opgepikte migranten moeten wel ergens van boord kunnen, waarschuwen Nederlandse reders» (ingezonden 18 juli 2019).

Mededeling van Staatssecretaris Broekers-Knol (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken (ontvangen 9 augustus 2019).

Vraag 1

Kent u het artikel «De uit zee opgepikte migranten moeten wel ergens van boord kunnen, waarschuwen Nederlandse reders»?1

Vraag 2

Kunt u bevestigen dat tussen juni en november 2018 13 procent van de migranten werd gered door een commercieel schip, tegen drie procent in diezelfde periode een jaar eerder? Zo nee, welke cijfers heeft u daarover?

Vraag 3

Wat is er precies gebeurd bij het incident, waarbij een koopvaardijschip is gekaapt? Is dit vaker voorgekomen?

Vraag 4

Hoeveel incidenten zijn bekend waarbij het redden van migranten door koopvaardijschepen vervolgens heeft geleid tot spanningen aan boord?

Vraag 5

Hoe beoordeelt u het pleidooi van de Nederlandse reders voor voldoende veilige havens om reddingsacties van de koopvaardij tot een goed einde te brengen?

Vraag 6

Welke stappen gaat u, al dan niet in EU-verband, zetten om ervoor te zorgen dat er veilige havens zijn voor de spoedige ontscheping van geredde migranten?

Vraag 7

Welke andere maatregelen kunt u nemen om de veiligheid, zowel van migranten als koopvaardijschepen, te vergroten?

Vraag 8

Wat is de stand van zaken met betrekking tot de EUNAVFOR MED Sophia missie?

Vraag 9

Welk effect heeft, naar uw verwachting, het hervatten van patrouilles met schepen van EUNAVFOR MED Sophia op de veiligheid van koopvaardijschepen?

Vraag 10

Op welke wijze probeert u het mandaat van deze missie te verlengen en daarbij weer tot de inzet van schepen te komen om drenkelingen te redden en mensensmokkel te bestrijden?

Vraag 11

Kunt u deze vragen zo snel mogelijk, maar uiterlijk voor 20 augustus 2019 beantwoorden?

Mededeling

Hierbij bericht ik u, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken, dat de schriftelijke vragen van de leden Groothuizen en Sjoerdsma (beiden D66) over het artikel «De uit zee opgepikte migranten moeten wel ergens van boord, waarschuwen Nederlandse reders» (ingezonden18 juli 2019) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven